Het ‘betoogje’ van zondag was wellicht te snel gepubliceerd, maar ja de actuele aanleiding van het bezoek van Dennett ...
In ieder geval nog een paar artikelen die mijn inzicht verder hebben verdiept.
Ook omdat ze wat relief kunnen brengen bij de toch wel opvallende mening van Alan Wallace die ik citeerde. Bijvoorbeeld (ik mijn vertaling):
´Er zijn omstandigheden waaronder we min of meer vrij zijn om wijze beslissingen te nemen die bijdragen aan het geluk van onszelf en van anderen. De cultivering van zulk innerlijk geluk is het centrale doel van de boeddhistische meditatie, waarin men voorbij de intellectuele uitdaging om te bepalen of ´de vrije wil´ bestaat, beweegt naar de ervaren uitdaging van het realiseren van steeds grotere vrijheid in het dagelijks leven.´
Echter ook:
´In pragmatische termen, als gewone levende wezens, hebben wij geen vrije wil om te bereiken wat van waarde is binnen de range van mogelijkheden in onze geest die gedomineerd worden door onwetendheid en de gevolgen van onze kwellingen.´
Met dit - overigens zeer informatie essay van Wallace – heb ik wat moeite omdat hij de mogelijkheid om wijze vrije beslissingen te nemen (op bodhisattva-niveau zal ik maar zeggen) wel erg benadrukt en tegelijk de beperkingen van degenen die niet zo ver zijn, wel erg groot maakt. Er zijn tenslotte niet zoveel bodhisattva’s en ik ben het zover ik weet, ook niet.
Hij heeft geen ongelijk: ook voor mij beschrijft hij het wenselijke pad. Met name heeft hij echter geen aandacht voor de mogelijkheid van de mens, moreel slechte beslissingen te nemen en daden te verrichten – of deze na te laten. ´Sila´ is ethiek, ook in de betekenis van ´discipline´, en daar moet de beoefening toch mee beginnen.
In ieder geval blijft mijn stelling: ondanks alle (karmische) beperkingen en omstandigheden is men - behoudens uitzonderingen - toerekeningsvatbaar.
Uit de Zen-hoek dit verhaaltje (Zen en systematische betogen horen niet bij elkaar, geloof ik)
Van Wonji Dharma ( bron ), ook naar aanleiding van een bezoek van Dennnett:
‘ Is Science Showing That We Do Not Have Free Will? - Daniel Dennett - University of Edinburgh
My Dharma Brother and teacher in the Boundless Way Sangha, Jay Risen Weik posted this video on Facebook and although it is long I watched it all the way through. This is a public lecture by Daniel C. Dennett, Professor of Philosophy at Tufts University, entitled "Is Science Showing That We Don't Have Free Will?" In his lecture, Professor Daniel Dennett discusses some of the current work in psychology bearing on this question. He also drew on Hume, Darwin and Turing, three Enlightenment heroes. The lecture was part of the University of Edinburgh's Enlightenment Lecture Series.
The reason this post caught my interest was an experience I had with Zen Master Seung Sahn in a private interview back in about 1992. I have spoken often about this particular interview and even posed Zen Master Seung Sahn's comments to many of the other teachers in the Kwan Um School of Zen, many of the comments I received were less than satisfying. Apparently, he hadn't made this particular statement to very many people so they weren't sure how to respond.
I don't remember the particular Koan I was working on at the time, but I had a question about it and honestly I wish I remember what question I asked him at the time; but his response really shocked me at the time and I was really confused. Anyway, his response to my question was "You don't understand! You have no choice!" I remember thinking, "WHAT? This isn't Zen Buddhism." So I said to him, "Did you just tell me that I have no choice?" Daesonsa-nim said, "Yes, everything is already determined and you have no choice."
This confused the shit out of me, so I said to him "That sounds like Catholic Determinism, are you telling me that everything is already determined?" He said "You don't understand, so you are confused." I asked him to please explain it to me and he said "Look, everything is already determined, and you have no choice. And until you realize that you have no choice, only then do you get a choice." At this point I bowed to him and thanked him for the interview and frankly I wasn't sure what it meant. His statement became a huatou for me and I sat with it for a very long time, and eventually I digested his comment. I believe that this is what Daniel Dennett is trying to say in this very in depth and lengthy lecture.
Listening to Daniel Dennett is much like reading Nagarjuna and his approach to the Dharma. I believe that Seung Sahn was correct in his statement and that the truth is dynamic and ineffable. Thanks again Jay for the post, it took me back to a time and a place as well as grounding me in this very moment. ‘
Nog een Zennie: Susan Blackmore, een aankondiging
‘Leven zonder vrije wil
Neurowetenschap en meditatie-beoefening lijken beide naar de oncomfortabele conclusie te wijzen dat er geen blijvend innerlijk zelf is dat de oorsprong is van cretativiteit, het subject van onze ervaringen of de ultieme oorzaak van onze acties en beslissingen. In dat geval kan er geen vrije wil zijn zoals die meestal wordt opgevat. Vele mensen argumenteren dat het leven, wet en maatschappij onmogelijk zouden zijn zonder vrije wil, of ten minste zonder de illusie van de vrije wil; maar daar ben ik het niet mee eens.’ Vertaling door mij (J.R.).
Ze verduidelijkt dit standpunt als volgt:
‘It is possible to live happily and morally without believing in free will. As Samuel Johnson said "All theory is against the freedom of the will; all experience is for it." With recent developments in neuroscience and theories of consciousness, theory is even more against it than it was in his time, more than 200 years ago. So I long ago set about systematically changing the experience. I now have no feeling of acting with free will, although the feeling took many years to ebb away.
But what happens? People say I'm lying! They say it's impossible and so I must be deluding myself to preserve my theory. And what can I do or say to challenge them? I have no idea—other than to suggest that other people try the exercise, demanding as it is.
When the feeling is gone, decisions just happen with no sense of anyone making them, but then a new question arises—will the decisions be morally acceptable? Here I have made a great leap of faith (or the memes and genes and world have done so). It seems that when people throw out the illusion of an inner self who acts, as many mystics and Buddhist practitioners have done, they generally do behave in ways that we think of as moral or good. So perhaps giving up free will is not as dangerous as it sounds—but this too I cannot prove.
As for giving up the sense of an inner conscious self altogether—this is very much harder. I just keep on seeming to exist. But though I cannot prove it—I think it is true that I don't. ‘
Ter afronding twee artikelen die vooral ingaan op opvattingen van het vroege boeddhisme.
‘ "Freedom of the Will" in the Light of Theravāda Buddhist Teachings ‘ door Peter Harvey, Journal of Buddhist Ethics, 2007, zie hier .
