vrijdag 18 december 2015

Een soort Boeddhistisch Maandblad. De BOS foetsie, het B.Mag ter ziele. Nu het sufferdje (BD) nog. Theses Batchelor. Gaat de vipassana zich opnieuw uitvinden? Wat moeten we toch met religie en een prijsvraag.


Een leraar-arm en een boeddhistisch-media-loos 2016 toegewenst

"Van gezond dualisme is nog nooit iemand slechter geworden"
Van der Staaij (SGP) in het Kamerdebat over de Teevendeal

Een maandblad ?                                                                                                             Detail uit
'Levensboom' van Jantien Jongsma
In  Mei 2015  schreef ik, er mee te stoppen.
Dat gaat ook gebeuren, maar geen cold turkey .
En bovendien kreeg ik van allerlei mensen te horen dat ze m'n teksten zo waardeerden, dat is ook weer zo wat.
De laatste maanden was de productie al steeds beperkter. Soms wel heel lange stukken, niet altijd strak geredigeerd. Maar wel prachtstukken, niet snel verouderend.
Nu nog af en toe wat, eens per maand bijvoorbeeld.
Een soort maandblad met diverse artikelen. Als er hier tenminste nog wat gebeurt, of er Engelstalig een ook voor ons interessante tekst verschijnt. Anders niet. Een proeve.

En anderen dan?

Hier heb ik het alleen over schrijvers of platforms van serieuze artikelen, niet over gebabbel of gebrabbel (BD bv), of de eigen leraar verheerlijkende websites (Zen.nl bv)
* Katinka Hesselink schrijft nog bijna uitsluitend over mindfulness, goeie stukken, daar niet
   van, maar geen boeddhisme. Haar meest recente tekst . En hier  haar andere blog ;
* Hopelijk komt OpenBoeddhisme weer op stoom, over seksueel misbruik, over boeddhisme
   en geld, maar ook over de meer subtiele onwenselijke verering (devotie) voor de leraar;
* Ron Sinnige schrijft nog maar heel weinig, helaas;
* Jules Prast neem ik niet meer serieus, voor mij is hij niet agendasetting ;
* Op de LinkedIn groep 'Boeddhisme in Nederland' gebeurt niets interessants meer;
* SIMsara (drie keer per jaar) is te braaf;
* In Facebook wordt kennelijk soms over boeddhisme geschreven, maar daar wil ik niet op;
* De kwartaalsite van de VvB (nu Varamitra) bevat mengsel van ouwe koek en aardige artikelen;
* De blog van Edel Maex is dan nog een van de aardigste overblijvers; wel erg Zen-nig
   soms, inclusief de ontkenning dat het onderscheid Mahayana-Theravada relevant is.
Ben ik nog iemand vergeten?
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Weg met de BOS ! Lang leve Bodhitv ?

Zal Bodhitv dan toch nog, zoals ik voorgesteld heb, uit zijn (haar) as herrijzen? Maar dan los van de bevoogding door de BOS-directrice; en los van het B.D., mag ik hopen.
Waar ik niet gelukkig mee ben is dat het merk 'Bodhitv ' nu op twee manieren gebruikt gaat worden:
* De 'boeddhistische' programma's die KRO-NCRV gaat maken krijgen niet het logo 'BOS'
   (dat wilden de christenen niet) maar 'Bodhitv'.
* En de private website (met geld van de vrienden van de voormalige BOS) Bodhitv 2.0 ook,
   als dat door gaat tenminste, want er is nu pas een werkgroep over aan het nadenken.
Dat is verwarrend en onwenselijk, dat zal KRO-NCRV ook wel vinden. Trouwens, per jaar 23 uur 'boeddhistische' tv voor minder dan een miljoen (7% van € 12 m.), daar geloof ik niets van.

Voor de BOS-Radio eindigt het jaar en dus het leven vrij roemloos.
De redactie van de BOS (en dus niet Bettine Vriesekoop, die wist van niets) verwijderde uit het interview van Bettine met Frank Uyttebroeck diens verwijzing naar Nico Tydeman als leraar die ook grensoverschrijdend gedrag als leraar met een leerlinge heeft gehad. Dit werd ontdekt door Rob Hogendoorn die dat meldde op een Facebook-pagina. De oorspronkelijke versie is hier te horen (en zien) en de gekuiste versie hier .
Het BD meldde het incident ook maar gaat niet kritisch in op de verdediging van de BOS voor deze ingreep: het verwijderen van drie seconden (zolang duurt het uitspreken van de naam 'Nico Tydeman') wordt gebracht als het naar het juiste aantal zendminuten terugbrengen van het interview. En "... de quote [is] eruit gehaald omdat die tot verwarring zou leiden. Onze taak is het om zaken helder uit te leggen, dat was in het interview niet gebeurd. En dat kwam later tot uiting. Tydeman had een relatie met een volwassen vrouw en is in dat opzicht niet te vergelijken met Mettavihari" is m.i. al te doorzichtig Nico Tydeman uit de wind houden net zoals VVD-ers elkaar in de Teevendeal uit de wind probeerden te houden. De BOS heeft immers de afgelopen maanden geen enkele keer aandacht besteed aan 'de zaak Tydeman': te pijnlijk voor hun held.

Overigens werd in deze uitzending van 15 december wel gemeld dat 'boeddhistische' televisie voortaan door KRO-NCRV wordt gemaakt en de Bodhitv wellicht buiten het bestel een herstart krijgt, maar over de BOS-radio geen woord. Geen podcasts dus?

=======================================================================

Over leraren en andere inzichts-mediterenden

Onder 'leraar-arm' versta ik: eerste twee jaar heeft een beginnend beoefenaar een leraar nodig die inleidt in de Dhamma en de techniek van de meditatie. Daarna zijn spirituele vrienden nuttig.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

De wijze waarop de vipassana-gemeenschap
uit haar crises kan komen, gaat op
de wijze van de Baron von Münchhausen


Een andere keer wilde ik over een moeras heen, dat me aanvankelijk niet zo heel breed bleek. Maar tijdens de sprong ging ik daar anders over denken. Zwevend in de lucht keerde ik weer om, naar waar ik zonet vandaan gekomen was, om een grotere aanloop te nemen.

Niettemin was mijn sprong ook de tweede keer te kort en verdween ik niet ver van de andere oever tot aan de hals in het moeras. Hier had ik onafwendbaar moeten omkomen als ik niet door de kracht van mijn eigen arm mijzelf aan mijn haren, samen met mijn paard, dat ik tussen mijn knieën geklemd hield, er weer uitgetrokken had."

Laat ik maar definitief spreken over 'inzichtsmeditatie' en niet over 'vipassana'.
'De veertien' bestaat niet meer, 'de 6', 'de 7' of 'de 11' ook niet, er zijn mensen die groepen en soms ook retraites begeleiden. Wat mij opviel was hoe sterk de dynamiek in de voormalige groep van 14 invloed heeft gehad op wat (te) makkelijk 'de zwijgcultuur' is genoemd. Een verlammende invloed ook, waarna niemand meer de regie had. Het effect was kwalijk, tragisch en genant.
De gevolgen van het demasqué van Mettavihari worden langzaam zichtbaar; te langzaam naar mijn zin, maar dat is een goede oefening in geduld.
Ik noem er drie, deze (en nog veel meer zaken) zijn aan de orde gekomen in een bijeenkomst van ruim vijftig beoefenaren op 13 december.

Het eerste is dat de gevoeligheid voor (seksueel) misbruik aanmerkelijk is toegenomen en er procedures aan het komen zijn om de kans daarop te verkleinen, voor de kans op het lang doorgaan ervan.
Een aantal sangha's heeft nu ook, na de SIM, een ethische code, bv SanghaMetta
Ik wil aan de code t.a.v. seksueel ongeoorloofd gedrag (de derde van de 'leefregels') een code toevoegen over 'onjuist' zwijgen bij de 4e van de leefregels, het vermijden van onjuist spreken. Niet zwijgen als men ziet dat er in de sangha een (seksuele) relatie leraar-leerling ontstaat.
Beide overigens met als sluitstuk: het externe 'Meldpunt '

Het tweede is dat steeds breder wordt onderkend dat de 'transmissie' als leraar van Mettavihari aan 14 van zijn leerlingen in feite ongeldig is, of dat de huidige leraren zich er niet meer op willen beroepen. De steen waarop het gebouw rustte, is weggetrokken. Mij bevalt dit gebrek aan houvast, deze existentiële leegte wel, al is het wel lastig in een organisatie. Toch biedt het mogelijkheden. Er moet een nieuwe benoemingsprocedure komen, formeel of tamelijk informeel, daar was men nog niet uit (ik ben voorstander van formeel). Rol van de SIM daarin? Ook moet explicieter worden wat de Westerse leraar is: geen 'verlichte' monnik, maar een 'spirituele vriend'.

Hoe Westers moet trouwens de inhoud van de beoefening worden waarvoor ik nu (in mijn fantasie) een organisatie over aan het optuigen ben? Strikte vipassana à la Mahasi (en/of à la Mettavihari hoewel dat volgens Guus Went niet hetzelfde is) of meer inzichtsmeditatie zoals bv in Spirit Rock, IMS en Gaia House gegeven wordt. Ook weer met mijn mening: het laatste.

Het derde is de plaats van de leraar in de organisatie van de sangha. Mogelijk is het model beter (in ieder geval is dat mijn opvatting) dat de leraar niet in het bestuur van de sangha zit maar dat er een overkomst leraar-bestuur wordt gesloten: het Groningse model. Nu zit de leraar nog in een aantal besturen, soms zelfs als voorzitter.

Er komt een volgende bijeenkomst, met een aangevulde voorbereidingsgroep; tijd en vorm is nog niet bekend. Ik heb aangeboden de suggesties in mijn schrijfsels van het afgelopen jaar in de vorm van concrete voorstellen te vertalen. Wat hierboven staat is een samenvatting er van.
Maar mogelijk deelt niet iedereen mijn motto: vertrouwen is goed maar procedures zijn beter.

=======================================================================

In oktober kondigde ik het nieuwe boek van Stephen Batchelor aan, titel After Buddhism

Daarin schreef ik o.a.: Interessant vind ik zijn 'Ten Theses of Secular Dharma ' op pag 321-322.
Een - ik durf de term bijna niet te gebruiken - soort geloofsbelijdenis.

Deze 'theses' zijn nu ook digitaal te vinden op de Website Secular Buddhism . Met de nodige discussie erover, 41 comments inmiddels.
Eén van de meest recente daarvan, om de betekenis aan te geven: 'One big difference between these principles and Luther’s theses is that Luther was mainly concerned with belief, whereas Batchelor is mainly concerned with practice. '

Ik doe een poging, ze te vertalen. Dat viel nog niet mee, Batchelor heeft de eerste versie ervan jaren geleden geschreven en er steeds verder aan geschaafd. Dus elk woord telt.


Tien stellingen van Seculiere Dharma

1. Een seculier boeddhist is iemand die toegewijd is aan de beoefening van de dharma in het belang van uitsluitend deze wereld.

2. De beoefening van de dharma bestaat uit vier taken: het lijden te omarmen, de reactiviteit te laten gaan, tot het staken van de reactiviteit te observeren, en een eenheidvormende manier van leven te cultiveren.

3. Alle mensen, ongeacht geslacht, ras, seksuele geaardheid, handicap, nationaliteit en religie, kunnen deze vier taken beoefenen. Elke persoon, op elk moment, heeft de potentie meer wakker, responsief, en vrij te zijn.

4. De beoefening van de dharma is evenveel gericht op hoe men spreekt, handelt, en werkt in de publieke ruimte áls met hoe men privé spirituele oefeningen doet.

5. De dharma is dienstbaar aan de behoeften van mensen op bepaalde tijden en plaatsen. Elke vorm die de dharma aanneemt is een voorbijgaande menselijke schepping, afhankelijk van de historische, culturele, sociale en economische omstandigheden die het bepaalt.

6. De beoefenaar eert de vormen van dharma-leer die in verschillende tradities zijn doorgegeven, tegelijk zoekend naar een creatieve manier om ze op te voeren op een manier die past bij de wereld zoals die nu is.

7. De gemeenschap van beoefenaren wordt gevormd door autonome personen die elkaar wederzijds ondersteunen in het cultiveren van hun paden.
In dit netwerk van gelijkgezinde individuen, respecteren de leden de gelijkheid van alle leden, tegelijkertijd de specifieke kennis en expertise honorerend die iedere persoon met zich mee brengt.

8. Een beoefenaar streeft naar een ethiek van zorgzaamheid, gebaseerd op empathie, compassie en liefde voor alle wezens die ontstaan zijn op deze aarde.

9. Beoefenaren proberen het structurele geweld van samenlevingen en instellingen te begrijpen en verminderen, alsmede de wortels van het geweld dat zich in zichzelf bevinden.

10. Een beoefenaar van de dharma streeft naar het ontwikkelen van een cultuur van het ontwaken dat zijn inspiratie zowel in boeddhistische als in niet-boeddhistische, religieuze en seculiere bronnen vindt.

=======================================================================

Wat moeten we toch met religie ?

Omdat het een kerstnummer lijkt te worden, lijkt dat me wel een aardige vraag.
Eerst terug naar het artikel van Koert van der Velde als soort samenvatting van z'n boek, in m'n vorige blog behandeld.
Een reactie Edel Maex in de digitale krant op dit artikel, duidelijk geval van distantie nemen: "De Amerikaanse zenleraar Norman Fischer merkte ooit op: 'Religion is evolving under our noses, but we are not noticing it because we are stuck on old forms and old terminologies'. De analyse van Koert van der Velde probeert een nieuw fenomeen als mindfulness op te sluiten in een kooi van oude vormen en terminologieën. Het resultaat is dat hij er compleet naast grijpt en alleen maar een visie op religie zichtbaar maakt waar veel mensen zich zoeken van te emanciperen."

Daar heeft Maex gelijk in en ik begrijp heel goed dat hij de indruk heeft dat iemand hem voor zijn kar wil spannen. Moderne varianten op het Christendom (à la van der Velde die zich niet in deze omschrijving zal herkennen) zijn niet zo zinvol om te construeren. 'Religion is evolving under our noses', dat kan best zo zijn, maar er gebeurt van alles onder onze neus, ook niet-religieuze processen, zonder dat we ons dat realiseren.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Update 20 dec.   Maex heeft z'n kommentaar op van der Velde uitgewerkt in z'n blog,
ook opgenomen in NieuwWij .
Zie voor het vervolg m'n Update 21 dec. bij m'n vorige blog.
-----------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Eerlijk gezegd krijg ik steeds een atheïstische reflex als ik hoor dat religie overal is. Maar een ander moment krijg ik een religieuze reflex als ik hoor dat het boeddhisme geen religie is (maar een filosofie, een manier van leven). Voor mij is (het beoefenen van) het boeddhisme, vanuit m'n optiek van ultieme zinloosheid, religieus: een irrationele poging tot zingeving aan het zinloze. Alleen lijkt het me beter de term 'religieus' niet te gebruiken, maar ik kom als alternatief niet veel verder als: het hebben van een zingevings-intentie.
Zie de Bijlage voor een korte beschouwing van Batchelor over het woord 'religious'.

