woensdag 22 januari 2014

Meer boeddhistische filosofie in dialoog met andere levensbeschouwelijke tradities

André van der Braak is nu twee jaar 'hoogleraar boeddhistische filosofie in dialoog met andere levensbeschouwelijke tradities aan de VU in Amsterdam', het eerste jaar bijzonder hoogleraar, en nu gewoon (en bijna fulltime).
Eigenlijk zou de omschrijving het moeten hebben over boeddhistische filosofieën , want het boeddhisme zelf is ook een conglomeraat van tradities, daarover later meer.

André is ook feitelijk de verantwoordelijke man bij de VU voor de opleiding tot 'boeddhistisch geestelijk verzorger' aka 'buddhist chaplain', want als ik anderen zoals (de coordinator van de specialization spiritual care) prof Ruard Ganzevoort vragen stel over die opleiding, verwijst hij me naar van der Braak. En dat is jammer.
Want die vragen (van mij) zijn nog steeds niet bevredigend beantwoord, zie bijvoorbeeld mijn blogs van het afgelopen halfjaar hierover:
joopromeijn.blogspot.nl/2013/12/weer-een-stapje-gezet-richting-vu.html
joopromeijn.blogspot.nl/2013/10/veracademisering-en-verwildering-in-wat.html
joopromeijn.blogspot.nl/2013/08/vu-kul-geen-update-over.html


In het internettijdschrift NieuwWij vat André kort en positief het boek 'Invention of World Religions' van Tomoko Masuzawa samen. Vervolgens gaat hij in op een lezing van de “Chinese antropoloog ...Adam Chau … heeft zich in zijn onderzoek deze vraag gesteld, en heeft een model ontwikkeld dat uitgaat van vijf verschillende manieren waarop religie in China wordt beoefend:
1. Discursief/tekstueel: het schrijven, lezen en bediscussiëren van religieuze teksten, en het voeren van religieuze debatten
2. Persoonlijke cultivering: mensen die streven naar zelfcultivering en persoonlijke groei in een religieus of een spiritueel kader
3. Liturgisch: het participeren in uitgebreide rituelen die door religieuze specialisten worden uitgevoerd, of zelfs het laten uitvoeren van die rituelen door die specialisten zonder er zelf aan deel te nemen
4. Onmiddellijk-praktisch: het gebruik van eenvoudige religieuze rituelen om onmiddellijk resultaat te boeken (wat wij “magie” zouden noemen)
5. Relationeel: het participeren in religieuze praktijken die gericht zijn op het in stand houden van de relaties tussen goden en mensen, de relaties met de voorouders, of de relaties van de gelovigen tot elkaar.
"

Deze blog is het waard om in haar geheel te lezen, vooral de vragen er in zijn relevant.
Bron: www.nieuwwij.nl/nieuw-wij/de-diversiteit-van-religieuze-diversiteit/
Ik heb er een reactie op geschreven, die op 22 januari is geplaatst:

Een interessant thema, helder verwoord. Twee suggesties naar aanleiding ervan:
– [Het] onderzoek van Adam Chau dat uitgaat van vijf verschillende manieren waarop religie in China wordt beoefend, zou ik ook wel eens in Nederland toegepast willen zien. Misschien zijn er hier vier, of zes, of andere?
- De constructie van het boeddhisme als één van de wereldgodsdiensten maakt (ik denk tenminste dat er een oorzakelijk verband is) dat de discussie tussen de diverse boeddhistische tradities nauwelijks gevoerd wordt en nauwelijks aandacht van anderen krijgt. Voorbeeld: wat vinden niet-Tibetaanse boeddhisten echt (los van vriendelijke lippendienst) van de Dalai Lama?
"

(Overigens: niet iedereen is enthousiast over het boek van Tomoko Masuzawa; in een review in het vakblad Journal of the American Academy of Religion wordt ervan gezegd:
… but Masuzawa's own launching point for that enterprise is itself curiously polemical—or, to use a word favored in this kind of analysis, ideological. At the outset she takes up the axe for two very familiar critiques of Religious Studies:
(1) the field is peopled by a bunch of "unreconstituted religious essentialists" who are too friendly to religion in general, and religious experience in particular, to subject the discipline's categories to rigorous historical and critical analysis and
(2) faculty in departments of religion keep themselves institutionally and financially viable by continuing to offer world religion courses that they know, at least dimly, are intellectually irresponsible.
In other words, the history of the discipline is not getting done properly because scholars of religion are mostly naïve romantics and economic opportunists. ...