Abstract
... Any system of ethics also assumes that humans have, in some sense, a freedom to choose between different courses of action. Buddhist ethics is no different in this—but how is freedom of action to be made sense of in a system that sees human beings as an interacting cluster of conditioned and conditioning processes, with no substantial I-agent either within or beyond this cluster? This article explores this issue within Theravāda Buddhism, and concludes that the view of this tradition on the issue is a "compatibilist" middle way between seeing a person's actions as completely rigidly determined, and seeing them as totally and unconditionally free, with a variety of factors acting to bring, and increase, the element of freedom that humans have. In a different way, if a person is wrongly seen as an essential, permanent Self, it is an "undetermined question" as to whether "a person's acts of will are determined" or "a person's acts of will are free." If there is no essential person-entity, "it" can not be said to be either determined or free.'
Uit Wikipedia, lemma Vrije wil :
'De twee uitgesproken tegengestelde posities binnen dit debat zijn enerzijds het metafysisch libertarisme, dat betoogt dat het determinisme fout is en dat vrije wil dus bestaat (of op z'n minst mogelijk is) en anderzijds het harde determinisme dat stelt dat determinisme wel waar is en vrije wil dus niet bestaat. Beide posities worden dan ook beschouwd als incompatibilistische opvattingen. Daartegenover staat dan weer de compatibilistische opvatting die stelt dat determinisme misschien wel bestaat, maar de vrije wil daarmee niet uitgesloten is. Beide zijn dus compatibel, en kunnen naast elkaar bestaan.'
Op de hier genoemde "compatibilistische opvatting’ die Dennett aanhangt - zeg maar ‘verenigbaarheid’ - wordt nader ingegaan in een artikel van Asaf Federman
‘WHAT KIND OF FREE WILL DID THE BUDDHA TEACH?’ (Philosophy East & West, Januari 2010; zie hier , mijn vertaling):
‘...Het centrale punt in de argumentatie van Dennett is dat vrije wil alleen kan werken in een deterministische realiteit waarin op toekomstige gebeurtenissen geanticipeerd kan worden. Deze ‘vrije wil’ is vrijwel niet voor te stellen in een niet-deterministische realiteit waarin gebeurtenissen zomaar kunnen plaatsvinden zonder duidelijke reden of volgorde *). ... De wereld is deterministisch maar dat betekent niet onvermijdelijkheid.
...
Conclusie
De Cartesiaanse en Brahmanistische opvatting van vrije wil verwijst naar een kracht die behoort tot de ziel, die het materiële overstijgt en die de uiteindelijke controle over het lichaam heeft. De Boeddha verwerpt deze opvatting en tegelijkertijd verwerpt hij fatalisme, dat geen ruimte laat voor belangrijke keuzen.
...
De benadering van de vrije wil door het boeddhisme moet uit de doctrine gewrongen worden en de doctrine is in de verste verte geen systematische filosofische verhandeling. Niettemin is het duidelijk dat de Boeddha zag dat vrijheid een negatieve correlatie heeft met dwangmatigheden. Waar de Westerse traditie de nadruk legt op externe dwang en sociale vrijheid, neigt het boeddhisme er naar, interne dwangmatigheden en psychologische vrijheid te benadrukken.
Veel van de verwarring rond de vraag of de Boeddha de vrije wil onderwees kan vermeden worden door het Cartesiaanse model te laten vallen en een verenigbaarheid-model te gaan gebruiken. De leer van de Boeddha bevat een versie van ’verenigbaarheid’ die schijnbaar tegenstrijdige stellingen van boeddhologen kan verklaren: het boeddhisme verwerpt de idee dat de vrije wil bestaat buiten de causale keten en tegelijkertijd bevestigt het dat mensen kunnen kiezen en verantwoordelijkheid voor hun keuzen nemen. Het kiezen voor ‘de juiste actie’ [van het Edele Achtvoudige Pad] is niet een afgeleide van een boven-natuurlijke of boven-causale oorsprong. Het is een afgeleide van wijze contemplatie over de mogelijke gevolgen. Wat ‘vrije wil’ begrenst, is niet de oorzakelijkheid zelf maar allerlei mentale dwangmatigheden. Het soort vrije wil dat de Boeddha leerde is de verkregen mogelijkheid van heldere reflectie en wijze keuze die voortkomt uit het verwijderen daarvan. '
*) Wellicht is de mogelijkheid dat dingen zo maar, zonder logische oorzaak, kunnen gebeuren, kenmerkend voor sommige Zen-teksten en voor sommige science fiction verhalen, de reden dat Zen niet in ‘vrije wil’ gelooft; en ik las graag s.f.
De verschillen tussen de boeddhistische tradities zijn weer opvallend.
Mogelijk kunnen bachelor- of (master)- studenten boeddhisme aan de V.U. dit thema nog eens verder uitdiepen in hun scripties.
vrijdag 23 november 2012
vrijdag 16 november 2012
Advies: even geen Asoka-boeken en Boeddhamagazine kopen
Nawoord d.d. 28 november
Naar aanleiding van een interview met Gerolf 't Hooft in het BoeddhistischDagblad heb ik in een commentaar onder andere geschreven:
"Mijn conclusie: m’n oproep geen Asoka-boeken te kopen, trek ik in.
Dat geldt echter niet BoeddhaMagazine, er zal eerst meer duidelijkheid moeten komen over het ontslag en over het nieuwe beleid. "
Zie hier .
===============================================================================
Van het faillisement en de doorstart van Asoka in de eerste helft van november zijn nu een paar feiten bekend, bijvoorbeeld uit de artikelen in het “BoeddhistischDagblad” en van *OpenBoeddhisme*.
Zie BD dd 15 nov , BD dd 13 nov , BD dd 5 nov
Tevens: OB dd 7 nov , OB dd 1 nov , OB dd 9 nov , met OB als bijlage .
Eerder schreef ik daar ook over, zie hier
Lang niet alles echter is bekend, mogelijk geeft het verslag van de curator duidelijkheid. Ik ben echter bedrijfseconomisch niet erg onderlegd en ook niet geïnteresseerd; mij gaat het om een paar andere zaken:
- De ethische kant: het ontslag op staande voet van Dorine Esser als hoofdredacteur van BoeddhaMagazine en het faillisement aanvragen door Asoka zelf met als doel haar geen vergoeding te hoeven betalen. Ik blijf dit onverteerbaar vinden, ondanks opmerkingen die ik hoor in de trant van ‘ze heeft het ook niet handig aangepakt’ en ’verandering hoort bij het leven’.