Mijn positie is die van Albert Camus: [Het boek] " 'De mythe van Sisyphus' ... Sisyphus is de sterveling die in opstand kwam tegen de goden en daarvoor de meest ernstige straf denkbaar opgelegd kreeg: zinloosheid. Hij is gedoemd eeuwig een rots de berg op te duwen, te zien hoe deze weer naar beneden rolt en opnieuw te beginnen. Voor Camus is Sisyphus de ultieme absurde held. Hoewel zijn arbeid zwaar, nutteloos en oneindig is, vraagt Camus ons in te beelden dat Sisyphus rustig de berg afloopt, zijn steen achterna. Naar beneden wandelend, wordt hij zich bewust van het absurde van zijn situatie. Precies dit moment van helderheid en inzicht is tragisch en kwellend, maar tegelijkertijd Sisyphus' overwinning. 'We moeten ons Sisyphus als een gelukkig mens voorstellen,' schrijft Camus". Bron: hier

Die atheïstische reflex krijg ik ook, als ik het interview in NieuwWij   “Voedingsbodem voor antireligieuze sentimenten is steeds vruchtbaarder geworden” met Taede Smedes lees.
De (grotendeels door Smedes overgenomen) stelling van de interviewster is dat 'we' steeds vaker antireligieuze geluiden horen. "Het publieke debat lijkt gedomineerd te worden door atheïstische opiniemakers, die religie maar wat graag door het slijk halen – zonder gehinderd te worden door enige kennis van zaken. Waar komt dit vandaan? En moeten religieuze mensen zich zorgen maken? "
Smedes ziet de verharding in de wetenschap/religie discussie als één van de oorzaken voor de toename van antireligieuze sentimenten in onze maatschappij. En die antireligieuze sentimenten betreffen dan islam plus christendom: slachtofferschap van christenen over de rug van moslims vind ik dat. Ik zou wel eens harde onderzoeksfeiten willen zien hoeveel mensen met ongenuanceerde kritiek op de islam tegelijk kritiek op het christendom hebben: een klein percentage denk ik. Het christendom is grotendeel irrelevant in Nederland (in de VS is het wat anders); en wetenschappers doen gewoon hun wetenschaps-ding (of hun therapie-ding zoals mindfulness). Wetenschappers kunnen over zaken buiten hun vakgebied domme dingen zeggen, meer is er niet aan de hand. En wie interesseert zich nu in het creationisme? Helaas is zelfs de interesse van veel mensen (boeddhisten en niet-boeddhisten) in de evolutie-theorie heel klein.

Even was ik van plan het betoog om te draaien en me in atheïstisch slachtofferschap te wentelen zoals soms de door Smedes zo verfoeide Dawkins doet. Maar zover identificeer ik me toch net niet met het atheïsme; en bovendien heb ik geen talent voor slachtofferschap.
Maar als denkoefening dan: misschien wel erger dan antireligiositeit is de anti-atheïsticiteit (een draak van een woord, maar dat is mijn schuld niet). Het atheïsten-bashen vindt voortdurend plaats, ook als ze met heel andere zaken bezig zijn.

Smedes geeft in het interview nog een leuk voorbeeld “Het zijn uitingen van onderbuikgevoelens richting alles wat naar religie riekt. Je ziet het nu ook gebeuren met de discussie rond mindfulness. Koert van der Velde heeft in zijn recente boekje laten zien hoe religieus mindfulness eigenlijk is en ineens wordt mindfulness door menigeen afgeschoten."
Ik heb kritiek op van der Velde's niet-wetenschappelijk onderbouwde stelling dat mindfulness religieus zou zijn. En in Trouw hebben reaguurders zoals altijd veel kritiek op van alles, ook op mindfulness. Wat is het verband, toch niet antireligiositeit?

Smedes sluit als volgt af: "Ik zou hoe dan ook graag zien dat elke religieuze man of vrouw het als zijn of haar taak ziet om zich in het publieke debat te mengen en discussies te nuanceren, vooral om te laten zien dat de heersende stereotypen van geloven niet bestaan. Niet alle gelovigen zijn religieuze fundamentalisten of irrationele creationisten. Daarbij denk ik dat gelovigen zich niet moeten gaan opsluiten in eigen organisaties of eigen politieke partijen. Dan plaats je jezelf in een hokje. Vind je het dan gek dat anderen jou daar vervolgens graag in opsluiten?
Nog steeds in m'n gedachte-oefening draai ik een paar woorden om:
Ik zou hoe dan ook graag zien dat elke a-religieuze man of vrouw het als zijn of haar taak ziet om zich in het publieke debat te mengen en discussies te nuanceren, vooral om te laten zien dat de heersende stereotypen van niet-geloven niet bestaan. Niet alle niet-gelovigen zijn a-religieuze fundamentalisten ... Daarbij denk ik dat niet-gelovigen ... etc.

Het is mijn discussie niet, ik probeer alleen als boeddhist een beetje in dit mijnenveld tussen religieus en atheïstisch te laveren. Me realiserend dat het overgrote deel van de (Aziatische) boeddhisten zo religieus en zo theïstisch is als de pest.

=======================================================================

Prijsvraag

Wie heeft in 2015 over de boeddhisten gezegd :
" Er is geen gezaghebbend iemand in Nederland
  die er nationaal uitspringt als een boegbeeld.
  Soms zou dat niet verkeerd zijn.
"

Inzenden voor 1 februari naar jwromeijn@hotmail.com, het enige jurylid.
Prijs is een boek naar keuze uit mijn boekenkast.
Bonus voor een antwoord op de subvraag: zou spreker iemand op het oog hebben?


=======================================================================

Bijlage

Het woord 'religious', zoals benaderd door Stephen Batchelor in 'After Buddhism '

" The wordt 'religious' is notoriously difficult to define. The term has a long and confusing history, and its meaning has shifted and changed over time [Noot: Nongbri]. Here I will use it in two related but distinct senses.
In the first sense, I understand 'religious' to denote our wish to come to terms with or reconcile ourselves to our own birth and death. For many people, religious thoughts and acts are those that engage their deepest, core relationship to the totality of their life and what it means for them. This is what the theologian Paul Tillich called one's "ultimate concern". For Tillich, ultimate concern is the definition of faith, and that about which one is ultimately concerned the definition of God.
In the second sense, I take 'religious' to denote whatever formal means are employed - adherence to sacred texts, submission to the authority of monastics and priests, performance of rites and rituals, participation in spiritual retreats - to articulate, frame, and enact ultimate concerns. Secular critics commonly dismiss religious institutions and beliefs as outdated, dogmatic, repressive, and so on, forgetting about the deep human concerns that they were originally created to address.

One can be religious in the sense of being motivated by ultimate concerns, without ever engaging in any overtly religious behavior, just as one can be religious in the conventional sense merely out of habit or custom, without being driven by an ultimate concern. Those who describe themselves as 'devout atheists' are not entirely joking."    pagina 15

maandag 7 december 2015

Mindfulness, van vipassana. 'Geen gezweef', wel werking. Ook met ethiek en (verborgen) religiositeit? Nieuw boek van Koert v. d. Velde en andere teksten En hoe het verder met de inzichtsmeditatie +7 gaat

Update 15 dec.
  Vandaag verscheen in Trouw een door Koert van der Velde geschreven artikel onder de titel 'Eigenlijk is mindfulness hartstikke religieus'. M'n kommentaar is hetzelfde als dat op z'n boek.
  Afgelopen zondag zijn ruim vijftig vipassana-beoefenaren (begeleiders, lokale mediteerders, (assistent)leraren) bij elkaar geweest. Thema: 'de zaak Mettavihari': wat is er het afgelopen jaar (en daarvoor) zo al gebeurt en een begin maken met de vraag: hoe nu verder? Goed, later meer.
=========================================================================

Update 21 dec.
Onbedoeld blijkt ik een ruzietje tussen Edel Maex en Koert van der Velde te hebben veroorzaakt.
Edel was namelijk not amused toen ik in onderstaande recensie schreef dat 'Geen Gezweef' heel sterk op interview met hem leunde; iemand probeert mij voor zijn karretje te spannen, schreef hij mij. Zie deze bijdrage van Koert n.a.v. een ingezonden brief en artikel van Edel:
"Koert van der Velde zegt: 20 december 2015 om 22:08
Beste Edel,
Wat waren we het toch eens met elkaar, anderhalf jaar geleden toen ik je interviewde: dat mindfulness op zijn best religieus is, maar dat je maar beter niet kunt geloven in religieuze beelden, en evenmin in autoriteiten. Voor mij is religie het je aangesproken voelen door iets wat achter de grens van je begrip ligt, vertelde ik, een definitie die ook jou zeer aansprak, zei je.
In de anderhalf jaar erna heb ik Geen Gezweef geschreven – de passages waarin jij voorkwam – en dat zijn er nogal wat – had je met enkele kleine wijzigingsvoorstellen goedgekeurd. Ik hoopte op een mooie recensie van jouw hand en zorgde er dan ook voor dat de uitgever jou als eerste een exemplaar van het verse boek toestuurde.
Ik schreef een stukje in Trouw over een aspect van het boek, namelijk dat mindfulness vaak veel religieuzer is dan veel trainers willen toegeven.
Toen er een ‘reaguurderige’ reactie op de Trouw-site verscheen onder de naam Edel Maex, heb ik je gelijk gemaild: of iemand je naam misbruikt heeft?
Je bleek het zelf geschreven te hebben. Je las het als ‘een complottheorie’. Uit het stuk distilleerde je dat ik met een ‘duistere bril’ naar religie kijk. ,,Religie komt uit zijn tekst naar voren als grimmig, leerstellig, moralistisch, autoritair en hypocriet,’’ stel je.
Nou breekt m’n klomp dacht ik. Niks in het artikel waaruit dat blijkt, volgens mij. En in het boek houd ik juist een warm pleidooi voor een religieuze vorm van mindfulness – precies Edel, die vorm die we alle twee zo sympathiek vinden.
Ik heb je gebeld. Je beperkte je tot het je beroepen op je recht te schrijven wat je maar wilt naar aanleiding van een krantenstuk. En mijn boek? Je bent een druk mens en hebt geen tijd het te lezen, zei je.
Edel, je velt wel een hard oordeel. Daarom roep ik je nogmaals op: lees dan ook dat boek!
Met hartelijke groet,
Koert
"
=========================================================================

Voor degenen die niet meer gewend zijn, lange teksten te lezen, begin ik met mijn
Conclusie ,  waarmee ik deze blog (afgezien van de bijlagen) ook afsluit :

'Geen Gezweef ' is boeiend en informatief maar vertoont ook een gepreoccupeerdheid van de auteur met de vermeende verborgen religiositeit van mindfulness-trainers. En meer gericht is op zen à la Maex dan op vipassana à la Mahasi.
Mijn vermoeden is dat de hype-kant van mindfulness haar langste tijd heeft gehad en dat mindfulness één van de methoden blijft die een GGZ-hulpverlener soms, met een specifiek indicatie-gebied zal blijven hanteren, naast andere methoden, als maatwerk.
Mindfulness als een soort religie voor agelovigen: dat zie ik niet gebeuren. Van der Velde wil een discussie over deze pamfletkant van z'n boek: ik heb hierbij een kleine bijdrage daaraan geleverd en hoop op voortzetting van deze discussie. En er meer onbevangen onderzoek komt.

De toekomst van de inzichtsmeditatie in Nederland, voorheen bekend als vipassana, blijft ongewis. De kans dat die verder marginaliseert neemt toe naarmate de smaakmakers van deze beweging langer nalaten met een echt antwoord op de Mettavihari-crisis  te komen.
De hamvraag is of van loutering - bij de Mettavihari-leerlingen - sprake is? En dat er duidelijkheid komt over de moreel en spiritueel ongeldige 'transmissie ' van het leraarschap door Mettavihari in 2006. Mogelijk biedt een bijeenkomst volgende week duidelijkheid en kans op verandering.

=======================================================================

Een 'belangenverklaring': Het boek 'Geen Gezweef' heb ik als recensie-exemplaar gekregen.
Ik heb nooit een cursus mindfulness gevolgd. En heb ook nooit (wereldse) mindfulness gegeven; ik heb pensioen met AOW en daarvoor het beperkte ZZP-inkomen niet nodig. Noch ben ik ooit GGZ-professional geweest, die mindfulness als psycho-therapeutische interventie hanteert.

Toch bemoei ik me met de mindfulness, omdat de mindfulness zich met mij bemoeit.
Ik beoefenen namelijk vipassana-meditatie als onderdeel van het Achtvoudige Pad , dat ik als boeddhist probeer te gaan.
En 'mindfulness' is een gestripte versie, een op wereldse doelen gerichte methode, genomen van (onder andere) de vipassana, een Theravada-meditatievorm. Dat bedenk ik niet, dat zegt Kabat-Zinn, de ontwikkelaar van de mindfulness (dwz de MBSR).

Ik ben wat losser komen te staan van de vipassana, maar vind nog steeds wel dat de mindfulness-beweging schatplichtig is aan de vipassana en ik het dom vind dat ze zich dat niet beseffen of proberen te bagatelliseren. Of ik echt milder ben geworden, weet ik niet, wel heb ik de gunstige effecten om me heen van een achtweekse cursus gezien.
Verder realiseer ik me dat m'n aandachtigheid in het dagelijks leven in feite ook mindfulness is, al is die dan niet systematisch in een cursus getraind. Hier kom ik straks nog op terug.

Een paar inhoudelijke opmerkingen bij de verhouding mindfulness-vipassana: bij mindfulness-leraren lees ik wel eens dat 'mindfulness' een soort vertaling is van de Pali-term sati, dat de methode het beoefenen daarvan is. Ten onrechte; nog afgezien van de andere aspecten van het Achtvoudige Pad, bij vipassana gaat het om de combinatie van sati en Sampajañña ('clear comprehension, clear knowing, fully alert, attention, consideration, ... '). En bovendien is ook (toegangs)concentratie nodig, samatha dus. Het is een samengaan van deze mentale activiteiten. Daarom spreek ik in de titel van deze blog over vipassana + 7 = het 8-voudige pad.