Bron: http://muse.jhu.edu/journals/aar/summary/v074/74.1schmidt.html

Zou de kritiek van Masuzawa ook niet op de Faculteit der Godgeleerdheid van de VU kunnen slaan?)


Ik zou zeggen: André, richt je in je werk verder op waar je formeel voor bent aangesteld en wat ook je sterke punt is, de (vergelijkende) filosofie .
Je bent geen boeddhistisch geestelijk verzorger, dat is je stiel niet en (zover ik kan nagaan) ook je sterke kant niet. Dat dat de wens is van de VU die graag alle opleidingen geestelijke verzorging wil hebben, is hun ambitie. Je moet je niet laten sturen door andere krachten binnen de VU en binnen en om de BUN ten aanzien van die opleiding.
Kortom, André, maak duidelijk aan de VU dat deze master+ambtsopleiding per september 2014 niet meer jouw pakkie an is; dat je verder de boeddhistische filosofieën in dialoog (met elkaar en) met andere levensbeschouwelijke tradities gaat bestuderen en geven.

maandag 20 januari 2014

Theologen en media, een VU-discussie over religieuze omroepen; en de toekomst van boeddhistische media

Verleden week ben ik naar een van de bijeenkomsten geweest die de VU, faculteit godgeleerdheid, organiseerde in hun zogeheten graduation week.
De bijeenkomst ging over de toekomst van religie in de media, schijnbaar een breed thema maar in werkelijkheid ging het (bijna) alleen over de publieke omroep.

De website Nieuwwij vatte het als volgt samen:
De subsidie is ingetrokken voor de kleine godsdienstige en levensbeschouwelijke omroepen IKON, Human, RKK, de Joodse omroep, het hindoeïstische OHM, de boeddhistische omroep BOS en Zendtijd voor Kerken. Daardoor verandert het religieuze landschap in de media ingrijpend. Betekent dit dat religie zal verdwijnen uit de media? Of komt religie in andere vormen en op andere kanalen terug in de media? En gloort er toch een toekomstperspectief aan het media firmament voor afgestudeerde jonge theologen en religiewetenschappers?
Deze vragen kwamen vorige week aan bod tijdens een debat in Amsterdam in het kader van de VU Graduation Week. Onder leiding van Johan Roeland (docent media, religie en cultuur VU) gingen Job de Haan (voormalig hoofd radio van IKON), Bikram Lalbahadoersing, (voormalig medewerker van OHM) en Hennie Burggraaff (presentator NCRV-radio) met elkaar in debat over de toekomst voor religie in de media.

Bron: www.nieuwwij.nl/nieuws/heeft-god-toekomst-hilversum/

' ...(bijna) alleen over de publieke omroep ', schreef ik hierboven.
De NCRV, de IKON en (protestant-christelijke) theologen in het algemeen bepaalden grotendeels de discussie.
Er was een uitzondering: een inleiding (column genoemd, ik weet niet waarom) van Inger van Nes over het gebruik van met name twitter en facebook.
Ik heb, in de zaal en later in een schriftelijke reactie op deze column in hetzelfde 'Nieuwwij', het wat breder getrokken.

Hieronder mijn reactie, met verbetering van een paar foutjes:
Bij het nalezen even interessant als bij het aanhoren gisteren. Wel lopen er twee thema’s door elkaar:
(1) Is een apart christelijk (waarschijnlijk bedoeld: protestant) mediaplatform gewenst?
In mijn geval zou dat vertaald moeten worden als: is een apart boeddhistisch mediaplatform gewenst? Want het was toch niet bedoeld als – alleen – een discussie over het christendom in de media, maar over alle eind volgend jaar verdwijnende 2.42-omroepen?
Ik heb wel behoefte aan een – boeddhistisch in mijn geval – platform (eigenlijk een rare beeldspraak: een platform is een verhoging waar je makkelijk af kan vallen); daar hoef ik niet van alles uit te leggen maar kan meteen ter zake komen.
Boeddhisme ook bij de NCRV, zoals gisteren werd voorgesteld of aangeboden? Ook wel (als het maar niet gaat om het binnenhalen van een deel van de beschikbaar komende 9 of 12 miljoen voor levensbeschouwelijke programma’s na 2015); maar beslist niet alleen.