- De ontwikkeling van het kwartaalblad ‘Boeddhamagazine’ met minder Dharma en meer ‘human interest'(aldus Lindeman), door mij als ‘babbelen’ weggezet. Het wordt op z’n best feel-good-boeddhisme, en daar zijn wat mij betreft al genoeg teksten van.
‘Boeddhamagazine’ had geen redactiestatuut, zo heb ik begrepen, en dat zal er ook wel niet komen.
Wikipedia definieert: “Een redactiestatuut geldt als referentiekader voor de vastlegging van de positie van hoofdredactie en redactie binnen de geschreven media.
Zo staat er duidelijk omschreven wat het doel, de beginselen, uitgangspunten, organen, verhouding directie-redactie in omschreven. Alswel afspraken rondom redactiebudget, structuurwijzigingen, eventuele conflicten, personeelsbeleid en persoonlijke verantwoordelijkheid.”
Dat hadden redactie en directie goed kunnen gebruiken (nog natuurlijk) maar voor de directie kennelijk te lastig of moeilijk.
- De voortgang van Asoka als boeken-uitgever; de formule van goedlopende pupulaire boeken waarmee verdiend kan worden en waardoor pure Dharma-boeken van betaald kunnen worden lijkt aardig maar roept weinig vertrouwen op. Die formule was er de afgelopen jaren toch ook al ?
De uitspraak van Lindeman (BD van 5 november) ’... ik zou het ook niet vreemd vinden als Nederlandse schrijvers, die bij ons een boek willen uitgeven, er zelf 250 exemplaren van afnemen. Zoveel vertrouwen moet je toch in je eigen kwaliteiten hebben en op die manier zijn onze productiekosten gedekt' stelt me bepaald niet gerust. Als je toch de uitgave van je boek uit eigen zak moet betalen, waarom zou je dat dan door Asoka laten doen? Het als e-book (pdf bijvoorbeeld) zelf op het net zetten is wel zo makkelijk.
Dus zouden we alle vertrouwen moeten hebben in de marketing van de boeken van Asoka 2.0
Ooit was er de afspraak dat Asoka 1.0 twee keer per jaar een bijeenkomst zou beleggen zoals in het verleden door de Stichting Vrienden van het Boeddhisme (SVB) was georganiseerd. Daar is weinig van terechtgekomen.
Het ontbreken van het vertrouwen plus de morele ballast van de wijze waarop Dorine Esser is ontslagen, maakt dat ik nu stel:
Lindeman heeft niet gereageerd op mijn oproep z’n beleid uiteen te zetten aan de lezers van Asoka-boeken en BoeddhaMagazine. Het interviewtje in het BD van 15 november voldoet daar niet aan en het ‘beleid’ zoals de hoofdredacteur het in een reactie van dezelfde dag noemt, is geen beleid.
Op de website van Asoka/Milinda is het laatste nieuws dat van 12 oktober!
Daarom zou ik zeggen: stel de aankoop van Asoka-produkten een tijdje uit, totdat Lindeman en de curator duidelijkheid hebben geboden. Dus – bijvoorbeeld – tot eind december geen boeken kopen.
De suggestie, gedaan door de hoofdredacteur van het BoeddhistischDagblad ‘Is het niet verstandig eerst eens het BoeddhaMagazine nieuwe stijl af te wachten en dan pas te oordelen over stijl en inhoud?’ deel ik dus niet. Dat is overgaan tot de orde van de dag.
Ik zou zeggen: stel het betalen van het abonnement uit of zeg op, er is wel een opzegtermijn van twee maanden maar – ik heb daar ervaring mee al ben ik geen jurist – de wijziging van de redactieformule geeft voldoende aanleiding daarvan af te wijken. En koop geen losse nummers.
Trouwens, wat de SVB betreft: ik ben benieuwd of het bestuur in 2013 doorgaat met het collectieve abonnement van hun donateurs voor het kwartaalblad Boeddhamagazine; er is alle reden daarmee te stoppen, de nieuwe inhoudelijke formule lijkt me niet te passen bij de statutaire doelstelling van de SVB.
Naar aanleiding van een interview met Gerolf 't Hooft in het BoeddhistischDagblad heb ik in een commentaar onder andere geschreven:
"Mijn conclusie: m’n oproep geen Asoka-boeken te kopen, trek ik in.
Dat geldt echter niet BoeddhaMagazine, er zal eerst meer duidelijkheid moeten komen over het ontslag en over het nieuwe beleid. "
Zie hier .
===============================================================================
Van het faillisement en de doorstart van Asoka in de eerste helft van november zijn nu een paar feiten bekend, bijvoorbeeld uit de artikelen in het “BoeddhistischDagblad” en van *OpenBoeddhisme*.
Zie BD dd 15 nov , BD dd 13 nov , BD dd 5 nov
Tevens: OB dd 7 nov , OB dd 1 nov , OB dd 9 nov , met OB als bijlage .
Eerder schreef ik daar ook over, zie hier
Lang niet alles echter is bekend, mogelijk geeft het verslag van de curator duidelijkheid. Ik ben echter bedrijfseconomisch niet erg onderlegd en ook niet geïnteresseerd; mij gaat het om een paar andere zaken:
- De ethische kant: het ontslag op staande voet van Dorine Esser als hoofdredacteur van BoeddhaMagazine en het faillisement aanvragen door Asoka zelf met als doel haar geen vergoeding te hoeven betalen. Ik blijf dit onverteerbaar vinden, ondanks opmerkingen die ik hoor in de trant van ‘ze heeft het ook niet handig aangepakt’ en ’verandering hoort bij het leven’.
- De ontwikkeling van het kwartaalblad ‘Boeddhamagazine’ met minder Dharma en meer ‘human interest'(aldus Lindeman), door mij als ‘babbelen’ weggezet. Het wordt op z’n best feel-good-boeddhisme, en daar zijn wat mij betreft al genoeg teksten van.
‘Boeddhamagazine’ had geen redactiestatuut, zo heb ik begrepen, en dat zal er ook wel niet komen.
Wikipedia definieert: “Een redactiestatuut geldt als referentiekader voor de vastlegging van de positie van hoofdredactie en redactie binnen de geschreven media.
Zo staat er duidelijk omschreven wat het doel, de beginselen, uitgangspunten, organen, verhouding directie-redactie in omschreven. Alswel afspraken rondom redactiebudget, structuurwijzigingen, eventuele conflicten, personeelsbeleid en persoonlijke verantwoordelijkheid.”
Dat hadden redactie en directie goed kunnen gebruiken (nog natuurlijk) maar voor de directie kennelijk te lastig of moeilijk.