Een ander aspect (dat me eerlijk gezegd niet zo verbaast) is het ontbreken van de ethische dimensie in de teksten. En dan heb ik het niet over de ethiek van de trainer maar die van de trainee, dus over de vraag of een deel van de beoefening in de acht wekelijkse sessies (en huiswerk) ook niet ethische contemplaties etc zouden moeten zijn?
Wat niet ontbreekt maar wel vaak kwaliteit (bv 'dubbelblind ') en vooral onafhankelijkheid ontbeert, is onderzoek naar de effecten van mindfulness; een voorbeeld daarvan in Bijlage 1.

Hierboven heb ik al een paar aspecten genoemd van het 'smalle' karakter van de mindfulness t.a.v. de vipassana in de aspecten van het Achtvoudige Pad. (Er zijn ook sterke punten, met name de systematiek)
Een ander punt wil geen aspect noemen maar een overstijgende zaak: het is al de vraag (bij sommigen) of vipassana een religie is (meer precies: of het beoefenen van vipassana het onderdeel is van het beoefenen van een religie - boeddhisme - door een individu, al dan niet in groepsverband). Dan is ook de vraag denkbaar: is misschien de mindfulness-beweging in het Westen langzamerhand een beetje een religie geworden? Een soort zingevingssysteem?

=======================================================================

Deze beschouwing kan het vooroordeel over mindfulness van een Theravada-vipassana beoefenaar, tevens scepticus, genoemd worden. Deze toets ik nu aan recente literatuur.
Allereerst een nieuw en zowaar Nederlands boek over mindfulness. Ik had er zin in, het leest lekker; m'n recensie is lang geworden, maar zeker niet leesvervangend.

Geen gezweef!
Mindfulness zonder dat het mindfoolness wordt

Door Koert van der Velde,     godsdienstwetenschapper en journalist
Uitgever Damon, november 2015              Te koop bij bv  Bol.com
Samenvatting door de auteur/uitgever:

Mindfulness is populair. Op universiteiten, in ziekenhuizen en zelfs in het leger wordt het beoefend. Deze neutrale techniek werkt, is wetenschappelijk bewezen en is helemaal niet religieus, kortom: 'Geen gezweef!'
   In 'Geen gezweef! ' ... gaat de auteur op onderzoek uit naar de werking, de oorsprong en de toekomst van mindfulness. Wat gebeurt er precies wanneer je aan mindfulness doet? Wat kun je ervan verwachten en wat niet? Wat is het belang van de religieuze oorsprong van mindfulness?
   Het zou zo mooi kunnen zijn: mindfulness als voorbeeld van een nieuwe technologie die het beste van een traditionele religie op een wetenschappelijke manier opnieuw beschikbaar stelt, aangepast aan de moderne geseculariseerde maatschappij. Maar, stelt de auteur, het gebruik van deze van oorsprong religieuze techniek vraagt om beleid en niet om naïviteit. Anders verwordt mindfulness tot 'mindfoolness'.
"

Het kostte me aanvankelijk wat moeite dit boek serieus te lezen, omdat de auteur met grote regelmaat leuk doet, met woordspelingen en zo. Maar toen dat eenmaal overwonnen was, verscheen er een interessant boek, op lichte toon, met veel kennis van zaken - door eigen beoefening, studie en gesprekken - geschreven.
Af en toe wint de journalist het van de wetenschapper van der Velde, als een interview met één persoon als maatgevend wordt gebracht bijvoorbeeld. Af en toe wint juist weer de in godsdienst geïnteresseerde als hij het religioserende van mindfulness mooier ziet dan er objectief in zit. 'Flirten met God ' was de titel van zijn vorige boek, tevens proefschrift; hij gaat er iets te makkelijk van uit dat dit ook bij mindfulness een bruikbaar concept is.
Ook de titel 'Geen gezweef ' vond ik aanvankelijk overdreven, tot ik merkte dat nogal wat websites van particuliere mindfulness-aanbieders dat niet-zwevende karakter benadrukken.

Het boek telt acht hoofdstukken met ieder vier à zes paragrafen; elke paragraaf heeft een kleine cliffhanger met een vraag of thema dat in het volgende wordt uitgewerkt; en elk hoofdstuk heeft een grote cliffhanger. Het lijkt zo een systematisch boek, is het ten dele ook maar het is tegelijk een pamflet met een boodschap, namelijk: voor een groot deel van de mindfulness-trainers heeft mindfulness wel degelijk een religieus karakter, voor henzelf, maar ze vertellen dat niet aan hun cursisten en dat is een taboe, of iets stiekems want met de met de mindfulness sluipt ook een mindfulness-religiositeit binnen. Bv "Want het zou toch op zijn minst merkwaardig zijn als religie via de achterdeur onze samenleving weer binnenkomt terwijl veel mensen er om verschillende goede redenen juist afstand van hebben genomen? ... [T]oegang zou in principe alleen mogelijk moeten zijn via de voordeur – bewust, weloverwogen, uit vrije wil. Maar als wetenschap vermomde religie toelaten, dát zou taboe moeten zijn" (blz 61). Ook een zinnetje als "Pioniers zoals Kabat-Zinn hebben volgens een uitgekiende strategie gewerkt aan het introduceren van mindfulnesscentra op universiteiten" (blz 87, onderstrepingen van mij. Joop R) midden in een tamelijk objectieve beschrijving à la Wilson van de verspreiding van mindfulness in Amerika vind ik pamflettistisch. Dat mag van mij hoor, maar de vermenging vind ik een beetje te verborgen.

Hoofdstuk I, Mindfulness voor dummies  opent van der Velde meteen de discussie: "Staat de westerse wereld op levensbeschouwelijk gebied op de drempel van een nieuw tijdvak? Met de opkomst van mindfulnessmeditatie ...
... Mindfulness is volgens de ambassadeurs ervan als een medicijn tegen allerlei ziektes en een probaat middel tegen stress, die voor onze cultuur zo typerend en desastreus is. Mindfulness helpt arbeidsprestaties te verhogen, maakt gelukkiger, geeft ons een langer leven en is een krachtig instrument om de wereld te verbeteren. Volgens de ambassadeurs moet mindfulness daarom maatschappij-breed worden ingevoerd. In allerlei sectoren – zoals gezondheidszorg, bedrijfsleven en overheid – zijn mindfulnessadepten hiermee bezig. Met hoegenaamd verrassend resultaat.
" (pag 9)
"De claim dat mindfulness neutraal, wetenschappelijk en niet-religieus is, klopt echter niet." (p 10) Maar is die claim er dan? Mij was die nooit zo opgevallen. Het antwoord daarop is heel slim: "Discussie over het bestaan van religieuze kanten is voor de meeste beoefenaars echter taboe." (pag 10) Door het taboe-karakter zie ik (en velen met mij) het religieuze in de mindfulness niet. En sociaal-wetenschappelijk is het lastig te bewijzen dat iets niet een taboe is: de stelling falsifiëren bewijst het gelijk van de stelling. Maar wel een boeiend beginpunt van een discussie.

Hoofdstuk II, De reli-erfenis  gaat over de claim van het 'niet zweverig zijn van de mindfulness, een claim waardoor het religieuze karakter ook ontkend wordt.
Hierin gaat hij dieper in op de aard van het boeddhisme. Helaas te weinig de verschillen tussen de diverse boeddhistische tradities en scholen van een traditie onderscheidend. Op pagina 21 en verder beschrijft van der Velde de (Aziatische) vipassana, maar alleen de Goenka-vorm daarvan die hij zelf ervaren heeft; dat de Mahasi-style nogal anders is, vermeldt hij in het geheel niet.
Op pagina 26 staat: "Er leeft een breed geloof in boddhisattva’s, in het idee dat er mensen zijn die bijna verlicht zijn, maar niet de allerlaatste stap zetten en terugkeren in onze wereld om anderen te helpen zich uit het lijden te bevrijden, en uiteindelijk ook verlicht te worden." We hadden het toch over vipassana, als onderdeel van de Theravada? Daarin speelt het boddhisattva-ideaal nauwelijks een rol: wel graag tradities helder onderscheiden.

Een beauty staat op pagina 30: "Waarom je gelukkig wilt zijn? In geen enkel boek over mindfulness vind je reflectie hierover terug. Geen discussie over het zo diepzinnige boeddhistische lijdensbegrip, geen filosofisch pleidooi voor het streven naar geluk. Geen discussie over een typisch boeddhistische uitspraak zoals: 'Er zijn geen ketenen voor hen, bij wie niets geliefd of ongeliefd is.' Diepere vragen over acceptatie, lijden en geluk zijn voor veel mindfulnessbeoefenaars kennelijk irrelevant, blijkt uit een rondgang door een grote stapel mindfulnessboeken. Sterker nog, zulke belangrijke vragen worden systematisch vermeden."

Hoofdstuk III, Waarom mediteren?  beschrijft op welke gebieden mindfulness zoal werkt. Dat zijn er veel, blijkt ook uit effectonderzoek.
Hij relativeert m.i. terecht dat het aanwijzen van veranderingen in de hersenen die het gevolg zijn van meditatie; want dat bewijst niet veel: elke herhaalde activiteit leidt tot veranderingen in de structuur van de hersenen.
Ook zegt hij: "Veel onderzoekers zijn uitermate optimistisch over het resultaat. Mindfulness is ‘evidence based’, stelt Anne Speckens, een Nijmeegse hoogleraar psychiatrie die mindfulness inzet tegen depressie en angststoornissen. De effectiviteit is gemeten en wordt groot bevonden, en dat is volgens haar een keihard criterium voor de legitimiteit ervan. De bewijzen staan alleen niet zo vast als voorstanders claimen. " (pag 49) Deze relativering krijgt de nodige onderbouwing.

"In een artikel over de werking van de meditatie waarbij je in gedachten liefdevolle intenties uitspreekt, ontbreekt de (voor de hand liggende) verwijzing naar gebed – waar al heel veel onderzoek naar is gedaan. Waarschijnlijk omdat die associatie als een smet wordt gezien." (pag 50/51). Koert heeft het hier kennelijk over metta-meditatie. Ik vind de relatie helemaal niet voor de hand liggend, de bewijslast dat dit wel zo zou zijn ligt niet bij de ontkenner maar bij de steller van deze overeenkomst. Bovendien is metta-meditatie wezenlijk iets anders dan mindfulness!

Van der Velde overschat hier en daar de mogelijkheden van wetenschappelijk onderzoek: op pagina 52 maakt hij bijvoorbeeld twee opmerkingen over gewenst onderzoek:
"Er zou empirisch onderzoek moeten gebeuren naar vragen zoals of mindfulness gedachten onderdrukt of wil leren juist dit onderdrukken op te geven, en of het objectiveren van vervelende gevoelens – er is boosheid – goed is of juist niet voor het verwerken ervan. Hoe gaan deze processen precies in zijn werk? Zulk onderzoek gebeurt bijna niet."
En:  "De Jong over het niet onderzoeken van de boeddhistische achtergrond van mindfulness: 'Jammer dat ze dat niet als een te onderzoeken uitdaging zien.' " (Onderstreping door mij, JR)
Deze uitdagingen spreken me aan, ik heb me veel met onderzoek en vooral met het formuleren van onderzoeksvoorstellen beziggehouden (lang geleden). Maar bij geen van beide suggesties kan ik me, na lang nadenken, welk type onderzoek dan ook voorstellen.

Hoofdstuk IV, Geen gezweef, hoor! gaat over de bezwering (zo brengt de auteur het) van mindfulness-trainers en ambassadeurs dat mindfulness echt 'geen gezweef' is.
Hij gaat in op het taboe-karakter daarvan: "Maar dat heeft iets krampachtigs: de religieuze kant verzwijgen, roepen dat ‘er niks zweverigs aan is’, en een discussie over de wenselijkheid of onwenselijkheid van religieuze elementen in mindfulness uit de weg gaan. Dit omdat er een maatschappelijk taboe op rust. " (pag 60)
Ik krijg de indruk dat hier een probleem van christenen geprojecteerd wordt op het boeddhisme. Heeft van der Velde wel in de gaten dat veel boeddhisten het boeddhisme 'geen religie' noemen, maar een filosofie? En dat nog meer beoefenaren van de vipassana en zen dat doen?
Het concept 'religie' zelf is een Westers-christelijk begrip; zelf noemt men wat men beoefent eenvoudig 'de Dharma' (of 'Dhamma'in het Pali). Met (bij velen) transcendente aspecten, dat wel.

"Er zijn niveaus bij meditatie die in het algemeen en bij mindfulness in het bijzonder opgaan. De eerste is het opbouwen van concentratie, meestal door je aandacht te richten op de ademhaling. Er wordt ten tweede geprobeerd het bewustzijn te verruimen door aandacht te krijgen voor kleine zaken waar je normaliter aan voorbij gaat. Dit kan ten derde leiden tot zelfinzicht.
Tot hier toe hebben we het vooral over niveau een, twee en drie gehad. Je kunt, zoals veel propagandisten van mindfulness, doen alsof mindfulness slechts de eerstetwee omvat, en voor gevorderden wellicht ook zelfinzicht in het vooruitzicht stellen, maar binnenskamers gaat men veel verder. Daar gaat het ook om niveaus die we traditioneel religieus noemen. Zonder daar echter open en eerlijk over te zijn.
" (pag 64)
Dit lijkt me nogal een sleutelpassage in het boek, en ik begrijp hem niet. De nummering, één, twee en drie niet en ook het (bijna geheime, esoterisch) vierde religieuze niveau niet.

Waar ik stevig tegen aan moet is: "Volgens Maex, die zich zenboeddhist noemt, is er geen wezenlijk verschil tussen de methodes van mindfulness, vipassana en zenboeddhisme. 'Is dat verschil er wel, dan is dat een aberratie' " (pag 68). Tegen Maex en tegen van der Velde. Want ik zie het verschil tussen vipassana en zen juist wel; de instructies die de mediterende krijgt, zijn fundamenteel verschillend; wat 'Verlicht' zijn in kan houden, wordt heel verschillend ingeschat; en 'niet-weten' c.q. 'onwetendheid' wordt heel ander gewaardeerd. Ben ik dan een aberratie?