(2) Zijn sociale media als twitter en facebook niet veel geschikter dan media als omroepen?
Daar ben ik het mee eens; gisteren stelde ik dat in ieder geval voor de niet-christelijke religies na het verdwijnen van ‘hun’ omroepen eerder moeten kijken naar op internet gebaseerde media. Televisie is sowieso niet geschikt voor levensbeschouwelijke programma’s, is mijn ervaring (het wordt bijna altijd esthetiek of entertainment)
Maar dan niet alleen de media die Inger noemde; zij had het over de mobiliserende, de maatschappelijke, functie ervan. Dat is nodig en via het net mogelijk, maar levensbeschouwelijk medium heeft ook twee andere functies: de journalistieke en de inhoudelijke: expliciet de levensbeschouwing brengen
Dus ook podcasts, blogs, en (beschouwingen over) levensbeschouwelijke teksten, longreads heet dat tegenwoordig.”

Zie verder www.nieuwwij.nl/opinie/christelijke-media/

Mijn geringe animo voor de suggestie van Hennie Burggraaff van de NCRV-Radio, dat de boeddhisten bij de NCRV welkom zijn, was dat ze niet duidelijk maakte (ook na een gerichte vraag van mij vanuit de zaal) wat dat dan in kon houden, ook financieel en personeel.
Maar vooral omdat zij nogal de nadruk legde op de rol (van de KRO-NCRV zoals de gefuseerde omroep nu heet) van het verbinden van mensen en van religies. Ik voel me met sommige mensen meer verbonden als met anderen en ik zie verschillen, ook tussen levensbeschouwingen. 'Verbinden' is niet mijn prioriteit.
En een televisie-evenement als het programma als 'De Passie', waar enthousiast over werd gedaan, riep bij mij het gevoel op: hier wil ik niets mee te maken hebben.

Nog een opmerking over geld, in de vorm van over werkgelegenheid. Het was duidelijk een subdoel van deze VU-bijeenkomst, na te gaan of afgestudeerde theologen werk konden vinden in de media (in Hilversum kennelijk, al werd dat niet expliciet gezegd).
Veel nieuwe banen zullen er niet komen bij de publieke omroep, dat was wel duidelijk; en levensbeschouwelijke programma's, de corebusiness van theologen (althans de protestante levensbeschouwing) is maar klein deel van wat de publieke omroep gaat doen.
Blijft over het verdienmodel van andere media, van op het boeddhisme georiënteerde media in het bijzonder. Kunnen die professionals in dienst hebben, betaald uit hun inkomsten? Lijkt me heel onwaarschijnlijk. Het aantal mensen met affiniteit tot het boeddhisme is al kleiner dan velen denken en voorzover die affiniteit er is, is die voor een groot percentage vrijblijvend van aard, bijvoorbeeld als om abonneren of donaties wordt gevraagd.

Ik ben gematigd positief over de toekomst – de komende vijf a tien jaar, verder kan ik niet kijken – wat betreft boeddhistische blogs, podcasts etc., en misschien nog een paar tijdschriften; maar het blijft vrijwilligerswerk.
En wat er na 31 december 2015 in Hilversum gebeurt wat betreft boeddhistische programma's? Er komt toch een potje van 9 of 12 miljoen euro per jaar voor, zo wil de politiek (Tweede en daarna eroverheen de Eerste Kamer)?
Na afloop van de VU-bijeenkomst zei ik tegen een ook aanwezige ex-2.42omroep-directeur dat de invulling daarvan bepaald zal worden aan de hand van het advies deze maand van de Raad voor Cultuur (zie vraag van de staatssecretaris ). Hun website heeft nog geen nieuws hierover.
Zijn reactie: daar zal niet zoveel invloed van uit gaan, dat bepalen de omroepen zelf wel.
Ik ben cynisch genoeg om me te kunnen voorstellen dat het zo gaat; maar ook als er wel een echte regeling komt, zal het blijven gaan om incidentele programma's over (bijvoorbeeld) het boeddhisme, niet iets om je mee te kunnen identificeren als boeddhist.

woensdag 8 januari 2014

Recensie van de eerste nieuwe BOS-Radio uitzending en 'mening geënt op realistische omstandigheden'

Gisteren, naar de eerste nieuwe BOS Radio uitzending, OBA Live, dinsdagavond van zeven tot acht op Radio 5 geluisterd. Met als nieuwe vaste presentator Bettine Vriesekoop.
Een radio-recensie, een eerste (subjectieve) indruk.

