Nadat we jaren lang zonder boeddhistische journalistiek moesten doen hebben we dit jaar twee (internet-)bladen gekregen.
Alleen al de termen zijn problematisch want eigenlijk bestaat ‘boeddhistische journalistiek’ niet , net zo min als ‘christelijke journalistiek’ bestaat.
Maar we houden het eenvoudig: het is journalistiek (hoewel het geen sluitend bewijs is: de redacteuren zijn lid van de NVJ) en hun bladen gaan over het boeddhisme, het Nederlandse boeddhisme vooral, en een beetje over de wereld.
We hebben het dus over *OpenBoeddhisme* , begin dit jaar gestart en “BoeddhistischDagblad” , medio 2012 begonnen.
(Terzijde: wat ik hier doe in deze blog is geen journalistiek; ik doe maar wat - en ben veel ouder)
Hoewel ik niet een ideologisch gelovige ben in de marktwerking door concurrentie, bevalt het bestaan van deze twee me wel. Vooral omdat ze op een zeer verschillende manier werken.
En omdat ze – zoals tussen journalistieke media hoort te gaan – met elkaar concurreren op primeurs en verklarende achtergrondverhalen.
En omdat ze met elkaar kibbelen, Hoewel ze dat zelf ontkennen.
Nu is mijn stelling: “journalisten moeten niet met elkaar en niet over elkaar communiceren ”; dat doen de heren nu nog wel maar ik denk ze te hebben overtuigd dat ze alleen maar vanuit hun ooghoeken naar elkaar moeten kijken, met hun producten moeten concurreren en elkaar verder moeten negeren, en niet over elkaar praten of schrijven.
Zoals het ook met bladen gaat: beide hebben hun fans en er zijn lezers die fan van één van de twee is en de ander minacht.
Ojee, wat is dat nu voor een on-boeddhistisch, een onheilzaam woord ?
Om er nog één te noemen: van beide wordt af en toe beweerd dat ze mensen ´afzeiken ´.
Volgens mij is hier sprake van onwennigheid en overgevoeligheid: de dominante boeddhistische cultuur in Nederland is dat je aardig tegen elkaar moet zijn, dat je geen conflicten moet hebben.
Maar helaas zijn er - ook bij boeddhisten en bij boeddhistische organisaties – belangen en dus belangentegenstellingen en dus in potentie conflicten. Erken die liever in plaats van ze te vermijden, zou ik zeggen. En als de stijl van journalistiek van één van de twee je niet bevalt: dat kan, so what?
Ik hoef de Telegraaf toch ook niet te lezen?
Dus laat ze alletwee maar bestaan.
'Zonder onnodig te kwetsen', zoals de uitdrukking luidt.
En laat er wat mij betreft een derde (of een vierde) bij komen.
Want de vraag blijft: wanneer gaat de BOS nu eens journalistiek doen ?
En wellicht kan BoeddhaMagazine, hopenlijk weer met Dorine Esser, ook journalistieker worden (in godsnaam geen lifestyle of mindstyle of feelgood blad).
En daar dan nog een aantal boeddhistische blogs om heen terwille van een prettige anarchie.
Ja, grappig die twee. Ik krijg ook af en toe mails van beide redacties. De een zeikt dan de ander af, ze willen artikelen van me overnemen, of ze hebben een comment verwijderd (van elkaar of van mij).
BeantwoordenVerwijderenWat mij betreft mag het niveau toch nog wel iets hoger. Ik mis nog een echte hoofdredacteur die de bladformule hoog houdt, de lezer centraal stelt en kwaliteit voorop zet.
Maar goed, misschien wil ik te snel en komt het nog wel. :)
Voor alle duidelijkheid: • open boeddhisme • is geen boeddhistische medium, maar een (onderzoeks)journalistiek medium dat zich vanuit publiek belang exclusief op boeddhisme en boeddhisten richt.
BeantwoordenVerwijderenWe bedrijven ook geen ‘boeddhistische' journalistiek: daarvoor zien wij net zo weinig ruimte -én reden- als voor ‘boeddhistische' wis-, natuur- en scheikunde.
Eén van de functies van ons magazine is de lezers steeds van zo veel mogelijk (objectief verifieerbare) feitelijke informatie en (zelfstandig te beoordelen) bronnen te voorzien.
Dit als bijdrage aan het ontstaan van zo geïnformeerd, kritisch en pluriform mogelijke discussies over boeddhisme en boeddhisten.
Ik ben zelf praktiserend boeddhist en aangesloten bij de NVJ, maar dat is geen voorwaarde om tot de redactie toe te treden.