Van der Velde probeert zijn gelijk t.a.v. de verborgen religiositeit van de mindfulness te bewijzen door Kabat-Zinnte te citeren: "Hij stelt dat je door te mediteren een zodanig zicht kunt krijgen op de werkelijkheid dat je haar tot in de essentie doorziet. De essentie is haar ‘heelheid’. Over wat heelheid precies inhoudt, is Kabat-Zinn vaag – kan hij niet anders dan vaag zijn. Heelheid duidt namelijk op een veronderstelde uiteindelijke dimensie van de werkelijkheid die in wezen transcendent is – het begrip schiet tekort. " (pag 75)
Dit is een nogal romantische invulling van boeddhisme. Ik raad iedereen deze analyse aan: Thanissaro - Buddhist Romanticism . En ook Chapman - Mindfulness crisis

In hoofdstuk V, De mindfulness-golf  geeft van der Velde nuttige informatie over de omvang van 'de golf': groot en snel gestegen, zowel in de gezondheidszorg als het bedrijfsleven.
Het is een korte versie van 'Mindful Netherlands' naast het 'Mindful America ' van Jef Wilson.
Een interessante uitspraak: "Door meditatie kun je het innemen van een metaperspectief oefenen en verstevigen. Het sluit goed aan bij de manier waarop velen tegenwoordig ook buiten meditatie naar de werkelijkheid kijken.3) Vanuit een metaperspectief kijken ze naar zichzelf en constateren bijvoorbeeld dat ze zinzoekers zijn. In plaats van een antwoord te zoeken op zinvragen zien ze zichzelf worstelen als zinzoekende wezens." (pag. 90)
Verder aandacht voor het boek 'Mindfulness in the Marketplace ': gaat m.i. beetje over randfiguren binnen de mindfulness, die de wereld willen verbeteren: Ritskes-typen.

Hoofdstuk VI, Mindfulstress, komt minder geïnspireerd over, zowel de geïnvolveerd in de mindfulness als de boosheid over de mindfulness-beweging is weg, over blijft de ironie.
Ik kan dit hoofdstuk samenvatten door de titels van de paragrafen op te sommen: Jij moet rechtop zitten; Archaïsche moraal; De armoede van het hier en nu; Weg met afdwalen; Gij zult niet multitasken. Volgens mij is de rode draad hier het bezwaar tegen mindfulness als onderdeel van de zelfhulp-bedrijfstak. Terecht, maar als ik dit lees, denk ik: nou en?

In hoofdstuk VII, Gewapende mindfulness, is de auteur weer beter op dreef. Hier met bezorgdheid over het gebruik van mindfulness(trainingen) voor niet verheven en soms ongewenste doelen. Zeker als zulke trainingen (met hun onvermijdelijke ingebouwde religieuze dimensie) aan werknemers en militairen. Ook hier leunt hij hier weer sterk op Edel Maex, die hij met instemming citeert: "Een bedrijf dat mindfulness inzet om de productie te verhogen en vervolgens op personeelskosten bezuinigt, is onethisch bezig. Het handelt tegen de kern van mindfulness in – compassie met de medemens." (pag 131, onderstreping door mij, Joop R.) 'Kern'? Je moet al een beetje compassie hebben als je begint te mediteren en ook wel een beetje proberen dat te versterken; en wat meer compassie kan een resultaat van zo'n meditatie-sessie zijn; maar 'compassie' is niet de hoofdvoorwaarde, niet het hoofddoel, laat staan de kern.

Over de zaak Mettavihari, d.w.z. zijn misbruik plus het zwijgen daarover. Hij vervolgt daarover met : "Dit komt neer op ‘het vermoorden van de boeddha’, stellen sommigen met lede ogen vast. Volgens een oud gezegde moet je de boeddha doden als je hem tegenkomt. Dit wordt op allerlei manieren uitgelegd, zoals dat als je denkt verlicht te zijn, je dat idee onmiddellijk moet ontmaskeren. " De uitdrukking 'vermoord de Boeddha' is typisch Zen, het zou niet in het hoofd van een Theravada/vipassana-beoefenaar op komen, zo iets te zeggen.

In de slotparagraaf 'Krompassie ' (ik houd niet van woordspelingen) van dit hoofdstuk komt Maex ook weer uitgebreid aan het woord. "Aan goede mindfulness is volgens Maex liefde inherent. Lukt het niet dit op te roepen, dan heb je niet goed gemediteerd ... Volgens Maex is het mededogen dat we in ons hebben een natuurlijk gegeven. Dat zou mooi zijn, maar het is enigszins naïef omdat het uitgaat van een door veel mensen, inclusief mijzelf, beleden ideaal." (p 135)
'Naïef' dat vind ik ook, maar meer dan dat: ik vind het onjuist. Vipassana en in mijn opvatting dus ook mindfulness is er niet alleen voor positief ingestelde romantische mensen, maar ook voor nerds, ergens in het autistisch spectrum; en er hoeft niet alleen gestreefd te worden naar het cultiveren van mooie gevoelens zoals 'liefde'; in de meditatie mogen alle gevoelens (en fysieke pijnen en andere zaken) naar boven komen maar ook lelijke zaken, daar probeer je onbevooroordeeld tegenover te staan.
In de volgende pagina's noemt van der Velde steeds meer de nadelen en gevaren van het naïeve standpunt, ook als hij het mindful (?) zwaardvechten van Aris analyseert. (En terecht, vind ik)
Als dit stapsgewijs een heel andere inschatting maken dan Maex opzet is van van der Velde, dan zou ik het dialectisch noemen. In ieder geval lijkt hier de nuchtere Hollander met achtergrond dat de mens tot het kwade geneigd is het te winnen van de Vlaming die vanuit een vriendelijke katholieke cultuur liefde en de natuurlijke goedheid van de mens stelt.

Hoofdstuk VIII tenslotte, Flirten met Mindfullness  bevat in mijn beleving het eigenlijke doel van het boek, dat is van Koert van der Velde: "Mindfulness is dus onderdeel van een grotere culturele verandering, die het religieuze vacuüm dat in het Westen na de teloorgang van het christendom is ontstaan, toch weer min of meer religieus weet op te vullen. " (pag. 151). Mij niet gezien. Wat nou vacuüm?
Z'n methode lijkt dezelfde als in vorige hoofdstuk: hij citeert Edel Maex uitgebreid, lijkt met hem mee te gaan maar neemt uiteindelijk afstand: "Hier zien we helaas toch weer de drang tot voor waar houden van een religieus beeld. Je moet toch weer iets geloven, namelijk dat de beleving van ‘heelheid’ de uiteindelijke waarheid over het leven is. Dat geloof is impliciet, want Maex zegt te hebben afgerekend met geloof en vindt dat iedereen, in ieder geval alle mindfulness-beoefenaars, dat ook zouden moeten doen. En daarmee impliceert hij – weliswaar vast ongewild – dat andere mogelijke religieuze invullingen minder waard zijn. Hij neemt één scenario als het enige, terwijl er veel meer visies mogelijk zijn. " (pag. 144)
De strekking van z'n vorige boek 'Flirten met God ' wordt hier toegepast op de (gevorderde) beoefenaar van mindfulness, d.w.z. die zou dat moeten doen.

Over elke zin van dit hoofdstuk zou ik wel met de auteur in discussie kunnen gaan, maar dat doe ik niet. Niet alleen vanwege de noodzakelijke lengte of vanwege mijn luiheid. Maar vooral omdat centraal de term 'agelovige ' staat, en net als bij atheïst is dat een negatieve definitie, een definitie , een frame bedacht door een ander (gelovige?, theïst?). Ik definieer mezelf liever zelf, in m'n eigen termen. En dan kom ik dicht bij wat Stephen Batchelor schrijft in zijn recente boek 'After Buddhism'. Het laatste hoofdstuk daaruit, dat ik nog aan het bestuderen ben, heet 'A Culture of Awakening '. En de laatste van de 'Ten Theses of Secular Dharma ' ( bron hier ) luidt:
"10.  A practitioner of the dharma aspires to nurture a culture of awakening that finds its
       inspiration in Buddhist and non-Buddhist, religious and secular sources alike. ".
Is dat religieus? Ik ben niet zo van die term, niet vanwege een of ander jeugdtrauma maar omdat 'religie' voor mij ook zingeving betekent, en ik steeds weer ontdek dat mijn gevel en mening is: wijs blij dat het leven geen zin heeft.
Maar de beoefenaar van mindfulness (a la Kabat-Zinn) moet na lezing van dit boek zelf maar bepalen of hij of zij religieus door het leven wil gaan.

=======================================================================

Een aantal van de punten uit deze boekbespreking werk ik hieronder verder uit, nog subjectiever dan de bespreking (uiteraard) toch al was.

Als eerste thema: het benadrukken van verschillen, het kunnen onderscheiden.

(1) Over welk boeddhisme hebben we het eigenlijk ?

De mindfulness waar we het hier over hebben is de set methoden ontwikkeld door in de eerste plaats Kabat-Zinn. Het heeft meerdere wortels, één van de meest belangrijkste daarvan bij hem en bij anderen die die methoden werden hebben ontwikkeld, is de vipassana.
Een, eigenlijk twee meditatie-methoden ontwikkeld in het begin c.q. in het midden in de 20e eeuw in Birma; de eerste - die door Mahasi Sayadav - nadrukkelijk als onderdeel van (de religie) Theravada-boeddhisme; de tweede - die door Goenka - wat verhuld.
In dit licht is het vreemd dat van der Velde de Zen-boeddhist (tevens mindfulness-trainer) Edel Maex zoveel aan het woord laat, en vipassana-leraren zoals Jotika niet. Ook niet de Amerikaanse leraren insight meditation zoals Sharon Salzberg, Jack Kornfield en Joseph Goldstein. Van de vipassana gaat hij (het onderscheid niet makend) alleen op de Goenka-vorm in.
In Bijlage 2 geef ik de resultaat van de telling hoeveel keer namen van centrale begrippen en personen uit de vipassana/mindfulness in 'Geen Gezweef' voor komen, ook de ontbrekende!
Ook is het in dit licht vreemd dat van der Velde nogal wat aandacht besteed aan de martial arts van ene Aris. Ongetwijfeld moet men mindful met zwaarden omgaan, maar dit heeft toch niets met mindfulness, de methode, te maken?

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
(2) Boeddhisme ←→ Mindfulness; oorzaak ←→ gevolg

Hoewel de mindfulness-beweging maar een klein beetje met de farmaceutische industrie vergeleken kan worden, toch de metafoor van 'het werkzame deel ': van planten waarvan al eeuwen de helende werking bekend is, wordt het 'werkzame deel' gezocht en chemisch geanalyseerd. Vervolgens wordt dit molecuul gesynthetiseerd en als medicijn in de handel gebracht. 'Veel beter als het originele plantenextract want gestandaardiseerd en zuiverder' (en veel duurder). De plant wordt als zijnde oninteressant terzijde gegooid.

Een vraag die mij wel eens bezig houdt: Wat blijft er over van de vipassana (meer en meer te noemen 'inzichstmeditatie') als onderdeel van de beoefening van het Achtvoudige Pad, nadat de mindfulness over 10 à 25 jaar de interesse niet langer meer heeft?
Of dit ook degenen actief in de mindfulness-beweging bezig houdt, mogelijk niet; of als ze er wel iets over zeggen, is het vanuit een (volgens mij) bij mindfulness horend 'positief denken': dat het een verrijking blijkt te zijn. Van der Velde spreekt in dit verband - niet vanuit de invalshoek vipassana maar vanuit de invalshoek mindfulness - over een 'religioserende tendens' van (gevorderde) mindfulness-beoefening; zie pagina's 70 en 118 van zijn boek. Of ik daar zo blij mee ben? Ik ben niet zo van een positieve religie.

=======================================================================

Mindfulness, ethiek en religiositeit: twee thema's

(1)  Hoe zit het met de relatie tussen mindfulness en ethiek ?

Is mindfulness puur een seculiere techniek, gericht op het cognitieve functioneren van de mens? Is met de transformatie vipassana --> mindfulness de ethische dimensie losgelaten? Kan dat eigenlijk wel, is de ethiek niet ingebouwd in de vipassana, 'embodied' zoals Grossman (zie Bijlage 3) het beschrijft?
Voor mij wat lastig te beantwoorden omdat in mijn opvatting de vipassana zelf, de Westerse inzichtsmeditatie dan, zelf niet veel ethiek meer in zich heeft, zoals ik een hier en hier schreef.

Daarin merkte ik o.a. opdat twee typen ethiek onderscheiden worden (door bv leraren):
a.  De (traditionele, discipline-gerichte) vijf gedragsvoorschriften in het dagelijks leven;
    (of acht in vipassana retraites): Niet doden, niet stelen, geen seksueel wangedrag,
    niet liegen/kwaadspreken, geen alcoholische dranken of verdovende middelen.
b.  De zachte positieve ethische attitudes zoals liefdevolle vriendelijkheid, mildheid,
    compassie, mededogen. Ook 'wijsheid' wordt hier soms toe gerekend, maar
    dat is m.i. geen trainbare attitude maar een resultaat, een geschenk.

Het is verbazingwekkend dat Mahayana-auteurs automatisch en alleen aan de zachte, de lieve attitudes, met name compassie, denken als het over ethiek gaat. Die attitude wordt de mediterende dan geacht al te hebben (een soort Boeddha-Natuur, al wordt die term in de mindfulness natuurlijk vermeden). Edel Maex is hiervan voor mij een duidelijk voorbeeld.
Daar staat tegenover dat Theravadins automatisch primair aan de discipline-gerichte ethiek denken, de laatste jaren steeds meer gecombineerd met de Brahmavihara liefdevolle vriendelijkheid (metta) en compassie (karuna): géén voorschriften, géén attitudes, maar geestestoestanden die men probeert te bereiken in en door de meditatie.

Voor wie zich meer in het thema 'mindfulness en ethiek' wil begeven: in Bijlage 4 geef ik een aantal belangrijke maar moeilijke artikelen weer; de discussie wordt stevig gevoerd (in Amerika).

------------------------------------------------------------------------------------------------------------------

(2)   Is mindfulness toch wel een religie? ; oftewel:
     Heeft de mindfulness-beweging religieuze trekken?

Wat is 'religie'? Zie bv Wikpedia , ik prefereer de benaderinng van Mircea Eliade, 'die de nadruk legt op het hunkeren naar perfectie die niet van deze wereld is, de zoektocht naar zin en betekenis en het zoeken naar patronen in de mythologie ...')
Nee, zeggen de hardcore mindfulness-trainers, met name die in de reguliere gezondheidszorg.
Toch wel, stiekum zegt van der Velde. Nog explicieter dan in z'n boek zegt hij dit in 'NieuwWij'
 "Voor hele volksstammen is mindfulness eigenlijk wetenschappelijk bewezen religie. Ze zijn diep
  gelovig, maar hebben dat niet door".  Een heel onwetenschappelijke ongefundeerde opmerking.
Ja, is het antwoord van Wilson, niet een Aziatische, maar een Westerse, althans Amerikaanse !
  Zie mijn bespreking van 8 maart van zijn boek.

