Het boeddhisme straks weer uit de mode
Regelmatig lees ik - ook in 'Vorm en Leegte' - over het groeiend aantal boeddhisten in Nederland.
Daarmee worden zowel degenen bedoeld die zich 'boeddhist' noemen als degenen die er (enige) affiniteit mee hebben. Deze laatste, en meest vluchtige, groep is verreweg het grootst.
Volgens mij is er een kentering aan het optreden: het modieuse van het boeddhisme is er af, de spirituele tocht van velen gaat verder, gezond en gelukkig zijn krijgen toenemende prioriteit.
Ook bestaat het aantrekkelijke 'exotische boeddhisme' steeds minder, de mooie plaatjes van het geheimzinnige Azië zijn vervangen door grimmige TV-beelden.
Het zou goed zijn dat degenen die zich 'boeddhist' noemen, zich bezinnen op de toekomst, als na de groei er weer krimp is.
Zal het strovuur van de groei achteraf ook de inhoud - de Dharma - beinvloed hebben?
Zullen de vele oppervlakkige teksten verdwijnen en de stevige kost overblijven?
Zullen ook de therapeuten hun belangstelling voor het boeddhisme verliezen?
Komen de sangha's dichter tot elkaar of gaan ze verder los van elkaar werken?
Kunnen allerlei instituties ermee omgaan dat het boeddhisme als consumptie-artikel steeds minder aftrek gaat vinden?
Boeddhisten als 'helden van de terugtocht': stof tot nadenken.
Joop Romeijn
Geen opmerkingen:
Een reactie posten