- De voortgang van Asoka als boeken-uitgever; de formule van goedlopende pupulaire boeken waarmee verdiend kan worden en waardoor pure Dharma-boeken van betaald kunnen worden lijkt aardig maar roept weinig vertrouwen op. Die formule was er de afgelopen jaren toch ook al ?
De uitspraak van Lindeman (BD van 5 november) ’... ik zou het ook niet vreemd vinden als Nederlandse schrijvers, die bij ons een boek willen uitgeven, er zelf 250 exemplaren van afnemen. Zoveel vertrouwen moet je toch in je eigen kwaliteiten hebben en op die manier zijn onze productiekosten gedekt' stelt me bepaald niet gerust. Als je toch de uitgave van je boek uit eigen zak moet betalen, waarom zou je dat dan door Asoka laten doen? Het als e-book (pdf bijvoorbeeld) zelf op het net zetten is wel zo makkelijk.
Dus zouden we alle vertrouwen moeten hebben in de marketing van de boeken van Asoka 2.0
Ooit was er de afspraak dat Asoka 1.0 twee keer per jaar een bijeenkomst zou beleggen zoals in het verleden door de Stichting Vrienden van het Boeddhisme (SVB) was georganiseerd. Daar is weinig van terechtgekomen.
Het ontbreken van het vertrouwen plus de morele ballast van de wijze waarop Dorine Esser is ontslagen, maakt dat ik nu stel:
Lindeman heeft niet gereageerd op mijn oproep z’n beleid uiteen te zetten aan de lezers van Asoka-boeken en BoeddhaMagazine. Het interviewtje in het BD van 15 november voldoet daar niet aan en het ‘beleid’ zoals de hoofdredacteur het in een reactie van dezelfde dag noemt, is geen beleid.
Op de website van Asoka/Milinda is het laatste nieuws dat van 12 oktober!
Daarom zou ik zeggen: stel de aankoop van Asoka-produkten een tijdje uit, totdat Lindeman en de curator duidelijkheid hebben geboden. Dus – bijvoorbeeld – tot eind december geen boeken kopen.
De suggestie, gedaan door de hoofdredacteur van het BoeddhistischDagblad ‘Is het niet verstandig eerst eens het BoeddhaMagazine nieuwe stijl af te wachten en dan pas te oordelen over stijl en inhoud?’ deel ik dus niet. Dat is overgaan tot de orde van de dag.
Ik zou zeggen: stel het betalen van het abonnement uit of zeg op, er is wel een opzegtermijn van twee maanden maar – ik heb daar ervaring mee al ben ik geen jurist – de wijziging van de redactieformule geeft voldoende aanleiding daarvan af te wijken. En koop geen losse nummers.
Trouwens, wat de SVB betreft: ik ben benieuwd of het bestuur in 2013 doorgaat met het collectieve abonnement van hun donateurs voor het kwartaalblad Boeddhamagazine; er is alle reden daarmee te stoppen, de nieuwe inhoudelijke formule lijkt me niet te passen bij de statutaire doelstelling van de SVB.
zaterdag 10 november 2012
Nu twee journalistieke boeddhistische bladen – en hun interactie
Nadat we jaren lang zonder boeddhistische journalistiek moesten doen hebben we dit jaar twee (internet-)bladen gekregen.
Alleen al de termen zijn problematisch want eigenlijk bestaat ‘boeddhistische journalistiek’ niet , net zo min als ‘christelijke journalistiek’ bestaat.
Maar we houden het eenvoudig: het is journalistiek (hoewel het geen sluitend bewijs is: de redacteuren zijn lid van de NVJ) en hun bladen gaan over het boeddhisme, het Nederlandse boeddhisme vooral, en een beetje over de wereld.
We hebben het dus over *OpenBoeddhisme* , begin dit jaar gestart en “BoeddhistischDagblad” , medio 2012 begonnen.
(Terzijde: wat ik hier doe in deze blog is geen journalistiek; ik doe maar wat - en ben veel ouder)
Hoewel ik niet een ideologisch gelovige ben in de marktwerking door concurrentie, bevalt het bestaan van deze twee me wel. Vooral omdat ze op een zeer verschillende manier werken.
En omdat ze – zoals tussen journalistieke media hoort te gaan – met elkaar concurreren op primeurs en verklarende achtergrondverhalen.
En omdat ze met elkaar kibbelen, Hoewel ze dat zelf ontkennen.
Nu is mijn stelling: “journalisten moeten niet met elkaar en niet over elkaar communiceren ”; dat doen de heren nu nog wel maar ik denk ze te hebben overtuigd dat ze alleen maar vanuit hun ooghoeken naar elkaar moeten kijken, met hun producten moeten concurreren en elkaar verder moeten negeren, en niet over elkaar praten of schrijven.
Zoals het ook met bladen gaat: beide hebben hun fans en er zijn lezers die fan van één van de twee is en de ander minacht.
Ojee, wat is dat nu voor een on-boeddhistisch, een onheilzaam woord ?
Om er nog één te noemen: van beide wordt af en toe beweerd dat ze mensen ´afzeiken ´.
Volgens mij is hier sprake van onwennigheid en overgevoeligheid: de dominante boeddhistische cultuur in Nederland is dat je aardig tegen elkaar moet zijn, dat je geen conflicten moet hebben.
Maar helaas zijn er - ook bij boeddhisten en bij boeddhistische organisaties – belangen en dus belangentegenstellingen en dus in potentie conflicten. Erken die liever in plaats van ze te vermijden, zou ik zeggen. En als de stijl van journalistiek van één van de twee je niet bevalt: dat kan, so what?
Ik hoef de Telegraaf toch ook niet te lezen?
Dus laat ze alletwee maar bestaan.
'Zonder onnodig te kwetsen', zoals de uitdrukking luidt.
En laat er wat mij betreft een derde (of een vierde) bij komen.
Want de vraag blijft: wanneer gaat de BOS nu eens journalistiek doen ?
En wellicht kan BoeddhaMagazine, hopenlijk weer met Dorine Esser, ook journalistieker worden (in godsnaam geen lifestyle of mindstyle of feelgood blad).
En daar dan nog een aantal boeddhistische blogs om heen terwille van een prettige anarchie.
Alleen al de termen zijn problematisch want eigenlijk bestaat ‘boeddhistische journalistiek’ niet , net zo min als ‘christelijke journalistiek’ bestaat.
Maar we houden het eenvoudig: het is journalistiek (hoewel het geen sluitend bewijs is: de redacteuren zijn lid van de NVJ) en hun bladen gaan over het boeddhisme, het Nederlandse boeddhisme vooral, en een beetje over de wereld.