Ja, is ook het antwoord van Jessie Sun, maar impliciet. Haar overigens neutrale overzichtsartikel over ('Mindfulness in Context ') heeft als conclusie o.a. dat de populariteit van het concept mindfulness het resultaat is van 'strategische oversimplificatie' en het her-framen van mindfulness als een geseculariseerde en instrumentele techniek. Ze rondt haar conclusie af met:
" Het mainstream worden van mindfulness heeft op zijn beurt een meer kritische en reflecterende discussies op gang gebracht over de vraag of dit een aanpassing van het boeddhisme zelf betekent, met de zorgen en beloften die dit met zich mee kan brengen ... Alleen de tijd zal leren of de seculiere mindfulness haar transformatieve potentieel zal realiseren, maar de deur staat weer wijd open, klaar om de mogelijkheid van veelbelovende ontwikkelingen te verwelkomen.
Daarom ben ik dolblij om te zien hoe deze voorzichtige nieuwe discours blijft evolueren, en om te zien hoe het proces mogelijk meer wijsheid, mededogen en bewustzijn in de wereld bevordert.
"
Welhaast messianistisch, zou ik zeggen.

=======================================================================

Een klokkenluidersregeling ten aanzien van  seksueel misbruik

Het adoreren van de leraar en (ik zie een verband tussen die twee) het seksueel misbruik door een leraar komt in 'Geen Gezweef' kort aan de orde.
Ik neem aan dat het ook in de seculiere mindfulness gebeurt of in ieder geval kan gebeuren.

Het is goed dat een toenemend aantal sangha's een 'Ethische Code' heeft, zoals nu ook SanghaMetta
Maar ontbreekt nog iets aan. Het thema van het misbruik komt hierin aan de orde maar het thema van het zwijgen niet.
SanghaMetta koppelt de code aan de derde van de vijf leefregels:   '3. Afzien van seksueel ongeoorloofd gedrag.  Dit geldt voor iedereen.'

In het verlengde daarvan stel ik voor het thema van de zwijgcultuur aan de orde te stellen door aan te haken bij de vierde van de vijf leefregels:   '4. Het vermijden van onjuist spreken. '
De strekking daarvan: Het is gewenst dat voor iemand die weet heeft van een seksuele relatie tussen leraar en leerling verschillende wegen open staan om het 'juiste spreken' daarop toe te passen. Zo iemand is, als hij/zij integer met de kennis oom gaat, in feite een klokkenluider. Allereerst dient er een mogelijkheid te komen, dit (vertrouwelijk) in de eigen sangha aan de orde te stellen. Maar daarachter dient er daarvoor een 'klokkenluidersregeling ' gemaakt te worden. Niet op sangha-niveau, maar landelijk; misbruik komt in alle vormen van boeddhisme voor!
Naast 'het juiste spreken' en het 'onjuiste spreken' en 'het juiste zwijgen' is er immers ook het 'onjuiste zwijgen '. Wellicht kan ik degenen die twijfelen aan de noodzaak van het kunnen 'klokkenluiden' hiermee overtuigen: bij het ontbreken ervan is de kans groot dat er geroddeld wordt over het misbruik; en 'roddelen' is evident onjuist spreken en evident onheilzaam. En er is jarenlang geroddeld, zowel in de zaak Mettavihari als in de zaak van Zen Amsterdam etc.

Verder lijkt het me mogelijk niet alleen seksueel misbruik maar ook financieel wangedrag van een leraar of een bestuurslid aan de orde te stellen, alsmede ontstane financiële afhankelijkheid tussen leraar en leerling. Wellicht kan dit in dezelfde regeling.

Update 9 december
"In Katlijk en Oudehorne, gemeente Heerenveen, vindt jaarlijks in de periode van 21 t/m 31 december een bijzonder oud volksgebruik plaats, het zogenaamde ‘Sint Thomasluiden’.
U kunt  HIER  even luisteren hoe dat klinkt."

=======================================================================

Conclusie

'Geen Gezweef ' is boeiend en informatief maar vertoont ook een gepreoccupeerdheid van de auteur met de vermeende verborgen religiositeit van mindfulness-trainers. En meer gericht is op zen à la Maex dan op vipassana à la Mahasi.
Mijn vermoeden is dat de hype-kant van mindfulness haar langste tijd heeft gehad en dat mindfulness één van de methoden blijft die een GGZ-hulpverlener soms, met een specifiek indicatie-gebied zal blijven hanteren, naast andere methoden, als maatwerk.
Mindfulness als een soort religie voor agelovigen: dat zie ik niet gebeuren. Van der Velde wil een discussie over deze pamfletkant van z'n boek: ik heb hierbij een kleine bijdrage daaraan geleverd en hoop op voortzetting van deze discussie. En er meer onbevangen onderzoek komt.

De toekomst van de inzichtsmeditatie in Nederland, voorheen bekend als vipassana, blijft ongewis. De kans dat die verder marginaliseert neemt toe naarmate de smaakmakers van deze beweging langer nalaten met een echt antwoord op de Mettavihari-crisis  te komen.
De hamvraag is of van loutering - bij de Mettavihari-leerlingen - sprake is? En dat er duidelijkheid komt over de moreel en spiritueel ongeldige 'transmissie ' van het leraarschap door Mettavihari in 2006. Mogelijk biedt een bijeenkomst volgende week duidelijkheid en kans op verandering.

=======================================================================
Bijlagen       Alle vertalingen Engels Nederlands zijn van mij; Joop R.
=======================================================================

BIJLAGE 1

Een 'Onderzoek naar de effectiviteit van Mindfulness '
Een uitgave (uit 2010) van het 'PLATFORM AANDACHTTRAINING'.  Bron:  hier
Wat ik bedenkelijk vind is dat er in dit overzicht geen enkele negatief resultaat voorkomt, geen thema waarin mindfulness niet werkt of zelfs negatief werkt, geen contra-indicaties.
Dit is niet geloofwaardig.

" Rachel van der Meulen (Universiteit van Amsterdam), Rob Brandsma (Centrum voor Mindfulness Amsterdam)

Er zijn honderden studies gepubliceerd over de effecten van mindfulness. Hieronder vind je een overzicht, onderverdeeld naar thema.
Het effect van Mindfulness is de afgelopen 25 jaar veelvuldig wetenschappelijk onderzocht. Inmiddels zijn er honderden studies gepubliceerd over de effecten van mindfulnessinterventies. Onderzochte mindfulnesstrainingen zijn onder andere de mindfulness-based stress reduction (MBSR), de mindfulness-based cognitive therapy (MBCT) en de dialectical behaviour therapy (DBT). Hieronder worden de resultaten van de belangrijkste studies en overzichtstudies weergegeven.

Samenvatting
Onderzoek laat zien dat mindfulness effectief is zowel in een “normale” populatie als bij groepen in een therapeutische setting. Mindfulness zorgt voor een hogere kwaliteit van leven en brengt positieve veranderingen teweeg in cognitief en neurobiologisch functioneren. Tevens transformeert mindfulness de manier waarop iemand naar zichzelf en naar de wereld kijkt en daar vervolgens op reageert. Deze brede werkzaamheid zorgt ervoor, dat mindfulness toepasbaar is bij een grote verscheidenheid aan problematiek. Verschillende onderzoeken tonen aan dat mindfulness positieve veranderingen teweeg brengt bij een grote hoeveelheid verschillende psychische stoornissen en medische condities. Mindfulness is bij de behandeling van bepaalde problematiek zelfs superieur aan andere behandelmethoden.
"

=======================================================================

BIJLAGE 2

Aantal malen dat een woord voor komt in 'Geen Gezweef!'

Religie/religieuze 259 x
(Edel) Maex         50 x
Kabat-Zinn           38 x
vipassana             36 x
ademhaling          23 x
compassie            23 x
mededogen          19 x
liefde                    15 x
zen                       14 x
Thich Nhat Hanh 10 x
Goenka                 9 x
concentratie          8 x
ethisch                  7 x
ethiek                    4 x
moraal                  4 x
religioserende       3 x
Barendrecht          3 x
registreren            3 x
5 voorschriften      2 x
Theravada            1 x
bewonderen          1 x (Thich N.H)
Goldstein              1 x
Kornfield               0 x
Mahasi                  0 x
label                      0 x
benoemen             0 x
Jotika                    0 x
Pandita                 0 x
Gunaratana          0 x
Frits Koster           0 x
Salzberg               0 x
JohanTinge          0 x
Chris Grijns          0 x

=======================================================================

BIJLAGE 3

Mindfulness: Awareness Informed by an Embodied Ethic
door Paul Grossman
Hier te vinden

"Samenvatting

De westerse psychologie, psychotherapie en geneeskunde hebben onlangs praktijken omarmd, die gericht zijn op het kweken van een bepaald soort aandachtigheid (Engels: 'awareness'), genoemd mindfulness. Uit de context gehaald van zijn boeddhistische psychologische, filosofische en religieuze oorsprong, hebben de definities van mindfulness in de westerse wetenschap louter verschijnselen van aandachtigheid en cognitie benadrukt.
Hier wordt (echter) mindfulness beschreven als een daad van belichaamde ethiek, diep zittend in het weefsel van het boeddhistische epistemologische en ethische systeem, een systeem gericht op het begrijpen van het ervaren en het verlichten van lijden. Het type van moment tot moment bewust zijn van de waargenomen ervaring, karakteristiek voor mindfulness, vereist het bevorderen van attitude-kwaliteiten van goedheid, geduld, tolerantie, vrijgevigheid, compassie en moed: anders raakt men verloren in analyse, oordelen en/of herkauwen. Samen vormen deze en soortgelijke welwillende attituden een systeem van ethische waarden, volledig congruent met boeddhistische ethiek. Het bereiken van een dergelijke houding tijdens mindfulness-beoefening wordt vaak geassocieerd met een ervaren gevoel van mentaal en fysiek welbevinden (d.w.z. belichaming, Engels: 'embodiment'), mogelijk zelfs onder onaangename omstandigheden.
Op deze wijze is mindfulness zelf een beoefenen van het voeden en ontwikkelen van openhartige, gulle, ethische waarden; en, daarmee verbonden, het begrijpen van het ervarene.
Binnen dit kader kan mindfulness worden gedefinieerd als een daad van onbevooroordeelde, openhartige, gelijkmoedige ervaring van alle waarneembare gebeurtenissen en processen zoals ze zich ontvouwen van moment tot moment.
"

Opmerking: als ik Grossman goed begrijp, zou ik 'Embodied Ethic', letterlijk 'belichaamde ethiek', naar zijn intentie vertalen als 'Ingebouwde Ethiek '.    Zoals Grossman in de conclusie van z'n artikel zegt: "It is embodied because it is no abstraction: we feel it in our bodies and our minds.
A spectrum of integrally related ethical qualities—kindness, compassion, equanimity, tolerance, generosity, courage, just to name a few—becomes associated with the physical and mental perception of a special state of eudemonia
(Ned.: staat van gelukzaligheid), which for many people may have never or only rarely experienced before."   Onderstreping door mij; Joop R

=======================================================================

BIJLAGE 4

Boeddhisme, mindfulness en ethiek: een in 2015 in Amerika gevoerde discussie

Traditional and Contemporary Mindfulness: Finding the Middle Path in the Tangle of Concerns
Lynette M. Monteiro, R.F. Musten, Jane Compson

Hier, eerste pagina's , en  Hier, inloggen op 'Academia' te vinden;  Reflectie op het artikel

" Samenvatting

De hedendaagse mindfulness is uitgegroeid naar talloze seculiere en klinische programma's. Deze snelle groei heeft twee zware zorgen veroorzaakt bij de Boeddhistische gemeenschap: de juistheid van de basisteksten en de gevolgen van de niet expliciet opnemen van de ethiek als onderdeel van de leer. Specifieke problemen omvatten een mogelijke verzwakking van het concept van de juiste aandachtigheid en, daarmee samenhangend, het misverstaan van de bedoeling van mindfulness als een techniek voor de verlichting van de symptomen. Met betrekking tot de afwezigheid van expliciete ethiek in de teksten is de bezorgdheid geuit dat deze nalatigheid het risico van verkeerd begrijpen van de beoefening van mindfulness bevat, zodat ze meer kwaad dan goed doet.
Dit artikel onderzoekt de belangrijkste punten van kritiek door de Traditionele Mindfulness
[de auteurs bedoelen de traditionele boeddhistische meditatie; Joop R] gemeenschap geuit en beoordeelt de geldigheid van deze kritiek. De dialoog tussen de traditionele en hedendaagse mindfulness beoefenaars is een kans om de conceptuele integriteit van mindfulness-gebaseerde interventies (MBI's) met betrekking tot 'juiste aandacht' te onderzoeken, te beoordelen of MBI's de factoren bevat die verder reiken dan symptoom-behandeling, en nadenken over de kwesties met betrekking tot het onderwijzen van ethiek als onderdeel van een MBI-programma. Omdat ethiek in de Traditionele Mindfulness als een basis voor een meditatieve praktijk wordt gezien, wordt dit in detail onderzocht voor zijn potentiële bijdrage aan de MBI's. "


Dit artikel riep de nodige reacties op. Ik vermeld er een paar

' Clearing the Muddled Path of Traditional and Contemporary Mindfulness:
  a Response to Monteiro, Musten, and Compson
'
door Ronald E. Purser
Bronnen: hier  en  hier

' What's Ethics Got to Do with It?
  The misguided debate about mindfulness and morality
'
door Richard K. Payne      
Bron: hier

Met vervolgartikel van Payne, inclusief een discussie met ethiek-deskundige Justin Whitaker:
'Narratives and trajectories: morality and meditation '
Bron: hier

Een stevig artikel ook van  Ronald Purser :
' Clearing the Muddled Path of Traditional and Contemporary
  Mindfulness: a Response to Monteiro, Musten, and Compson
'
Bron: hier

Een weerwoord tenslotte van  Compson en Monteiro :
' Still Exploring the Middle Path: a Response to Commentaries '
Bron: hier  of  hier

dinsdag 1 december 2015

Bodhitv besteedde al in 2007 aandacht aan Syrië. Hernieuwd met vrijwilligers? En radio opgevolgd door podcasters? Afscheid van de tv was al lang genomen


Op 12 december geeft de BOS een afscheidsfeestje ; ik ga er niet heen, vrienden (van de BOS) wel, ik heb niets te zoeken op dit soort gelegenheden.
Bovendien zal het accent, zoals steeds, wel weer op de BOS televisie liggen, maar dat is nu juist de zwakste schakel met het laagste boeddhistisch gehalte van deze boeddhistische omroep geweest. Ik keek de laatste jaren nauwelijks meer, naar de radio luisterde ik wel, hoewel ook afnemend; en Bodtv-artikelen las ik graag.

Als er toekomst voor de takken radio en website (van Bodhitv, niet van de BOS) is, dan ligt die buiten de publieke omroep, bij vrijwilligersorganisaties.
Maar in die richting lijkt nog niets georganiseerd, ik heb de indruk dat de directie helemaal gericht is op overname door een omroep die wel blijft bestaan na 31 december, zoals KRO-NCRV.
Na mijn  'De BOS lost op '  van 8 september is er ogenschijnlijk niets gebeurd.
In de recente aankondiging van 'het feest' valt de term 'toekomst' helemaal niet meer.