Het succes van de formule wordt voor een groot deel bepaald door de keus van de gasten.
Het waren er afgelopen dinsdag drie: Christa Meindersma, Eveline Brandt en Tim van Vliet (zie aankondiging OBA Live 7 januari Wat Christa vertelde was interessant en de koppeling van haar werk en haar boeddhisme organisch (ook door de manier van vragen van Bettine).
Eveline kenden we al als columnist vorig jaar: prettig om te horen hoewel ze wel iets minder lief mag zijn; ze is tevens 'tafeldame', een begrip dat we van andere presentatorgecentreerde programma's (DWDD bijvoorbeeld) kennen, maar hier weinig voorstelde; misschien is dat slechts de onwennigheid, of gebrek aan dwarsheid.
Hoewel de feminisering van het boeddhisme bij mij gemengde gevoelens oproept, moet ik zeggen dat alleen Tim van Vliet een slechte keus was: een Tijn Touber kloon die tevreden met zichzelf is en ongegeneerd reclame voor z'n activiteiten maakte.

Het succes van de formule wordt misschien voor nog een groter deel bepaald door de presentator. Ik moet zeggen, Bettine Vriesekoop een aanwinst te vinden. Niet alleen omdat we sommige stemmen op de BOS wel erg vaak hebben gehoord, maar ook door haar presentatie. Dat die nog wat onwennig was, vond ik geen probleem, ze meldde ook gewoon aan het begin dat dit nieuw werk voor haar was. Ik ben wel benieuwd of ze ook met andere typen (boeddhisten) een goed gesprek kan voeren.

Nieuw is verder dat ook publiek welkom is bij de OBA Live uitzendingen. Daar heb ik de meerwaarde nog niet van gemerkt: het publiek was niet te horen en Bettine durfde hen kennelijk (nog) niet bij de gesprekken te betrekken. Misschien heeft het effect op de sprekers, niet op de luisteraars.

De BOS Radio uitzendingen tot dit jaar hadden altijd een informatief-journalistiek onderdeel, meestal aan het begin. Dat is in deze nieuwe formule weggevallen.
Wel is het de bedoeling dat de presentator actuele thema's in haar gesprekken verwerkt; Bettine deed dat dit keer met het nieuwsfeit dat de Dalai Lama naar Nederland komt; dit aspect (weer waarschijnlijk door de onwennigheid) bleef wat vlak. Gelukkig durfde Eveline niet-enthousiast te zijn over dit bezoek en de mogelijk massale opkomst bij een lezing van hem.

Volgende week is Bernice Notenboom te gast, mogelijk de enige gast, blijkens de aankondiging . Ze heet 'beroepsavonturier' te zijn, vast wel interessant; nogal VPRO-achtig, zou ik zeggen, en het verband met het boeddhisme moet ik nog maar merken.


Nog twee losse punten:
– Het tweede deel van de BOS Radio uitzendingen op de dinsdagavond is van twaalf tot half één. Dan slapen fatsoenlijke boeddhisten al lang, maar daar kan de BOS niets aan doen. Ik heb de podcast nog niet goed kunnen beluisteren: het programma van 19 uur en dat van 24 uur staan over elkaar heen (en als meditator volg ik de regel 'één input tegelijk').
Update 9 januari Inmiddels is het probleem opgelost. Boeiend, elitair zoals elitair hoort te zijn.

– Tijdens het vorige radioprogramma, het laatse Hemelsbreed oude stijl van 28 december 2013 vertelde BOS-directeur Laetitia Schoofs over de toekomstplannen. Ze vestigt haar hoop op de per motie half toegezegde 9 of 12 miljoen voor levensbeschouwelijke programma's; of dat bedrag volgens de bestaande sleutel wordt verdeeld per levensbeschouwing en of de ex-242-omroepen met enig succes dat bedrag kunnen claimen (een klein miljoen per jaar voor de BOS), is maar de vraag.

Wel weer iets om op terug te komen, met name als de Raad voor Cultuur hierover later deze maand (volgens plan) advies uitbrengt; en als de (St Vrienden van de) BOS echt een campagne start met het ergerlijke en gewoon foute motto 'Verrijk je karma, steun de BOS '.