We hebben het dus over *OpenBoeddhisme* , begin dit jaar gestart en “BoeddhistischDagblad” , medio 2012 begonnen.
(Terzijde: wat ik hier doe in deze blog is geen journalistiek; ik doe maar wat - en ben veel ouder)
Hoewel ik niet een ideologisch gelovige ben in de marktwerking door concurrentie, bevalt het bestaan van deze twee me wel. Vooral omdat ze op een zeer verschillende manier werken.
En omdat ze – zoals tussen journalistieke media hoort te gaan – met elkaar concurreren op primeurs en verklarende achtergrondverhalen.
En omdat ze met elkaar kibbelen, Hoewel ze dat zelf ontkennen.
Nu is mijn stelling: “journalisten moeten niet met elkaar en niet over elkaar communiceren ”; dat doen de heren nu nog wel maar ik denk ze te hebben overtuigd dat ze alleen maar vanuit hun ooghoeken naar elkaar moeten kijken, met hun producten moeten concurreren en elkaar verder moeten negeren, en niet over elkaar praten of schrijven.
Zoals het ook met bladen gaat: beide hebben hun fans en er zijn lezers die fan van één van de twee is en de ander minacht.
Ojee, wat is dat nu voor een on-boeddhistisch, een onheilzaam woord ?
Om er nog één te noemen: van beide wordt af en toe beweerd dat ze mensen ´afzeiken ´.
Volgens mij is hier sprake van onwennigheid en overgevoeligheid: de dominante boeddhistische cultuur in Nederland is dat je aardig tegen elkaar moet zijn, dat je geen conflicten moet hebben.
Maar helaas zijn er - ook bij boeddhisten en bij boeddhistische organisaties – belangen en dus belangentegenstellingen en dus in potentie conflicten. Erken die liever in plaats van ze te vermijden, zou ik zeggen. En als de stijl van journalistiek van één van de twee je niet bevalt: dat kan, so what?
Ik hoef de Telegraaf toch ook niet te lezen?
Dus laat ze alletwee maar bestaan.
'Zonder onnodig te kwetsen', zoals de uitdrukking luidt.
En laat er wat mij betreft een derde (of een vierde) bij komen.
Want de vraag blijft: wanneer gaat de BOS nu eens journalistiek doen ?
En wellicht kan BoeddhaMagazine, hopenlijk weer met Dorine Esser, ook journalistieker worden (in godsnaam geen lifestyle of mindstyle of feelgood blad).
En daar dan nog een aantal boeddhistische blogs om heen terwille van een prettige anarchie.
dinsdag 6 november 2012
Een overzicht van honderd blogs
Natuurlijk is het maar een getal en het aantal ‘echte blogs’, in mijn eigen omschrijving: mini-essays, is kleiner; er zitten ook wel tussendoortjes bij. Maar toch het memoreren waard.
In zekere zin is het een soort verzameld werk van mij, een soort testament dat steeds weer aangevuld wordt; want zo ver van m’n dood zit ik met m’n 73 jaar wellicht niet.
Ik ga nog wel even door, maar over welke thema’s en met welke frequentie: dat bepaal ik per keer. Hopenlijk veel Dhamma/Dharma maar ook aan het georganiseerde boeddhisme in Nederland valt nog wel wat te sleutelen, wat soms betekent: uit elkaar halen.
Dit alles onder het volgende motto, zoals ik onlangs las in een boeddhologische studie,
'In China today philosophy professors warn their students:
" The serious study of Buddhism is a Black Hole - if you enter, you will never re-emerge ! ' ."
Ik denk dat ik word wedergeboren als zwart gat
(Een kleine bijdrage aan de modernisering van Zen: wat denken jullie van de koan
'Heeft een zwart gat Boeddha-Natuur ?')
De teksten per blog zijn geen hyperlink; om het betreffende essay te lezen, moet in het Menu BLOGARCHIEF in de rechterkolom op jaar, maand en uiteindelijk op het artikel klikken.
November 2012
* Het handboek boeddhistisch geestelijke verzorging is uit ...
Oktober 2012
* Een ongeorganiseerde boeddhistische kapelaan aka g...
* Het boeddhisme bestaat niet. Wie heeft toch belan...
* Beroepsprofiel boeddhistisch kapelaan: wat gaan de...
* Het seculier boeddhisme en Batchelor in Nederland
* Nieuwe boeddhistische boeken, een rijke oogst; maa...
* Ria Kloppenborg en Santideva
September 2012
* Bemoeienis op 2.42-omroep
* Mindfulness – therapie, spirituele oefening of le...
* Professioneel bodhisattva worden, kan dat? Bespre...
* Hebben tulpen wortels? En andere reacties
* Nepcitaten – Wat de Boeddha NIET zei
Augustus 2012
* Een boeddhistische meetlat voor politieke partijen...
* Stemmen boeddhisten wijzer? Ga ik stemmen en wat?
* Moet geestelijke verzorging door boeddhisten en vo...
* Oratie André van der Braak op 14 september bij de ...
* Verknoei nooit een goede crisis - de BUN een jaar ...
Juli 2012
* Het anarchistische boeddhisme
* Geestelijke verzorging niet alleen vanuit de kerk ...
* Een aangevuld verslag van het gesprek van het KASK...
* Drie liederen zonder woorden en het Higgs-veld
* Zou ik dan toch bestaan? Een interview met mij
* De opleiding tot boeddhistisch geestelijk verzorge...
Juni 2012
* De evaluatie van de BUN schrijdt voort
* Oproep redden zendmachtiging
* Conflict BUN – BOS òòk een cultuurstrijd
* Boeddhisme is niet voor bange mensen
* Voel ik verbondenheid ?
Mei 2012
* Twee berichten - Het Boeddhistisch Dagblad gestart
* Regelgeving geestelijke verzorging in zorgsector, ...
* Boeddhistisch Geestelijke Verzorger, wat is dat ? ...
* Twee aankondigingen van studiedagen komende maand ...
* Ditjes en datjes, Brian Victoria en de VU; BOSbest...
April 2012
* Mooie rol voor ex-BUN-voorzitter in Islam debat M...
* Medevreugde (mudita), een minder bekende Brahmavi...
* Een enkeltje BUN; bijdrage aan de evaluatie als ze... ‘
Maart 2012
* Mindfulness en het Boeddhisme, een dialoog
* Voorgenomen teksten van een niet-netwerker - Ove...
* Over ‘Mijn lijst met blogs’ en andere lezenswaard...
* Geluk, de grote illusie
Februari 2012
* De vertaling van de evaluatie van de BUN
* Een voorbereidende vervolgopleiding boeddhisme
* Voorspoedige start van *openboeddhisme* als journa...