Er zou een groep van boeddhistische podcasters kunnen komen, voortbordurend op de ervaringen van de BOS radio.
Of één, zoals die van de  'Secular Buddhist ' en de  'Buddhist Geeks '
Maar goed, dat heb ik ze al meer voorgesteld en ze geven geen sjoege.


Bodhitv is najaar 2007 begonnen. Ik citeer de BOS:
"www.bodhitv.nl is de jongerensite van de Boeddhistisch Omroep, voor jongeren die geïnteresseerd zijn spiritualiteit en boeddhisme.
Bodhitv is een initiatief van de Boeddhistische Omroep Stichting (BOS). Er is een groeiende groep jongeren in Nederland geïnteresseerd in spiritualiteit en het boeddhisme. Met Bodhitv willen we een plek creëren waar jongeren zelf videoitems maken en teksten schrijven over spiritualiteit en boeddhisme, gezien vanuit hun eigen belevingswereld.
Het woord ‘bodhi’ komt uit het Sanskriet en betekent ‘ontwaken’. Het is de wortel van het woord Boeddha en boeddhisme. Hoewel Bodhitv op het internet actief is, staat tv voor de link die we hebben met de boeddhistische omroep, die wel op televisie en op de radio te zien en te horen is.
"

Van de onderdelen Video, Artikelen, Nieuws en Agenda vond ik eigenlijk alleen de 'Artikelen' interessant, 'Video' is niet mijn ding en 'Nieuws' en 'Agenda' zijn elders (in het BD bv) sneller en uitgebreider te vinden. De artikelen zijn juist frisser dan die van het BD.
Er zijn in de ruim acht jaar van haar (er waren vooral vrouwen en meisjes - ik weet niet waar tegenwoordig precies de grens ligt - actief) bestaan een kleine achthonderd artikelen verschenen. Het accent op 'jongeren' is iets kleiner geworden, de dienstbaarheid aan BOS-televisie groter; beleidsmatig dan, in de praktijk waren het gewoon interessante artikelen. Niet allemaal uiteraard, want smaken verschillen, maar wel heel wat; Floor van Orsouw was bv mijn favoriet.

Wel jammer als dit zomaar zou verdwijnen, zoveel boeddhistische artikelschrijvers en -media zijn er niet meer. Voortzetten op een andere manier, niet meer als onderdeel van de publieke omroep en dus zonder vaste financieringsbron, zou waarde hebben.
Daarom dat ik me afvraag:
Zijn er vrijwilligers die van het onderdeel 'Artikelen' de werkwijze van Bodhitv vanaf 1 januari gaan voortzetten, op een website?   'Vrijwilligers', maar wel in een structuurtje ter wille van de continuïteit.  Spontaan begint zoiets niet, iemand moet het opzetten.
Ik heb dit aan Bodhitv/BOS gevraagd maar heb begrepen dat alleen de directeur die vraag mag beantwoorden, en die is nu juist vooral in de televisie-tak geïnteresseerd.
Straks krijgen we een persbericht en dan is het voorbij.

========================================================================

Op zoek naar de eerste artikelen uit 2007 kwam een ik onverwachte serie van drie tegen over Syrië, toen over mensen daar die yoga, transcendente meditatie en zenboeddhistische retraites doen (deden). Syrië nu op een heel andere manier in de publiciteit: burgeroorlog, IS en vluchtelingen. Maar ooit een prachtig - helaas zeer dictatoriaal geregeerd - veelzijdig land.
Geschreven door Cilia ter Horst.

Ik geef de links, maar die zijn over een paar weken verbroken, de BOS gaat 31 december op zwart en sleept Bodhitv mee:
2007-10-04/zen-in-syrie-deel-1
2007-11-29/zen-in-syrie-deel-2
2008-01-09/zen-in-syrie-deel-3

Een paar citaten, als herinnering aan Bodhitv, maar vooral aan herinnering aan het bijzondere land dat Syrië - nu verscheurd en vernietigd - ooit was.

Uit Deel 1
"Cilia (28) reisde na haar studie Religiestudies naar Syrië en ontdekte dat daar onder de soennitische meerderheid, de shi'itische minderheden, de ruim elf verschillende christelijke stromingen (bij elkaar 10% van de inwoners), de zoroasters en de mensen die zich humanist noemen, mensen zijn die yoga, transcendente meditatie en zenboeddhistische retraites doen.

Syrië wordt nog al eens geassocieerd met baarden en wapens, en mij wordt in Nederland regelmatig gevraagd of ik daar een sluier moet dragen, maar in werkelijkheid is het een eeuwenoude multiculturele samenleving - waar meisjes in strakke truitjes zich naast gehoofddoekte leeftijdgenotes in een minibusje wurmen op weg naar de seculiere universiteit, waar jonge stelletjes over de Arabische bazar flaneren en traditioneel ijs met pistachenootjes of deftig chocoladeijs eten, waar vaders met snorren en dochters met hippe zonnebrillen afzonderlijk hun waterpijp in een koffiehuis, dan wel een populair restaurant roken, waar de ene moeder tussen de gasten op de binnenplaats gaat zitten terwijl de andere moeder van achter een muur het dienblad met cardamomkoffie en zoetigheden aanreikt, waar de ene winkelier zich bij het horen van de muezzin naar een moskee, dan wel gebedsruimte haast terwijl de andere de radio wat harder zet, waar bijeenkomsten met geestelijk leiders van ruim vijftien verschillende geloofsrichtingen gehouden worden en: ... waar ik yoga, lichtmeditatie en zenboeddhisme heb gedaan."
...

Uit Deel 2
"One hour of silence," fluistert mijn vriendin terwijl de bijbels worden dichtgeslagen en de lichten gedoofd. Het is een indrukwekkende ervaring met de afgrond onder me en bezoekers uit de hele wereld naast me. Tegenover me zit een jonge tandarts uit Damascus. Haar kleurige shirt en vrolijke ogen zijn me direct opgevallen. Ze zit bijzonder stil, ook wanneer de diepe stilte wordt onderbroken door hondengeblaf. Na afloop van de meditatie en de dienst vertelt ze dat ze van een Libanese priester TM heeft geleerd, transcendente meditatie: door herhaling van een persoonlijke mantra steeds dieper in de zee van het bewustzijn zakken, om daar waar geen golven of andere bewegingen zijn tot rust te komen. ‘Heb je dat soort dingen hier ook?' vraag ik verbaasd. ‘Ja hoor, je moet er alleen een beetje naar zoeken,' zegt ze. ‘Je kunt ook yoga doen bij de Franciscanen.'

Twee weken later zit ik in een kamer naast de Franciscaanse kerk in Damascus met mijn ogen dicht naar een rustgevende vrouwenstem te luisteren: denk aan je onderbeen, voel de energie erdoor stromen, stel je je onderbeen voor als wit helder licht. Wij zijn allen wit helder licht. Adem diep in en voel je vrij.' De stem klinkt afwisselend in het Amerikaans en het Arabisch uit een kleine cassetterecorder. Tegenover mij in de kring van stoelen zit een vrouw in diepe concentratie met een donkerblauwe hoofddoek om haar gezicht, naast me zit de enige man van het gezelschap. De haren van de overige vrouwen, van middelbare leeftijd, zijn netjes in model geföhnd. Ik maak in gedachten een foto die een prijs gaat winnen. Het is geen yoga, maar wel ontspannend. Iedereen glimt van dankbaarheid na afloop en begeeft zich vol goede moed weer in het stadverkeer.

Geheime dienst
In het provinciestadje Homs kom ik wel bij een echte yogales terecht, in een gymzaal met grote foto's van de dictator op de muur. De leraar geeft ademhalings oefeningen en loopt heen en weer als een haan: borst naar voren, kin omlaag, zijn haar in een lange staart op zijn rug. De deelnemers dragen knal oranje t-shirts, dat moet omdat er na afloop samen in een park gegeten wordt en de geheime dienst dan kan zien dat het geen politieke bijeenkomst is.

Het gaat er allerliefst aan toe in het park, iedereen heeft een vegetarisch gerecht meegenomen. Sommigen hebben dat in een cursus leren klaarmaken. De man die mij hierheen bracht vertelt dat hij sinds hij yoga doet geen spanningen en ruzies meer op zijn werk heeft. Een vrouw zegt dat ze rustiger en tevredener is geworden terwijl de samenleving even gespannen is als voorheen. Ze doet ook zen-retraites bij pater Frans, een Nederlandse Jezuïet die hier in Syrië woont. Ik grap dat Oosterse wijsheid hier uit het westen komt.

School of Divine love
Maar Mazen, de yogaleraar, heeft het wel uit het Oosten gehaald. Toen hij 23 was, zag hij in Damascus Thaise diplomaten yoga-oefeningen doen in een park en hij ging meedoen als sport. Daarna ging hij naar de School of Divine Love in India, waar hij leerde dat het iets spiritueels is waar je niet te veel geld voor moet vragen. Nu heeft hij voor elkaar gekregen dat hij in Syrische staatssporthallen mag lesgeven, dat wil zeggen betaalbaar voor iedereen. Op de t-shirts van zijn leerlingen staat het teken van zijn nieuwe Balinese guru want het teken van zijn Indiase school is davidsster en die is hier verboden, maar Syrië is het eerste Arabische land waar openbare yogales gegeven wordt. "



Pater Frans is in 2014 vermoord. Of er nu nog in Syrië gemediteerd wordt, betwijfel ik.
Maar wat weten we eigenlijk van dat land?


Een  Overzicht van de publicaties van deze schrijfster  op de website van Bodhitv
Een recent mede door haar geschreven boek:
'De vrijheidsimpuls van de Islam
voorkomen én verhelpen van huilen en onrust
(Christofoor Uitgeverij, 2012)  Zie Bol.com

donderdag 12 november 2015

Devadatta was misschien zo slecht nog niet. Ascese, legenden, hedendaagse Devadatta's, de Dharma opschudden & leraren pensioneren. Met gedichten

Devadatta heeft een slechte pers in de boeddhistische gemeenschap. Hij heeft de historische Boeddha proberen te vermoorden en verraden. En hij heeft bovenal een splitsing in de boeddhistische gemeenschap (de sangha) proberen te bewerkstelligen. Of misschien wel feitelijk heeft bewerkstelligd. Als hij echt heeft bestaan natuurlijk.
De naam 'Devadatta' wordt tegenwoordig wel gegeven aan boeddhistische onruststokers, die dus slecht en dus eigenlijk geen boeddhist zijn, zegt men. Als scheldwoord, net zo als 'Judas'.

Eerst de feiten (maar wat zijn feiten bij deze figuur?),  uit Wikipedia :
"Devadatta betekent letterlijk godsgeschenk en komt als naam wel meer voor in het Oude India. Er was onder andere een boeddhistische monnik en een neef van Gautama Boeddha onder die naam. Devadatta was jaloers op Boeddha, die hij nog uit zijn jeugd kende, en Sariputta. Devadetta had de ambitie zelf de leider van de monnikenorde te worden.
Hij ging naar de Boeddha toe en vertelde hem dat Boeddha een oude man was en zwak. Het was beter als Devadatta de orde overnam, zodat Boeddha van zijn oude dag kon genieten. Boeddha weigerde dit, waarna Devatta verschillende keren getracht heeft de Boeddha te vermoorden.
Devadatta probeerde eerste een rotsblok op hem te laten vallen, maar het rotsblok brak in tweeën. Vervolgens stuurde hij een wilde dronken olifant naar de Boeddha. Maar toen de olifant in de buurt van de Boeddha kwam stopte hij met zijn wilde aanval en boog voor de Boeddha.   Vervolgens probeerde hij een tweedeling in de sangha, of kloostergemeenschap, te bewerkstelligen en afwijkende regels vinaya voor monniken in te stellen.
"

'Afwijkende regels': dat waren er vijf ( bron ) :
1.   dat monniken hun hele leven in het bos horen te verblijven;
2.   dat ze geen uitnodigingen moeten aanvaarden voor maaltijden,
      maar volledig leven van aalmoezen verkregen door te bedelen;
3.   dat ze alleen gewaden gemaakt van afgedankte vodden moeten dragen
      en geen gewaden van de leken aanvaarden;
4.   dat ze aan de voet van een boom en niet onder een dak horen te verblijven;
5.   dat ze zich volledig moeten onthouden van vis en vlees.

Wel wat strenge regels, al hadden ze dan alleen op monniken betrekking, wat erg ascetisch; vooral: als monnik zo weinig mogelijk met leken te maken willen hebben.
Maar niet echt revolutionair.
De vegetarische vijfde regel is nu zelfs voor Westerse leken de norm geworden.

Het verhaal van de moordpogingen op de Boeddha heb ik, na een behoorlijke zoektocht, niet in de Sutta's gevonden. Eigenlijk vond ik één bron: van Thanissaro Bhikkhu als noot bij z'n vertaling van de 'Sakalika Sutta: The Stone Sliver': "Cullavagga VII tells of how Devadatta, the Buddha's cousin, tried unsuccessfully in various ways to wrest leadership of the Sangha from the Buddha. In Cv VII.3.9, he tries to kill the Buddha by hurling a rock down a mountainside. The rock is crushed, and so misses the Buddha, but sends out a splinter that pierces the Buddha's foot, drawing blood. According to the Commentary, this discourse together with SN 4.13 describe the Buddha's reaction to this attempt on his life."
Opvallend dat het Sakalika Sutta zelf wel gaat over een steensplinter in de voet van de Boeddha maar niet dat dit een gevolg zou zijn van het gooien van een steen door Devadatta.

Ik dus de Cullavagga opzoeken. Deze is zeker honderd jaar na het heengaan van de Buddha ontstaan. Kortom: het verhaal van de moordpogingen lijkt later ontstaan te zijn toen de beeldvorming over Devadatta al negatief was. Het was de poging de sangha te splijten die de ouderen echt dwars zat (en zit). Hier is de bron, de  Cullavagga zelf . Zie pag. 224 en verder.

Ook het voorstel van Devadatta aan de Boeddha, z'n spiritueel leiderschap neer te leggen gezien z'n leeftijd (bijna tachtig) komt zover ik weet niet in een sutta voor, ook weer alleen in de zeker een eeuw later ontstane Cullavagga (pag. 238;  vetgemaakt door mij, Joop R)
 " Now at that time the Blessed One was seated preaching the Dhamma, and surrounded by a great multitude, including the king and his retinue. And Devadatta rose from his seat, and arranging his upper robe over one shoulder, stretched out his joined hands to the Blessed One, and said to the Blessed One :
  ' The Blessed One, Lord, is now grown aged, he is old and stricken in years, he has accomplished a long journey, and his term of life is nearly run. Let the Blessed One now dwell at ease in the enjoyment of happiness reached even in this world. Let the Blessed One give up the Bhikkhu-sangha to me,  I will be its leader.'
   'Thou hast said enough, Devadatta.  Desire not to be the leader of the Bhikkhu-sangha.' 
"

Ook de rest van dit verhaal leest als een (verfilmbaar) spannend boek.
Merkwaardig genoeg maakte de traditie veel minder een probleem van deze greep van Devadatta dan van z'n splijting van de sangha en de aan hem toegeschreven moordpogingen.

- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Een essay van de hand van Monika Zin: About Two Rocks in the Buddha's Life Story
Met veel afbeeldingen, eentje hierbij (klikken). Ze begint aldus:
"The story about Devadatta hurling a rock at the Buddha in order to kill him is far less well known than another episode in which he tried to murder the Buddha by releasing the elephant Nalagiri. In comparison to the story about the raging elephant that was calmed down by the Buddha's all-including maitri or by his magic, the story about the rock - in which the Buddha escaped death not through his power but owing to the help of protecting spirits or nature - is far less impressive and much more difficult to represent in art. However, the story about the rock is told or at least mentioned often in canonical and post-canonical literature. The episode is part of the vinaya of many schools as it belongs to a cycle of stories about an attempted schism of the order, but it is also told elsewhere. "

=======================================================================

A Condemned Saint: Devadatta  door  Reginald Ray
Uit: 'Buddhist Saints in India '  © 1994    Te vinden  hier  en  hier

Het is deze tekst die veel mensen (ook mij) de ogen heeft geopend over de misschien wel onjuiste beeldvorming van Devadatta.
Ik vertaal een aantal passages, soms licht parafraserend. Een opmerking over de term 'SAINT ' hierbij, ik vertaal die hier letterlijk als heilige, maar denk aan het begrip 'arhat'; want volgens mij is de vraagstelling van Ray of Devadatta dat (volgens de oude teksten) is.

"  Devadatta verschijnt prominent in de Nikāya teksten als de Boeddha's neef en aartsrivaal, die consequent concurreert met de Gezegende en probeert om hem omver te werpen. Zoals afgebeeld in zijn legenden, is Devadatta in feite, een verstokte boosdoener, die wordt gedreven door ambitieuze en hatelijke intenties en een aantal verderfelijke daden uitvoert ... [ zo dat] Rockhill terecht opmerkt dat 'zijn naam in latere tijden synoniem werd voor alles wat slecht is, het object van de haat van alle gelovigen.'
Maar het portret van Devadatta als een boosdoener is, binnen de Indiase boeddhistische corpus, niet geheel consistent. In feite zijn er aanwijzingen, hoe gering ook, van een andere, heel andere Devadatta, een onberispelijke heilige wiens heiligheid wordt erkend door andere boeddhistische heiligen, waaronder Sariputra en zelfs de Boeddha zelf. In de vinaya van de Sarvastivada, bijvoorbeeld, leren we dat al twaalf jaar na zijn toelating tot de orde, Devadatta zich met foutloos gedraagt in daden en gedachten. Hij leest en reciteert de sūtta, leeft volgens de juiste discipline, en streeft naar het praktiseren van de Dhamma;
...
   Het thema van Devadatta's heiligheid wordt bevestigd in de Udana, waar het de Boeddha die hem prijst. Devadatta wordt genoemd als een boeddhistische heilige onder andere grote boeddhistische heiligen.
[In sommige versies van de Pali Canon wordt dat in de zogeheten 'Brahmana Sutta' gedaan, in andere niet. Dan ontbreekt Devadatta in de overigens zelfde tekst. Zie daarvoor Bijlage 1 hieronder. De verklaring van dit verschil – in feite verklaart Ray het verschil tussen de betreffende Udana-sutta en dezelfde tekst in de MN - als volgt (in noot 32) ]:
Deze lijst, die dezelfde heiligen gegeven in dezelfde volgorde, verschijnt in het Majjhima Nikāya (3: 78-79) - behalve voor het feit dat Devadatta afwezig van zijn positie als nummer tien. De twee meest redelijke verklaringen voor deze discrepantie zijn (1) dat de lijst in Mn de originele lijst vertegenwoordigt en dat Devadatta later werd aan de lijst in de Udana is toegevoegd (2) dat de lijst Udana de eerdere configuratie vertegenwoordigt, met Devadatta in de Mn verwijderd. Deze laatste optie lijkt realistischer om drie redenen: (1) de oudheid van Ud ten opzichte van de Mn; (2) gegeven het verfoeilijke karakter van Devadatta in het geëvalueerde Boeddhisme, is het veel onwaarschijnlijker dat hij uit een lijst als deze wordt toegevoegd dan dat hij uit de andere wordt geschrapt; en (3) Devadatta heeft wel een positieve kant, zoals we hebben gezien, maar naarmate de tijd vordert, wordt die steeds meer verborgen onder een bedekking van venijnige veroordeling.

  
[Ray baseert zich o.a. op Bareau en die]... voltooit zijn bespreking van de teksten door te observeren dat op het ondubbelzinnige beeld van Devadatta als een deugdzaam, 'rigoureus' bhikkhu alle vroege vinaya-teksten overeenstemmen. De oorspronkelijke Devadatta, concludeert Bareau, was gewoon een heilige die door de boeddhistische traditie, in de loop van de tijd, meer en meer gehaat werd.

   Deze conclusie werpt een belangrijke vraag op: wat is het met Devadatta dat zijn mede-boeddhisten hem zo aanvallen? Het is veelzeggend dat Devadatta, in het vroegste stadium van deze legende, een woudmonnik in de klassieke vorm is. Hij heeft afstand gedaan van de wereld onder de Boeddha. Hij oefende een bos-stijl van het boeddhisme, waaronder enkele vorm van de dhutaguṇas, zich terugtrekken in eenzaamheid en meditatie, en hij heeft een aantal niveaus bereikt. Zijn verwezenlijking krijgt boeddhistische legitimiteit omdat die wordt erkend door niet minder dan Sariputra (Pali) of Ananda (Sarvastivada), en zelfs door de Boeddha zelf. Daarnaast is er een cultus rond zijn persoon, zodanig dat hij onder zijn toegewijde clientèle zelfs de kroonprins en latere koning Ajātaśatru kan rekenen. Devadatta's cultische populariteit blijkt ook duidelijk uit de vijandige getuigen van boeddhistische kant, die het vertrouwen en het enthousiasme van zijn leken-aanhangers leken op verschillende punten moeten toegeven.
   Devadatta is niet alleen een bos-heilige, maar één die zich sterk maakt voor het 'woud-boeddhisme' als de enige authentieke vorm van boeddhistische verzaking, gezien zijn voorstellen
[van de vijf aanvullende regels].
Zijn niet aflatende pleidooi voor het bos-boeddhisme is ook te zien in de kwestie van leiderschap. In tegenstelling tot zijn boeddhistische critici gaat Devadatta - in zijn verzoek aan de Boeddha om leider te worden na het heen gaan van de Boeddha - ervan uit dat de overdracht van het gezag in het boeddhisme moet gaan van leraar tot leerling; de meer collectieve, tekst-gerichte en institutie-gerichte vormen, kenmerkend voor het gesettelde monnikendom, zijn geen onderdeel van zijn denken.

   Deze uitleg wordt bevestigd wanneer we opmerken dat zijn aanvallers juist degenen onder de boeddhisten zijn, die het meest geïdentificeerd zijn met het gesettelde kloosterleven. Zijn meest enthousiaste belasteraars zijn, in de eerste plaats, die monastieke scholen die voortkomen uit de conservatieve, monastieke Sthaviras. Daarnaast is het juist in hun vinayas - die teksten in de vorm van vaste kloosterleven wordt geconsolideerd en onderstreept - dat deze kritiek wordt beleden. Met andere woorden, Devadatta wordt significant als een vijand binnen de specifiek monastieke context ... Verder is het duidelijk dat gesettelde monastieke waarden de drijvende kracht zijn in het Devadatta verhaal vanaf in zijn vroegste vorm: het probleem in kwestie heeft te maken met de centrale autoriteit en institutionele eenheid ... Ten slotte zijn de overheersende waarden waarvan de aanvallers van Devadatta blijk gaven, die van vaste kloosterleven: hoewel het tolereren van het bos-leven lippendienst wordt bewezen, is de voorkeur van de asceet duidelijk de vaste monastieke situatie. … Het is ook typisch dat de dramatis personae van het conflict de opstelling hebben van de eenzame individu – Devadatta (zijn vier vrienden en zijn winst en verlies van de vijfhonderd benadrukken slechts zijn eenzaamheid) - versus de menigte van de Boeddha's discipelen. Het lijkt duidelijk dat de kern van de Devadatta legende, en met name de venijnige aard van de veroordeling van deze heilige, het best begrepen kan worden als de uitdrukking van een controverse tussen een voorstander (en zijn traditie) van het woud-boeddhisme en voorstanders van het vaste kloosterleven, een controverse die in de bronnen wordt gezien vanuit het oogpunt van de monastieke zijde.
   Er kan geen twijfel over bestaan dat Devadatta's schisma niet een gebeurtenis is, bedacht door boeddhistische auteurs, maar een historisch feit is, zoals blijkt uit de door de twee Chinese pelgrims, Fa-hsien en Hsüan-tsen. Fa-hsien, bijvoorbeeld , beschrijft een gemeenschap van discipelen in de buurt van Sravasti die volgelingen van Devadatta zijn en die eer bewezen aan de drie voorgaande boeddha's, maar niet aan Śākyamuni.
"

- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Why Devadatta Was No Saint   door   Bhikkhu Sujato     Hier    te vinden.

Hieruit (ook door mij vertaald, Joop R] :   "Conclusie

Ray's stelling dat Devadatta een bos-heilige was die onterecht werd verguisd door latere monastieke boeddhisten is ongegrond. De teksten waarop hij zich beroept zijn ofwel een vergissing of verkeerd geïnterpreteerd. Dit is niet een kwestie van subjectieve beoordeling; Hij gebruikt gewoon zijn teksten verkeerd. Als zijn fouten zijn gecorrigeerd alles valt uit elkaar.
Devadatta was een veelbelovende jonge monnik, een getalenteerd familielid van de Boeddha, die ten prooi viel aan de al te menselijke zwakheden van jaloezie en verwaandheid. Zijn val uit de gratie was dramatisch, maar er was nog steeds de hoop op verlossing. Dit verhaal wordt consequent verteld door alle boeddhistische tradities. Net als alle populaire afleveringen in het leven van de Boeddha, is het onderworpen aan allerlei overdrijvingen geweest. In dit proces is de historische figuur van Devadatta verduisterd worden als door een diepe mist. De methoden van tekstkritiek bieden enige hoop in het onderscheiden van de meer of minder plausibel aspecten van zijn legende, en het geven van een glimp van de man achter de legende.
In Ray's handen, echter, is deze blik verloren en blijven we achter met slechts een karikatuur. In plaats van de cartooneske schurk van de tradities, zo hopeloos dwaas en ten dode opgeschreven, hebben we een even cartooneske held, een vlekkeloze gerealiseerde heilige, tragisch verkeerd begrepen, waarvan elke tekortkoming arbitrair is toegeschreven aan de bedenkelijke motivaties van monastieke propagandisten. Het leven van Devadatta - zijn complexe, genuanceerde, ongrijpbare, breekbare en gekwelde ziel, is nog steeds verborgen.
"

Ik ken Sujato als een moderne en intelligente monnik, maar hier is hij behoorlijk agressief bezig. Hier spreekt de Theravada-orthodoxie.
Eerlijk gezegd toont het Christendom (tegenwoordig) meer begrip voor Judas als dit boeddhisme voor Devadatta.

=======================================================================

A Buddha and his Cousin   door   Richard P. Hayes
Hier te vinden.

Het betoog in z'n geheel heeft een duidelijk standpunt t.a.v. Devadatta: schuldig.
Maar daarbinnen maakt Hayes een paar interessante psychologische opmerkingen.

" Acht jaar voordat de Boeddha stierf op de leeftijd van tachtig, begon Devadatta's gebrek aan goed karakter zich te manifesteren op een manier die niet langer kon worden genegeerd.
Volgens de canonieke bronnen was de Boeddha inmiddels een bekend leraar geworden. Tijdens de zevenendertig jaar die waren verstreken sinds hij zijn onderwijscarrière begon, had de Boeddha een aantal prominente monniken aangetrokken, alsmede rijke en beroemd mecenassen. Terwijl zijn faam toenam, steeg ook de kwaliteit van het materiaal van de gaven die werden gegeven aan de boeddhistische gemeenschap. Monniken die ooit gekleed waren in gewaden, gemaakt van afgedankte vodden, kregen nu gewaden gemaakt van nieuw doek. Monniken die ooit hun maaltijden bij elkaar hadden gebedeld door van huis tot huis te gaan, werden uitgenodigd om te dineren met koningen en handelaren. Monniken die ooit buiten geleefd hadden in geïmproviseerde hutten, verbleven nu in monastieke compounds in permanente gebouwen. De Boeddha die steeds De Grote Asceet werd genoemd, leefde niet langer een leven van evident ascetisme. Het was deze verschuiving in levensstijl die de expliciete geworden grond was van Devadatta's klacht tegen de Boeddha, hoewel de teksten de suggestie wekken dat dit expliciete thema een meer persoonlijke agenda maskeerde. ...

  De Devadatta in me
Een aantal van de diverse boeddhistische tradities is gebaseerd op de leer dat iedereen een Boeddha binnen in zich heeft, en deze innerlijke Boeddha je ware aard is. Hoewel ik vele jaren een vorm van boeddhisme beoefende die precies op deze leer is gebaseerd, heb ik dat nooit geloofd. Ik doe dat nog steeds niet. Wat ik veel gemakkelijker om te geloven vind, is dat iedereen
een Devadatta binnen in zich heeft, die klaar op de loer ligt, om de Boeddha te grijpen en vernietigen van de Boeddha als die langs komt. De Devadatta van de boeddhistische legende was, of beweerde te zijn, een morele perfectionist. Hij was iemand die niets konden verdragen wat zou kunnen worden uitgelegd als laksheid of een gebrek aan de meest strenge vormen van zelfdiscipline.
....
Uit het verhaal van Devadatta blijkt dat perfectionisme de vijand van de perfectie is.
"

- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Devadatta in de Lotus Sutra   (Officiële naam: Saddharma-pundarika-sutra)
Uit de boekversie van Servire, 1996:

Hoofdstuk 12   Devadatta  (pag. 252)
De Boeddha zei toen tegen alle bhikshu's: 'Deze vorst uit lang vervlogen tijden was ikzelf. De kluizenaar Asita was niemand minder dan de huidige Devadatta. Dank zij Devadatta's goede vriendschap was ik in staat me te vervolmaken in de zes Volmaaktheden … Zo verwierf ik de Volmaakte Verlichting en redde ik talloze levende wezens. Dit alles heb ik te danken aan de goede vriendschap van Devadatta.
Ten overstaan van de vier groepen verklaar ik nu dat Devadatta na zijn heengaan en na het verstrijken van ontelbare kalpa's, een boeddha zal worden …'


Hoofdstuk 26   Dharani  (pag. 399)
Wee hem die onze bezwering trotseert
En een prediker kwaad berokkent!
Moge zijn hoofd
In zeven stukken worden gekloofd
...
Of van Devadatta
Die tweedracht zaaide in de gemeente
  (d.i. sangha)”

Die tweedracht is kennelijk erger dan de aan hem toegeschreven moordpogingen op de Boeddha. Het verschil tussen deze twee waarderingen van Devadatta wordt niet benoemd.
Mogelijk geldt ook hier de theorie van R. Ray dat hfst 12 tot het oudere deel van sutra behoort en hfst 26 later is toegevoegd.