Nog één keer het BoeddhistischDagblad, een paar reacties en contrareacties

Begin deze week kreeg ik een mail van de hoofdredacteur en baas (zijn uitdrukking) van het BoeddhistischDagblad, Joop Ha Hoek, waarin deze mij verbood nog langer de in zijn ogen zieke stukjes te plaatsen zoals ik omtrent de jaarwisseling kennelijk heb gedaan. Of het een volledige ban is, weet ik eigenlijk niet, misschien worden brave (positieve, adorerende) stukjes van mij nog wel opgenomen maar dat ga ik niet proberen.
Omdat waarschijnlijk de mededeling van deze mail aan mij niet aan de BD-lezers wordt gemeld, geef ik een aantal van de meest relevante passages eruit weer:

From: boeddhistischdagblad@xxx
To: jwromeijn@xxx
CC: edje2002@xxx; xxx@onkruid.nl; ujukarin@xxx;  andre@xxx; pauladewys@xxx; info@tilanusxxx; reinier@tilanusxxx; xxx@bosrtv.nl; vanbuuren@xxx; d.varamitra@dji.minjus.nl; varamitra@xxx; varamitra@xxx
Subject: Joop Romeijn, de BUN en de Dalai Lama
Date: Mon, 6 Jan 2014 16:52:43 +0100
Goedemiddag Joop, ik ken inmiddels via verschillende publicaties -in onder meer jouw weblog- jouw obsessieve gedachten en ideeën over de BUN, BOS, BZI en academische opleiding geestelijke verzorgers. Het staat je vrij die te hebben, voor mij zijn het meningen van een privépersoon, niet geënt op realistische omstandigheden. De vrijheid om je te uiten wordt echter ingeperkt als je meent de kolommen van het Boeddhistisch Dagblad daarvoor te kunnen misbruiken. In recente publicaties in mijn krant –onder meer het bezoek van de Dalai Lama aan Nederland- voerde je (het voortbestaan van) de BUN op, gekoppeld aan de functies en over de ruggen heen van Paula de Wys en Reinier Tilanus. Zo bezoedelde je een mooi bericht over een mooi mens. Ik vind dit werkelijk ziekmakend.
In plaats van dat je blij bent dat er mensen zijn die naast hun werkzaamheden voor de BUN ook nog belangeloos het bezoek van de Dalai Lama aan ons land voorbereiden en ze daarvoor het respect geeft dat ze verdienen, schok je hen en anderen met je misselijkmakende en zieke gedachten over de BUN. Want dat is waar het om gaat. Een paar dagen geleden meende je Ujukarin in een reactie een vermeend voorzitterschap van de BUN toe te moeten dichten.
En nog wat langer geleden meende je …. te moeten diskwalificeren.
...
Als baas van het Boeddhistisch Dagblad ontzeg ik je nu de mogelijkheid om in mijn krant dergelijke uitlatingen te publiceren. Het zijn gedachtenspinsels van een man met een haatdragende geest die de toekomst naar zijn hand wil zetten. Je beschadigt er bewust goedwillende en liefdevolle mensen mee, die hun vrije tijd belangeloos steken in het boeddhisme en de verschillende organisaties.

Mijn mail aan jou komt stand zonder ruggenspraak met de BUN of wie dan ook. Ze vertolken mijn persoonlijke gevoelens en die van mij als hoofdredacteur van deze krant en worden op eigen initiatief en met de beste intentie weergegeven.
Ik wens je een goed 2014.


======================================================

Als mogelijke laatste keer een paar reacties van mij, zonder reacties van anderen (die zijn in het BD te lezen; vooral blijven doen, dan weet u wat er in het lieve deel van boeddhistisch Nederland leeft).


Twee maal op boeddhistischdagblad.nl/dalai-lama-bezoekt-begin-mei-2014-nederland/, van 27 en van 30 december 2014:
Goed nieuws voor alle geïnteresseerden in het boeddhisme en alle beoefenaren ervan, met name die van het Tibetaans boeddhisme.
Een belangrijk verschil met het vorige bezoek is ook dat de Dalai Lama niet langer de politiek leider van de Tibetanen (in ballingschap) is, dat is sinds zomer 2011 de verkozen Lobsang Sangay.
De Dalai Lama kan nu komen als boeddhist en als spiritueel leider van de Tibetaanse boeddhisten. Voor ons als aanhangers van de scheiding van kerk en staat is dat wel zo zuiver. “

“ Paula de Wys en Reinier Tilanus worden met name genoemd als organisatoren van dit gebeuren; daar zullen ze hun handen vol aan hebben in 2014. Ik wens ze sterkte.
Ze zijn echter ook BUN-bestuurslid, daar zullen ze dus geen tijd voor hebben.
Bovendien hebben we eerder in het BD gelezen dat de voorzitter van de BUN komend voorjaar vertrekt en de penningmeester al eerder. Wie blijft er nog over?
Het werk lijkt nu al stil te staan, we hebben (in het BD) niets van de ledenvergadering afgelopen najaar gelezen, vroeger was dat wel het geval. De VU kan bv nu al volledig haar gang gaan met de opleiding tot ‘buddhist chaplain’ zondere publieke boeddhistische controle (Of werkt de Dhamma Advies Raad wel?)
Straks stopt de BUN er nog eerder mee dan ik voorspeld had, namelijk eind 2015 als hun omroeplicensie afloopt op grond waarvan de BOS kan uitzenden. Dat mag toch niet gebeuren?
Ik wens eenieder een goed 2014 toe.