* De evaluatie van de BUN is begonnen
* Nederlandse boeken over boeddhisme
* Seculier Boeddhisme, is dat wat ? Een soort inte...
Januari 2012
* Boeddhisme opleidingen bij de VU vanaf september ...
* Gaat de BUN zichzelf opnieuw uitvinden ?
* (God is niet één) en de Boeddha ook niet; deel 2...
* Wat hebben mensen (boeddhisten ook) toch tegen den...
* Jaaroverzicht 2011 Televisieprogramma’s Boeddhisti...
December 2011
* Zen dot nl - Een dure opleiding voor een Zen-ler...
* Ouderen (en) boeddhisme
* God is niet één (en Boeddha ook niet); deel 1 -...
* Een nieuwe VU hoogleraar boeddhistische filosofie
* Hoe gaat het met het boeddhisme in Nederland ?
* BUN, BOS, de plaats van het boeddhisme bij de VPRO...
* Tentoonstelling ‘De Gouden Eeuw van China’ leidt t...
November 2011
* Twee nieuwe boeken over metta en karuna: Noah Levi...
* Een uit boeddhisten bestaande programmaraad voor d...
* Reageren op berichten is nu mogelijk; en suggesti...
* Het advies 'Boeddhisme als richting' van de Onder...
* Wat is "kritisch boeddhisme"? - En geloof (2)...
* Wat is "kritisch boeddhisme"? - En geloof (1)...
* Monsterverbond
Oktober 2011
* Nog steeds Stephen Batchelor - Boeddhisme z...
* Een tussen-stand-van zaken met dit blog
* Een bijzondere Sutta: de Middenweg in de Pali Cano...
* Eénpersoonsdialoog christendom-boeddhisme
September 2011
* Joop vertelt de BUN nog een keer hoe hij over de z...
Juni 2011
* Vragen-over-een-opleiding-boeddhistisch
mei 2011
* Wat is de ekonomische betekenis van het boeddhisme
november 2010
* Een retraite gericht op concentratie
oktober 2010
* WELKOM OP DE TITANIC
augustus 2010
* Wensen t.a.v. (onderzoeks-)publicaties over het re...
oktober 2009
* Boeddhisme: geloof of levenswijze ?
september 2009
* Bestaat een boeddhistisch geweten ? Geëngageerd...
januari 2009
* Is het boeddhisme een religie? ...
* Wie is boeddhist ?
* Gedoemd of verzoend ?
* Commercialisering bedreigt boeddhisme (?)
december 2008
* Wat moet ik met de BUN ?
* 'Het open veld van de ervaring' van Han de Wit
* Editorial / Redactioneel (2)
* The Holy Ghost and Buddha Nature
* No opinion about Nibbana
* Am I a Theravadin?
* The 'two truths' idea in Theravada
* Two possible views on the Dhamma
* De BOS-docu 'De toewijding van Matthieu Ricard'
* Boeddhisme en macht
* Brief van juni 2008 aan het BUN-Bestuur
* De BUN en de minister (verstuurd 26 november)
* Brief ter opname het Zomer/Herfst - nummer 2008 (v...
* Dharma Vrienden
* Uit een discussie over 'boeddhisme en wetenschap'
* Text as Father
* Redactioneel
* Schrijven aan De Vimalakirti Neerlandica Sutra ...
donderdag 1 november 2012
Het handboek boeddhistisch geestelijke verzorging is uitgekomen
Na een paar vooraankondigingen is nu echt binnen:
The Arts of Contemplative Care
Pioneering Voices in Buddhist Chaplaincy and Pastoral Work
Edited by C.A. Giles and W.B. Miller
Wisdom Publications, 2012
345 + xxii pagina’s
Noah Levine, schrijver van een aantal Dharma-boeken en hoofdleraar van de meditatiegroep ‘Tegen de stroom in' zegt van dit boek:
‘Destined to become the core text of Buddhist chaplaincy. A radical and wise offering to the world. ’
Vrij vertaald: dit wordt hèt handboek voor boeddhistisch geestelijke verzorging .
Ook in Nederland en niet alleen om er geen ander vergelijkbaar boek is.
Nog een andere tekst, van de achterflap, volgens mij zonder overdrijving:
'Powerful and life–affirming, this watershed volume brings together the voices of pioneers in the field of Buddhist contemplative care – from hospice and hospitals to colleges, prisons, and the military.
Each first-person essay offers a destillation of the wisdom gained over years of experience, and vividly shows the lived experience of each pastoral worker.
The stories told here aren sure to inspire – whether you are a professional caregiver or are simply called to serve through caregiving.
Quite simply, this is a book that can change lives.’
Ik heb nog maar een klein deel gelezen, dus nu nog geen recensie of samenvatting (sowieso onmogelijk doordat er 32 hoofdstukken van nog meer auteurs in staan).
Slechts een inhoudsopgave, een paar citaten uit het begin, de internet-resources, een paar hoofdstukken aangestipt en een eerste indruk.
Een Nederlandse vertaling ervan zou mooi zijn maar zal er gezien de verwachte kleine oplage niet in te zitten. Maar master-studenten lezen uiteraard Engels. Wellicht kan het Boeddhistisch Magazine (Kwartaalblad) een of meer hoofdstukken laten vertalen.
Table of Contents
Preface, Pat Enkyo O’Hara
Foreword, Judith Simmer-Brown
Editors’ Preface, Cheryl A. Giles and Willa B. Miller
I . THE ROOTS OF CONTEMPLATIVE CARE: FOUNDATIONS OF A DISCIPLINE
II. SERVING THE SICK: THE ARTS OF HOSPITAL CHAPLAINCY
III. DHARMA BEHIND BARS: THE ARTS OF PRISON MINISTRY
IV. WIELDING MANJUSSHRI’S SWORD
V . LIVING WITH DYING: THE ARTS OF LIFE CARE
VI. THE PASTORAL ROLE OF THE DHARMA TEACHER: THE ARTS OF MINISTRY
Internet Resources for Buddhist Chaplaincy and Ministry
Selected Bibliography
Index
Een paar stukjes inhoud en eerste indrukken
'Indrukwekkend', dat is m'n eerste indruk. Alle bekende namen (voorzover ik die ken, hoor) uit de wereld van de boeddhistische geestelijke verzorging hebben in dit boek geschreven. Het is ook zeer breed: wat betreft maatschappelijke sectoren waarin gewerkt wordt en wat betreft boeddhistische tradities; een aantal theoretisch en veel vanuit de praktijk beschreven hoofdstukken..