Voor de Engelstalige digitale versie: zie Chapter 12  en  Chapter 26 .
Voor mijn mening over de Lotus Sutra en in het bijzonder het gebruik dat Nichiren (Soka Gakkai) ervan maakt, zie m'n  blog uit feb. 2015

- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Devadatta   door   Leigh Brasington
Bron: Leighb

Brasington draait in navolging van Ray de volgorde oorzaak-gevolg in de geschiedschrijving om: de op hem gebaseerde “... cult was quite successful, managing to survive at least into the 7th century CE. Because of this rivalry with a cult very close in doctrine, the mainstream Buddhist decide to paint Devadatta in a seriously bad light and wound up attributing to him all the nasty deeds we think of when we hear his name. …
  Clearly there is something seriously wrong with the traditional picture as preserved in the Theravadan vinaya. It says that after trying 3 times to kill the Buddha, Devadatta comes waltzing into camp (er, the monastery) and proposes his 5 new rules. Well, if Devadatta was known to be trying to kill the Buddha, he would never have been allowed close enough to the Buddha to propose the 5 rules! The story just doesn't make any sense. And the order of these events seems to be different in some of the other vinayas - perhaps, someone realized the weird order and cleaned things up.
  Looking carefully at all the references to Devadatta in the suttas, all he is ever accused of is creating a schism - no mention of attempts to kill the Buddha or of Devadatta's own death. So I think Devadatta was a very serious practitioner who felt the Buddha and the Sangha were going soft, so he tried to return to a more austere way of practice.
  It is possible that Devadatta was not even a contemporary of the Buddha! He might have come along later (tho not too much later given that his story is in the Mahasaghika vinaya and that split was about 100 years after the Buddha's death). But whenever he came along, he was very worrisome for the mainstream Buddhists.


- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

Stephen Batchelor - Devadatta in   'After Buddhism '

In 'After Buddhism' wijdt Batchelor twee lange passages (een pagina of zeven) aan Devadatta. Hij blijft daarbij vrij dicht bij de traditionele visie, is niet zo stoutmoedig als elders.
Zie Bijlage 2

- - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - - -

De Gedichtenbundel 'Devadatta’s Poems '   door Judith Beveridge

De Australische dichteres Judith Beveridge heeft verleden jaar een bundel gedichten gepubliceerd over Devadatta, en z'n omgang met de Boeddha.
Uiteraard met de nodige dichterlijke vrijheden, maar dat past wel bij deze figuur.
Zie Bijlage 3. Ter geruststelling: het zijn géén makkelijke, Zen-achtige gedichten.


=======================================================================

Update 16 november

Nog een   Review  van de dichtbundel van Judith Beveridge; en een    Interview met haar

Nog een   website over Devadatta , met een tekenfilm-video over de zgn moordpogingen

=======================================================================

Vooral naar aanleiding van het artikel van Hayes kwam de volgende gedachte in me op:
Als Devadatta niet had bestaan, dan had hij moeten worden uitgevonden
Om het onderscheid donker-licht: de goede Boeddha tegenover de slechte Devadatta.
Om duidelijk te maken dat de splitsing van de sangha niet direct of indirect door de Boeddha is veroorzaakt.
Als ideale zondebok om angsten en boosheid op te projecteren.
Misschien is hij ook wel uitgevonden.

=======================================================================

De actuele betekenis van Devadatta

Devadatta, echt bestaand of uitgevonden, heeft wellicht nu ook nog een functie.
En niet alleen psychologisch zoals Hayes schrijft, een soort 'Devadatta-Natuur' naast ieders Boeddha-Natuur' (Batchelor had het ook over 'Mara-Natuur')
Maar ook om het al te gesettelde boeddhisme de maat te nemen; die vormen waarin men in zijn of haar comfort-zone blijvend kan beoefenen. Waarin men zich wentelt in de donaties van rijke weldoeners (koningen destijds en captains of industry tegenwoordig). Of vindt dat er met 'buddhism-lite' niets mis is.

Kortom: niet zozeer een ascetisch boeddhisme voor monniken destijds,
              maar een ongemakkelijk boeddhisme voor leken nu.

Daarom kunnen ook hedendaagse Devadatta's een rol spelen
Zoals Glenn Wallis met zijn kritiek op het  'X-Buddhism '
Of een David Chapman over het  'Consensus Buddhism '
Een rol die hen niet altijd in dank worden afgenomen, zoals ook Nederlandse Devadatta's weten. Alleen: hadden we nu ook maar eens een vrouwelijke Devadatta.

Ook een Devadatta-functie is, tegen oude leraren te zeggen: zou je er niet eens mee stoppen, met het spiritueel leiderschap van je sangha? Zoals  destijds : je bent 'now grown aged ... old and stricken in years, .. has accomplished a long journey, and [je] term of life is nearly run. Let [je] now dwell at ease in the enjoyment of happiness reached even in this world. ' (pag 238)

Bijvoorbeeld tegen de leraren die de afgelopen vijftien jaar bij voortduring bij de BOS te horen en soms te zien waren, tientallen jaren 'in het vak':
Jotika (82 jaar)
Ton Lathouwers (82 jaar)
Han de Wit (pas 71 maar m.i. oud geboren)
Nico Tydeman (73 jaar, idem)

Alleen ik zeg niet tegen ze 'I will be its leader '. Niet alleen omdat ik zelf ook oud ben maar vooral omdat ik voor leraarloos en leiderloos beoefenen ben.


Tot slot een 'personal note ' van Leigh Brasington ( hier )
"I found the research in 'A Condemned Saint: Devadatta' to be very interesting. It showed me how easily I could be persuaded to swallow a story - even one with the weird order of the Devadatta story. Many times I told the traditional story of Devadatta as part of one of my dhamma talks. It has been very helpful in reminding me to look carefully at ANY teaching. For years I have been telling my students to not take the stories in the suttas (let alone the vinaya) as literally true - that sutta study is about finding instructions on how to practice that are repeated in multiple places/circumstances - and then to go do those practices. It was kind of humbling to see I'd been taken in again. "

=======================================================================
=======================================================================

Bijlage 1

Devadatta wel of niet in het 'Brahmana Sutta' in de Udana

1.   Vertaling van Jan de Breet en RobJanssen, opgenomen in
      Khuddaka-Nikaya – De verzameling korte teksten

I – 5. De oudere monniken


Aldus heb ik gehoord.
Eens verbleef de Verhevene in Savatthi, in het Jetavana, het park van Anathapindaka. In die tijd gingen de eerwaarden Sariputta, Maha-Moggallana, Maha-Kassapa, Maha-Kaccana, Maha-Kotthita, Maha-Kappin, Maha-Cunda, Anuruddha, Revata, Devadatta en Ananda naar de Verhevene toe.
De Verhevene zag die eerwaarden van verre aankomen en daarop richtte hij zich tot de monniken: 'Dit.monniken, zijn de brahmanen die er aankomen! Die zijn brahmanen die er aankomen!'
Na deze woordeen zei een zekere monnik die van brahmaanse afkomst was, het volgende tot de Verhevene: 'Wanner, Heer, is men een brahmaan en wat zijn de eigenschappen die iemand tot brahmaan maken?'
Toen dan, toen de Verhevene de betekenis hiervan doorgrondde, welde er op dat moment spontaan deze bewogen uitspraak in hem op:

   'Zij die slechte geestestoestanden weren
   en die altijd vol van aandacht leven
   ontwaakten die de ketenen geslaakt hebben,
   zij waarlijk zijn brahmanen in de wereld.'

(Onderstreping door mij, Joop R)


2.  Vertaling door Thanissaro Bhikkhu in  Accesstoinsight

Brāhmaṇa Sutta: Brahmans

I have heard that on one occasion the Blessed One was staying near Sāvatthī at Jeta's Grove, Anāthapiṇḍika's monastery. And on that occasion Ven. Sāriputta, Ven. Mahā Moggalāna, Ven. Mahā Kassapa, Ven. Mahā Kaccāyana, Ven. Mahā Koṭṭhita, Ven. Mahā Kappina, Ven. Mahā Cunda, Ven. Anuruddha, Ven. Revata, and Ven. Nanda [1] went to the Blessed One. The Blessed One saw them coming from afar and, on seeing them, addressed the monks, "Monks, those are brahmans who are coming. Monks, those are brahmans who are coming."

When this was said, a certain monk who was a brahman by birth said to the Blessed One, "To what extent, lord, is one a brahman? And which are the qualities that make one a brahman?"

Then, on realizing the significance of that, the Blessed One on that occasion exclaimed:
  Having banished evil qualities
  those who go about ever mindful,
  awakened, their fetters ended:
  They, in the world,
  are truly brahmans.

Notes
1. This translation follows the Thai and Burmese versions of this passage. The Sri Lankan version replaces Ven. Nanda in this list with Ven. Ānanda; the PTS version replaces him with Ven. Devadatta and Ven. Ānanda. These latter two readings would appear to be mistaken, as the Buddha in this sutta defines "brahman" as one whose fetters are ended — i.e., an arahant — whereas Ven. Ānanda became an arahant only after the Buddha's passing; Devadatta, after having caused a split in the Saṅgha toward the end of the Buddha's life, fell into hell.
"
(noot 2 verwijderd, niet relevant)

=======================================================================

Bijlage 2

Stephen Batchelor in 'After Buddhism' over Devadatta

=======================================================================

Bijlage 3

Gedichtenbundel 'Devadatta’s Poems ' door Judith Beveridge

(Geciteerd uit twee recensies van deze bundel; reviews van M. Ball en M. Duwell )

Not that much is known about the historical character Devadatta, cousin of Siddhatta Gotama, the Buddha. Though much has been written about the Buddha, his shadowy cousin remains a secondary character throughout literature and historical texts, treated mainly as an evil and power hungry monk who attempted, unsuccessfully, to murder and usurp the Buddha’s power. In Devadatta’s Poems, Beveridge gives Devadatta a voice and a much richer characterisation, tracing his movement from ascetic devotee to jealous, murderous, and mostly ineffectual, rival. Although Devadatta’s Poems has been written as a companion piece to Beveridge’s sequences on Siddhattha Gotama and reading them together creates a wonderful balance between the forces of these character, it’s perfectly possible to read Devadatta’s Poems without reference to the other text. Devedatta, though not exactly likeable, is a compelling character—enriched by his vast hunger, his aesthetic rather than ascetic perceptions, and the somewhat fun shadow he casts on his almost too perfect cousin.
Of course this is poetry, not an historical novel, so Beveridge’s Devadatta is both allegorical in his representation of the world of the senses, and also provides a hyper-sensual and moving exploration of the sights, sounds, smells and tastes of his world:

  I smell ripe figs, dates, pomegranates; cumin and onions
  sizzling in hot ghee. There are piles of sesame and honey cakes,
  teas scented with cinnamon and cloves, but we must wait
(“Alms Round, Sarnath”)

His childish coveting of his cousin is given more depth through an exploration of their youth together and the games they shared. However, it is in Devadatta’s desire for Siddhatta’s wife Yasodhara and his ultimate hunger for glory and perhaps love in general, that makes Beveridge’s Devadatta more tragic than evil:

  All they’ll think about
  will be that Devadatta has come back and about how
  their lives, at last,
  feel as precious as silk
  pulled through a ring.
(“Return”)

  Sometimes I wonder why I wobbled far into the distance
  like an unhitched cart to bunker down to this life of alms,
  slim pickings, lost hope. I cry for the blue and lilac
  ring of hills and the shaded small valleys where I’d roam
  as a child.
(“Thinking of Kapilavatthu”)

Behind it all, almost as a theme, is Siddhatta’s religion: the asceticism and selflessness that Devadatta cannot emulate, despite his mantras and prayers. Devadatta rarely mentions Buddhism as such—he prays and fasts but never really embraces the notion of his own divinity—but the reader is allowed to perceive it, and Siddhatta’s grace is made evidence through through Devadatta’s jealous lens. Since we know that Buddhism will become a major world religion and Buddha will be revered by followers, Devadatta’s ill will takes on an irony so intense that we begin to feel some sympathy for Devadatta:

  Four Noble Truths make the ever-increasing
  Sangha where one day my name will be written
  into infinity and Siddhattha’s will become a nullity,
  a zero—his name never to be written anywhere,
(“My Discourse on Counting”)

The kind of dissonances I’ve spoken of briefly ensure that there is always a degree of tension at this level in Beveridge’s poems. Needless to say, a figure like Devadatta can embrace the expressive possibilities of the disgusting with brio, as he does in “Alms Round, Sarnath”:

  I want to tell Buddha to chew his rules about patience
  and frugality into a sloppy cud. I want to hold my bowl out
  as boldly as a symbol and clang it loudly with my spoon.

  I want to tell these miserable, skinflint, pinch-fisted folk
  to stop tossing us husks, rinds, cores, thorns, rats’ tails,
  roosters’ claws and – oh! – so many stinking lepers’ thumbs!


In “Rocks, Vultures Peak” from Devadatta’s Poems, this verbal indecorousness reaches (oh, yes say it) a peak when Devadatta attempts to kill the Buddha by rolling a rock down on him. I don’t know what the narrative tone of this story is wherever it appears in the Pali Canon – presumably it is a celebration of a divinely engineered escape – but to us it inevitably recalls Wily Coyote and the Roadrunner. And Beveridge’s poem reflects this by joyously abandoning any attempt at a po-faced historical dramatic monologue and having Devadatta imagine how the killing will be reported newspaper-headline style:

  Ah, one day Siddhattha, I’ll pick the right spot,
  I’ll pick the right rock and I won’t baulk the timing.
  I know how the story will go: ‘Slipping schist kills
  local altruist.’ ‘Leader of cult, brained by basalt.’
  ‘Religious moderate, crushed by conglomerate.’