Een paar reacties van mij op boeddhistischdagblad.nl/siddhattha-gotama-de-boeddhist-2/
van 1, 3 en 4 januari 2014 (een reactie op Jules Prast heb ik in m'n vorige blog opgenomen, de opmerking over 'onwetendheid' is eigenlijk ook aan hem gericht, want hij benadrukt nogal het 'niet weten'. )

Ook een gelukkig nieuwjaar aan allen! Dat het opnieuw een jaar mag worden van verminderde onwetendheid (avijja).
Robert, ik had me kunnen voorstellen dat je niet had gereageerd omdat André schrijft als de traditionele Aziatische leraar, ponerend zonder zichtbare interesse in discussie of tegenspraak.
Ik kan me echter ook voorstellen dat je wel heb gereageerd. Alleen schiet je wat door als je over de ‘Sankriet Canon’ schrijft, alsof er een homogeen en ongeveer tegelijkertijd gecomponeerd geheel van teksten is.
Sommige Mahayana-teksten zijn van voor onze jaartelling en sommige van (eeuwen) na onze jaartelling. Sommige zijn in het Sanskriet geschreven en later in het Chinees vertaald, sommige zijn oorspronkelijk Chinese composities zoals de Hart Sutra (en misschien geldt dat ook wel voor Tibetaans, daar weet ik te weinig van).
Ditzelfde geldt voor de Pali Canon; al denk ik wel dat de gemiddelde leeftijd daarvan wat hoger is; maar ook hier is er sprake van voor (misschin 400 jaar voor, misschien 100 jaar voor) en teksten na onze jaartelling.
Maar wat doet dat er toe? Theravada en Zen zijn toch gewoon twee verschillende religies (of filosofieën); net zo als Nichiren en Tibetaans boeddhisme dat zijn? Ze hebben maar twee zaken gemeenschappelijk: het gebruik van de naam ‘Boeddha’ en de neiging om hun teksten ouder te laten lijken dan ze zijn: te antedateren
Wij zijn dol op authenticiteit, waarbij het lastig is dat dat twee betekenissen heeft:
- zuiver, direct uit het hart komend
- oorspronkelijk en dus uit de oudheid komend.
Die twee zijn wat lastig te verenigen, dat is het hele probleem.


Op een reactie van Ujukarin:
Schitterend, ik zou haast zeggen: hier spreekt de nieuwe BUN-voorzitter
Terecht leg je nadruk op de sangha, in plaats van op de leraar zoals velen helaas doen.
Alleen vind ik je wel wat oordelend als je zegt “wie … niets van Vriendschap/Sangha respecteert is dus m.i. ook geen volgeling van de Dhamma “. Zelfs als je het teveel gebruikte woord ‘respecteren’ vervangt door bv ‘nodig denkt te hebben’, dan nog vind ik deze laatste zin van je heldere betoog overbodig.


En idem van 4 januari:
Waarom niet, je naam wordt genoemd, het is maar voor twee jaar, Ujukarin?
Nu de kern: ik ben het wel met je eens dat samen beoefenen essentieel want verrijkend (mudita-gevend) is, maar wil een anderen uitsluitende zin als 'ik herken ze niet als mede-gangers op het pad' niet voor m’n rekening nemen.
En uiteindelijk moet men ook z’n groep durven kunnen loslaten.

Geheel terzijde, voor de liefhebbers van de Hart Sutra (u weet wel, van ‘Vorm is leegte’), een variant gecomponeerd in de 20e eeuw van onze jaartelling:
The Hard Sutra
Thus have I heard. At one time the Blessed One was staying at Savatthi,
in Jetavana, Anathapindika’s Park. ‘Monks,’ the Blessed One addressed
the community of monks. ‘Yes, Blessed One,’ the monks replied. The
Blessed one stated: ‘Monks, there is but one way to learn and that is the
hard way. Do not be deceived.’ The monks rejoiced at the Blessed One’s words. ”
‘De harde weg’, daar houden sommige beoefenaren vast niet van.