Het zijn alleen Amerikaanse bijdragen, alle auteurs wonen in de VS. Niets lees ik over eventueel in het (vroegere) Aziatische boeddhisme uitgevoerde geestelijke verzorging. Misschien bestond (bestaat) die eenvoudigweg niet, los dan van de pastorale bekommernis van sommige leraren voor hun leerlingen in sommige tradities; daar zou ik wel meer van willen weten.
Wel een hoofdstuk over wat soms in het boeddhisme een taboe is: ras en het ontkennen van het bestaan van racisme (Cheryl Giles, Beyond the Color Line, Cultivating Fearlessness in Contemplative Care).
Ook – in deel VI – hoofdstukken over wat ook in Nederland zal boeien: de sangha-leraar als geestelijk verzorger, en de relatie tussen die twee functies.
De titels van de hoofdstukken zijn ook veelzeggend; bijvoorbeeld 'Meditation is not enough' en 'Buddhist Chaplaincy in a Christian Context '.
Die christelijke context, de veel oudere traditie van christelijke geestelijke verzorging blijkt op veel plaatsen, ook in de gekozen termen, bijvoorbeeld 'ministry'.
Terminologisch is het boek ook interessant; allereerst de gekozen titel van de functie: 'buddhist chaplaincy', maar ook 'contemplative care'. Ik vertaal (ruw, waarbij ik ‘care’ als ‘zorg’ vertaal maar het ook ‘verzorging’ kan zijn) wat de redacteuren daarover zeggen (pagina xvii):
‘Comtemplatieve zorg’ is verwant aan de term ‘spirituele zorg’; onder dat laatste verstaan we de zorg gegeven door een breed spectrum van mensendie in allerlei contexten emotionele en spirituele steun bieden, zowel professioneel als informeel. ‘Contemplatieve zorg' daarentegen verwijst naar het soort zorg die op een deskundige wijze is gebaseerd op een rigoreuze training in een meditatieve en contemplatieve traditie.
Benadrukt wordt dat het werk van de buddhist chaplain nog volop in ontwikkeling is; het boek getuigt daar ook van, de omschrijvingen van wat de functie is verschillen nogal van elkaar. Die dynamiek wordt door de redacteuren toegejuicht.
Hoewel ik geen boeddhistisch geestelijk verzorger ben (maar wie wel in Nederland?) lijkt dit boek me zeer goed bruikbaar in een opleiding voor BGV-ers hier. Het onderscheid tussen master-opleiding en ambtsopleiding heb ik niet helemaal doorgrond, maar dit boek lijkt me wel de noodzakelijke stof voor minstens een tweejarige opleiding voor deze functie en dit beroep te bieden.
In de discussie over de vormgeving daarvan zou begonnen kunnen worden met het hoofdstuk ‘Cultivating an Appropriate Response: Educational Foundations for Buddhist Chaplains and Pastoral Care Providers' van D.J. Kinst (pagina 9-16). Paragrafen daarvan zijn:
- Buddhist Study,
- Contributions from Contemporary Psychology and Counseling,
- Pastoral Care Literature,
- The Ground of Practice.
Interessant is ook het hoofdstuk ‘The Way of the Chaplain – A Model Based on a Buddhist Paradigm’ van Mikel Ryuho Monnett (pagina 105-110)
Hierin noemt hij vijf eisen aan een ‘buddhist chaplain’ te stellen:
- Compassie
Met nadruk noemt Monnett dat het werk van de BGV gebaseerd moet zijn op karuna, compassie.
- Upaya (skillful means)
Het zich kunnen inleven in en aanpassen aan de situatie van de ander betekent ook professionaliteit. Gesuperviseerde training is daar wezenlijk bij.
- Prajna (wisdom)
De BGV is niet alleen professional maar ook een mens en dus iemand die fouten kan maken. Daarvan kunnen leren en authentiek zijn zijn een invulling van deze eis van Monnett.
- Shila (moral discipline)
De in het Pali sila genoemde ethische regels van het boeddhisme zijn voor de geestelijk verzorger specifiek van belang omdat hij met mensen te maken krijgt die zeer kwetsbaar zijn, ook psychisch, en daardoor makkelijk beinvloedbaar.
- Vows and lineage
De auteur onderscheidt hier de ‘vows’ van de morele discipline. Daarnaast is er de vraag naar het gezag van de boeddhistisch geestelijk verzorger waarbij de relatie tot zijn/haar leraar of zijn/haar boeddhistische traditie van groot belang.
Sommige van deze eisen of de verwoording ervan zijn te exclusief Mahayana, vind ik
Het hoofdstuk ‘Thus I Have Listened' door Willa Miller (pagina 282-290) levert in feite een zesde eis aan een boeddhistisch geestelijk verzorger te stellen: kunnen luisteren. Moelijk voor veel leraren en andere veel pratenden.
Ook in dit hoofdstuk weer: uitgaand van eigen ervaringen en daarop reflecterend.
Dit is kenmerkend voor het hele boek.
Ik ga het verder lezen.
Aanklikbaar: pagina xvii & xviii
Aanklikbaar: pagina xix & xx
Aanklikbaar: pagina 325
The Arts of Contemplative Care
Pioneering Voices in Buddhist Chaplaincy and Pastoral Work
Edited by C.A. Giles and W.B. Miller
Wisdom Publications, 2012
345 + xxii pagina’s
Noah Levine, schrijver van een aantal Dharma-boeken en hoofdleraar van de meditatiegroep ‘Tegen de stroom in' zegt van dit boek:
‘Destined to become the core text of Buddhist chaplaincy. A radical and wise offering to the world. ’
Vrij vertaald: dit wordt hèt handboek voor boeddhistisch geestelijke verzorging .
Ook in Nederland en niet alleen om er geen ander vergelijkbaar boek is.
Nog een andere tekst, van de achterflap, volgens mij zonder overdrijving:
'Powerful and life–affirming, this watershed volume brings together the voices of pioneers in the field of Buddhist contemplative care – from hospice and hospitals to colleges, prisons, and the military.
Each first-person essay offers a destillation of the wisdom gained over years of experience, and vividly shows the lived experience of each pastoral worker.
The stories told here aren sure to inspire – whether you are a professional caregiver or are simply called to serve through caregiving.
Quite simply, this is a book that can change lives.’
Ik heb nog maar een klein deel gelezen, dus nu nog geen recensie of samenvatting (sowieso onmogelijk doordat er 32 hoofdstukken van nog meer auteurs in staan).
Slechts een inhoudsopgave, een paar citaten uit het begin, de internet-resources, een paar hoofdstukken aangestipt en een eerste indruk.