======================================================

Tot zover deze citaten van mezelf
Ik heb wel ergere dingen geschreven in m'n leven. Maar schrijven over de Dalai Lama ligt kennelijk gevoelig, terwijl het bezoek van deze spiritueel leider van de Gelugpa's voor mij dezelfde beperkte betekenis heeft als een bezoek van een (rooms-katholieke) Paus aan Nederland voor een protestant.
Opvallend is dat de persoon met de naam Anne, degene waarmee ik medio 2013 herhaaldelijk botste, op 7 januari het beste commentaar op de reacties over dit bezoek heeft gegeven: “Wel jammer dat het meer om de man dan om zijn boodschap lijkt te gaan.

Waar de hoofdredacteur van het BD kennelijk geen oog voor heeft, is het centrale thema in deze en andere reacties van mij de afgelopen maand: de cultuur bij Nederlandse boeddhisten van het elkaar (inclusief de leraar) bewonderen ; dat soort feestjes wil ik inderdaad soms wel bederven.

Eén punt in de mail verbaast me, namelijk dat in het lijstje van mijn 'obsessieve gedachten' ook die over een ' academische opleiding geestelijke verzorgers ' is opgenomen; terwijl ik veel positiever ten opzichte van die opleiding sta als bv André Kalden en Joop Ha Hoek en veel anti-intellectualistische boeddhisten, en ik daar tal van constructieve ideeën over gelanceerd heb, kritisch maar constructief (behalve dan, dat moet ik wel toegeven, als het over de BZI gaat, want dat is naatje).

En één punt amuseert me (twee eigenlijk, ook dat er drie cc's van de mail naar Varamitra zijn gegaan, heeft die zoveel rollen?), namelijk het verwijt dat ik "de toekomst naar mijn hand wil zetten.". Liever het verleden naar m'n hand zetten dan; of liever de toekomst naar andermans hand zetten dan?

Op één punt tenslotte heeft Hoek gelijk: mijn vastberadenheid t.a.v. de gewenste opheffing van de BUN is in de loop der jaren niet verminderd (waarbij voorzitters kwamen en voorzitters gingen); dat kan inderdaad een obsessie genoemd worden. Daar kan ik wel mee stoppen, dat hoeft niet meer; toch nog een goed voornemen dit jaar.

maandag 6 januari 2014

Boeddhisme langs de Zijderoute, een expeditie vanaf 1 maart in Amsterdam

Nu al verheug ik me op een bezoek aan Hermitage Amsterdam, waar vanaf 1 maart een expositie wordt gehouden over de Zijderoute, onder de titel ' Expeditie Zijderoute.'

Ooit gestart omdat de Chinezen behoefte hadden hun producten (zijde onder andere) te exporteren, is dit eeuwen lang een verzameling van routes geweest waarlangs niet alleen goederen werden vervoerd, maar ook culturele uitwisseling plaatsvond. Ons interesseert natuurlijk het meest de verspreiding van het Boeddhisme langs deze routes naar onder andere China, maar ook andere religies (later bv de Islam) werden zo verspreid.
Eén van de dingen die ik beter wil begrijpen, is wie dan wel het boeddhisme (de Dharma) verspreidden, ik heb begrepen dat het zowel zwervende (maar met een missionerend doel) monniken waren maar ook handelslieden die teksten, beeldjes etc. met zich meenamen.

Ik citeer de website van de Hermitage :
"Expeditie Zijderoute
Schatten uit de Hermitage
1 maart 2014 – 5 september 2014

Vanaf 1 maart 2014 ademt de Hermitage Amsterdam de lang verdwenen beschavingen langs de legendarische Zijderoute. De tentoonstelling Expeditie Zijderoute. Schatten uit uit de Hermitage laat de bezoeker zelf de handelsroutes afleggen, antieke schatten ontdekken en onherbergzame streken doorkruisen, waar eeuwen geleden karavanen langs koninkrijken, kloosters en nomadenstammen trokken. De schoonheid van ruim 260 objecten, waaronder muurschilderingen, boeddha’s, kostbaarheden van zijde, zilver, glas, goud, terracotta, die zijn opgegraven door Russische expedities in de 19e en 20e eeuw, vult de Hermitage tot en met 5 september 2014. De bezoeker reist in de voetsporen van monniken, handelsreizigers, Marco Polo, en de archeologen, die de verloren rijken van de Zijderoute ontdekten. Een van de vele topstukken in de tentoonstelling is de ruim 9 meter lange muurschildering van een godheid in gevecht met roofdieren, uit het koningspaleis in Varakhsha (7de-8ste eeuw, huidig Oezbekistan). Nooit eerder verliet deze trots van de archeologische collectie de Hermitage, maar die is na de restauratie, mogelijk gemaakt door de Vrienden van de Hermitage, ruim 6 maanden te zien in Amsterdam.
"

Lees ook het achtergrondverhaal over de Zijderoute op de website van de Hermitage.
Ik kom hier vast wel op terug, als ik ergens in het voorjaar op expeditie naar Amsterdam geweest ben.