Een Nederlandse vertaling ervan zou mooi zijn maar zal er gezien de verwachte kleine oplage niet in te zitten. Maar master-studenten lezen uiteraard Engels. Wellicht kan het Boeddhistisch Magazine (Kwartaalblad) een of meer hoofdstukken laten vertalen.
Table of Contents
Preface, Pat Enkyo O’Hara
Foreword, Judith Simmer-Brown
Editors’ Preface, Cheryl A. Giles and Willa B. Miller
I . THE ROOTS OF CONTEMPLATIVE CARE: FOUNDATIONS OF A DISCIPLINE
II. SERVING THE SICK: THE ARTS OF HOSPITAL CHAPLAINCY
III. DHARMA BEHIND BARS: THE ARTS OF PRISON MINISTRY
IV. WIELDING MANJUSSHRI’S SWORD
V . LIVING WITH DYING: THE ARTS OF LIFE CARE
VI. THE PASTORAL ROLE OF THE DHARMA TEACHER: THE ARTS OF MINISTRY
Internet Resources for Buddhist Chaplaincy and Ministry
Selected Bibliography
Index
Een paar stukjes inhoud en eerste indrukken
'Indrukwekkend', dat is m'n eerste indruk. Alle bekende namen (voorzover ik die ken, hoor) uit de wereld van de boeddhistische geestelijke verzorging hebben in dit boek geschreven. Het is ook zeer breed: wat betreft maatschappelijke sectoren waarin gewerkt wordt en wat betreft boeddhistische tradities; een aantal theoretisch en veel vanuit de praktijk beschreven hoofdstukken..
Het zijn alleen Amerikaanse bijdragen, alle auteurs wonen in de VS. Niets lees ik over eventueel in het (vroegere) Aziatische boeddhisme uitgevoerde geestelijke verzorging. Misschien bestond (bestaat) die eenvoudigweg niet, los dan van de pastorale bekommernis van sommige leraren voor hun leerlingen in sommige tradities; daar zou ik wel meer van willen weten.
Wel een hoofdstuk over wat soms in het boeddhisme een taboe is: ras en het ontkennen van het bestaan van racisme (Cheryl Giles, Beyond the Color Line, Cultivating Fearlessness in Contemplative Care).
Ook – in deel VI – hoofdstukken over wat ook in Nederland zal boeien: de sangha-leraar als geestelijk verzorger, en de relatie tussen die twee functies.
De titels van de hoofdstukken zijn ook veelzeggend; bijvoorbeeld 'Meditation is not enough' en 'Buddhist Chaplaincy in a Christian Context '.
Die christelijke context, de veel oudere traditie van christelijke geestelijke verzorging blijkt op veel plaatsen, ook in de gekozen termen, bijvoorbeeld 'ministry'.
Terminologisch is het boek ook interessant; allereerst de gekozen titel van de functie: 'buddhist chaplaincy', maar ook 'contemplative care'. Ik vertaal (ruw, waarbij ik ‘care’ als ‘zorg’ vertaal maar het ook ‘verzorging’ kan zijn) wat de redacteuren daarover zeggen (pagina xvii):
‘Comtemplatieve zorg’ is verwant aan de term ‘spirituele zorg’; onder dat laatste verstaan we de zorg gegeven door een breed spectrum van mensendie in allerlei contexten emotionele en spirituele steun bieden, zowel professioneel als informeel. ‘Contemplatieve zorg' daarentegen verwijst naar het soort zorg die op een deskundige wijze is gebaseerd op een rigoreuze training in een meditatieve en contemplatieve traditie.
Benadrukt wordt dat het werk van de buddhist chaplain nog volop in ontwikkeling is; het boek getuigt daar ook van, de omschrijvingen van wat de functie is verschillen nogal van elkaar. Die dynamiek wordt door de redacteuren toegejuicht.
Hoewel ik geen boeddhistisch geestelijk verzorger ben (maar wie wel in Nederland?) lijkt dit boek me zeer goed bruikbaar in een opleiding voor BGV-ers hier. Het onderscheid tussen master-opleiding en ambtsopleiding heb ik niet helemaal doorgrond, maar dit boek lijkt me wel de noodzakelijke stof voor minstens een tweejarige opleiding voor deze functie en dit beroep te bieden.
In de discussie over de vormgeving daarvan zou begonnen kunnen worden met het hoofdstuk ‘Cultivating an Appropriate Response: Educational Foundations for Buddhist Chaplains and Pastoral Care Providers' van D.J. Kinst (pagina 9-16). Paragrafen daarvan zijn:
- Buddhist Study,
- Contributions from Contemporary Psychology and Counseling,
- Pastoral Care Literature,
- The Ground of Practice.
Interessant is ook het hoofdstuk ‘The Way of the Chaplain – A Model Based on a Buddhist Paradigm’ van Mikel Ryuho Monnett (pagina 105-110)
Hierin noemt hij vijf eisen aan een ‘buddhist chaplain’ te stellen:
- Compassie
Met nadruk noemt Monnett dat het werk van de BGV gebaseerd moet zijn op karuna, compassie.
- Upaya (skillful means)
Het zich kunnen inleven in en aanpassen aan de situatie van de ander betekent ook professionaliteit. Gesuperviseerde training is daar wezenlijk bij.
- Prajna (wisdom)
De BGV is niet alleen professional maar ook een mens en dus iemand die fouten kan maken. Daarvan kunnen leren en authentiek zijn zijn een invulling van deze eis van Monnett.
- Shila (moral discipline)
De in het Pali sila genoemde ethische regels van het boeddhisme zijn voor de geestelijk verzorger specifiek van belang omdat hij met mensen te maken krijgt die zeer kwetsbaar zijn, ook psychisch, en daardoor makkelijk beinvloedbaar.
- Vows and lineage
De auteur onderscheidt hier de ‘vows’ van de morele discipline. Daarnaast is er de vraag naar het gezag van de boeddhistisch geestelijk verzorger waarbij de relatie tot zijn/haar leraar of zijn/haar boeddhistische traditie van groot belang.
Sommige van deze eisen of de verwoording ervan zijn te exclusief Mahayana, vind ik
Het hoofdstuk ‘Thus I Have Listened' door Willa Miller (pagina 282-290) levert in feite een zesde eis aan een boeddhistisch geestelijk verzorger te stellen: kunnen luisteren. Moelijk voor veel leraren en andere veel pratenden.
Ook in dit hoofdstuk weer: uitgaand van eigen ervaringen en daarop reflecterend.
Dit is kenmerkend voor het hele boek.
Ik ga het verder lezen.
Aanklikbaar: pagina xvii & xviii
Aanklikbaar: pagina xix & xx
Aanklikbaar: pagina 325
Abonneren op:
Posts (Atom)