=======================================================================

Eén van de aanleidingen hierover de schrijven, is een discussie omtrent de jaarwisseling in het BoeddhistischDagblad naar aanleiding van een artikel van Linda Heuman in het blad Tricycle.

Jules Prast schrijft hierover: " Mag ik nog één keer aandacht vragen voor het bovengenoemde artikel in Tricycle uit 2011?
De vondst van de Gandhara-rollen duidt op het bestaan van verschillende overleveringen over de Boeddha. De Pali Canon is er daar maar eentje van. Het idee dat je sutra’s kunt vergelijken om een gemeenschappelijke kern te ontdekken, moet als verouderd worden beschouwd, wanneer je het artikel volgt.
Het woord van de historische Boeddha is in de nevel van de geschiedenis verdwenen, als het al ooit bestaan heeft. In de drang naar de reconstructie van een tekstuele stamboom onthult zich de menselijke behoefte aan houvast. Wij staan oog in oog met ons niet-weten.
Over een generatie of zo zullen we terugkijken op de huidige theorie. Maar eerst moet de onverbiddelijke waarheid nog even indalen in de doctrinaire geest der boeddhisten.
De Gandhara-rollen zijn ongeveer even explosief voor het ‘oude denken’ in het boeddhisme als de vondst van het Thomas-evangelie voor het orthodoxe christendom. Een paradigmawisseling. Gevestigde posities worden omvergeworpen. Er is verzet.
Ik denk dat we er beter aan zouden doen Linda Heuman te lezen en de discussie hierop te concentreren dan door te gaan met het recyclen van houvast waar geen houvast is. "

Ik reageer daar op:
" Op Jules’ dringende verzoek: “Mag ik nog één keer aandacht vragen voor het bovengenoemde artikel in Tricycle uit 2011? “; een reactie, net terug van een bezoek aan het Drents Museum over de ‘Dode Zee rollen’.
Het is al lang bij boeddhologen en nieuwsgierige boeddhisten bekend dat er allerlei versies zijn van de teksten zoals die in de Pali Canon staan. Ergens voor het begin van onze jaartelling in India en omringende landen gecomponeerd en verdere verspreid. De vroeg naar China gebrachte Agama’s zijn er het bekendste voorbeeld van.
Dus wat dat betreft is wat er in Gandhara gevonden is, niet schokkend, wel een interessante uitbreiding van onze historische kennis (die nog zeer incompleet is) van het vroege boeddhisme. Nieuw voor mij is dat de teksten als zo vroeg (voor onze jaartelling?) zijn opgeschreven; ik had begrepen dat het veel langer orale tradities waren geweest.
Een belangrijke site waarin de diverse sutta’s/sutra’s worden vergeleken, is: http://suttacentral.net/ Early Buddhist texts, translations and parallels ‘: (deels zelfde) teksten in Pali, Sanskriet, Chinees, Tibetaans en (voorzover aanwezig) andere talen zoals Gandhari ! Tegelijk interessant en oefening in bescheidenheid.
Dus een ‘paradigma-wisseling’ zoals Jules (met de journaliste Linda Heuman) nogal zwaar aan zet, zie ik niet. Wiens paradigma moet er dan wisselen? Kennelijk alleen dat van orthodoxe aanhangers van de Pali Canon. Die zijn er, net zo als er nog Christenen zijn die alles wat er in de Bijbel staat (inclusief het spreken van de slang in Genesis) als letterlijk gebeurd zien.
Goed, nu weer ons eigen boeddhisme gaan beoefenen?"

Helaas heeft Jules Prast niet meer gereageerd op deze onderbouwde reactie van mij.
Anders had ik hem kunnen vragen of naar zijn weten er ook teksten met Mahayana-kenmerken gevonden zijn (bv het benadrukken van het bodhisattva-ideaal tegenover het als minder beschouwde arhat-doel); volgens mij is dat namelijk niet het geval, ik heb het tenminste niet gevonden.
Bron: BD 2 januari 2014 .

Update 8 januari
Inmiddels hebben Jules en ik onze gedachtenwisseling verder via een aantal mails voortgezet.