zondag 23 december 2012

De laatste BoeddhaMagazine? Of alleen de laatste bestemd voor boeddhisten. En de laatste van Dorine

Toch maar de Boeddhamagazine gekocht, het winternummer van 2012.
Een collectors item, omdat het de laatste is waarin Dorine Esser als hoofdredacteur genoemd wordt, al is de laatste hand duidelijk niet door haar gelegd (de corrector had bv wat zorgvuldiger moeten zijn). Ze heeft een moedig ‘hoofdredactioneel’ geschreven, waarin ze haar boosheid over haar ontslag er buiten weet te houden en het vooral heeft over het thema van dit nummer: ontwaken .

Ik heb geluk: het is een rijk nummer. Als altijd is er een deel dat mij aanspreekt en een deel niet, het aansprekende deel is verrassend hoog, hoger dan het soms is geweest, daarom dat ik al een tijd geleden mijn abonnement had vervangen door af en toe een los nummer kopen.
Het is onmogelijk om de 64 pagina van dit nummer (ik denk dat ze dunner gaan worden) samen te vatten. Slechts een paar artikelen wil ik aanstippen.
- De favoriete soetra van Frank Uyttebroek. En die is: ’De gelijkenis van de zaag’ (Zie de vertaling van Toegangtotinzicht )
- Portretten van duizenden tulku’s
- Twaalf tips voor meditatietrouw
- Interviews met Maurice Knegtel en Ola Ostaszewska over ‘ontwaken’
- Monnik worden in deze tijd
- Gil Fronsdal (een van mijn favorieten) over wat de ontwaakte staat zou kunnen zijn
- Een interview met Sharon Salzberg
- En een artikel (het laatste, ook van hem) van Dingeman Boot over 'gelijkmoedigheid'
- ...En nog veel meer

Maar is het wel het laatste nummer?
Op de laatste pagina staat (helaas zonder auteursnaam, waarschijnlijk Nina Nannini) dat er volgend jaar vijf nummers komen. Bestemd voor 'een breed publiek ... als bron van inspiratie voor de moderne westerse mens: het besteed aandacht aan compassie, creativiteit, duurzaamheid, lichamelijke en geestelijke gezondheid, meditatie en persoonlijke groei.' Niet allemaal echt boeddhistische thema’s, vind ik, vooral dat ‘persoonlijke groei’ hoort eerder bij de zelfhulp-industrie.

Het zou wel eens kunnen dat dit het laatste nummer was waarvan ik tot de doelgroep van lezers behoorde. Daarover klaag ik niet hoor, ik kan genoeg teksten lezen. En bovendien zijn er in het Nederlandse taalgebied niet zoveel mensen die graag moeilijke Dharma-teksten met wat boeddhologie lezen, waarin het lijden (dukkha) niet verdonkeremaand wordt en waarin niet altijd vriendelijk en positief over alles en iedereen geschreven wordt.

Een ander blad is om financiële redenen mogelijk nodig; of de naam BoeddhaMagazine de lading blijft dekken, betwijfel ik, maar niets in permanent.
Die verandering is ook het thema van een boeiend artikel van Rob van Vuure, bekend als ‘De Bladendokter’, in de Volkskrant van 18 december. Hij constateert '... dat spirituele en religieuze tijdschriften het goed doen. Hoe voorkom je dat het saai wordt? '
Zijn advies aan de redacties van dit soort tijdschriften: ' hou de juiste doelgroep voor ogen. Als je een religieblad maakt, een bezinningsblad, maak het dan niet voor de gelovige incrowd, niet voor je eigen parochie maar voor de geïnteresseerde leek. Die doelgroep groeit. ... 80% van de nieuwe spirituelen is vrouw. ... Ze geeft de bladenmakerstip voor elk bezinningsblad. Wordt vrouwenblad ! '
Kortom: daar hoor ik niet bij.

Dorine eindigt haar intro met:
'Beste lezer, helaas scheiden hier onze wegen, het was een ware eer om vijf jaar lang uw BoeddhaMagazine-hoofdredacteur te mogen zijn. Anderen nemen het van mij over.

Mogen jullie allen gelukkig zijn in het komende jaar en alle jaren die volgen.
'

Dat wens ik haar ook toe

vrijdag 14 december 2012

De kracht van negatief denken - Waarheid, melancholie en een tragisch levensgevoel

Vooraf: deze titel is niet van mezelf maar is die van de vertaling van een artikel van de Princeton psycholoog Robert Woolfolk . Hem citeer ik later uitgebreider.

Het positieve denken is populair in het Westen, vooral in de V.S. maar ook in Nederland.
En ook in het boeddhisme . Op de een of andere manier is het populaire psychologische en ekonomische denken (‘je kunt worden en verdienen wat je wilt’) uit de zelfhulp-industrie vermengd geraakt met noties uit het boeddhisme.
Dat is eigenlijk merkwaardig want de oude boeddhistische teksten ademen een andere sfeer. (Ook Thich Nhat Hanh in zijn jongere jaren, in meer recente publikaties is die m.i. salonfähiger geworden.)

Laatst schreef iemand dat ik een voorbeeld ben van de ‘het glas is half leeg’ benadering, waarbij zij de voorkeur gaf aan het ‘het glas is half vol’-optimisme van iemand anders.
Ook kreeg ik te horen dat m’n blogs narcistisch waren. Kan zijn, ik ben pas een beginneling in het minder afstandelijk en abstract en meer persoonlijk maken van m’n teksten.
Nu dus over het feit dat ik mezelf niet als een positivo zie. Wel als een denker trouwens.

Dat is lastig want positief zijn is wel in de mode, ook onder boeddhisten. En denken trouwens niet.
De bekendste is Deepak Chopra, maar de Dalai Lama kan er ook wat van.
Over Deepak Chopra schreef Aaf Brandt Corstius onlangs: “ een Amerikaanse goeroe die elke zichzelf respecterende Hollywood-ster al weer als passé beschouwt maar die bij onze Nederlandse beroemdheden nog aansluiting vindt ... wat de Deepak Chopra-leer inhoudt, namelijk dat je: a. positief moet zijn, b. allemaal moet samenwerken ... ” Aaf eindigt haar column met: “ Dat is de troef van de moderne positivo: iedereen die het niet met hem eens is, steekt er zo zuur bij af.

Van de Dalai Lama las ik volgend aan hem toegeschreven citaat: “ In welke situatie wij ons ook bevinden, het is altijd mogelijk deze met een positieve houding te benaderen.
Of wat te denken van deze: De Dalai Lama Dagkalender 2013 bevat de waardevolste citaten van de Dalai Lama. Hij wijst je op de noodzaak van tolerantie, eerlijkheid en vergeving. Hij moedigt je bovendien aan om je te concentreren op de goedheid en de schoonheid van alles wat je dagelijks omringt. Deze scheurkalender biedt je daarmee voor elke dag een bemoedigende en inspirerende spreuk.
Of dit citaat: “ See the positive side, the potential, and make an effort.

Op de website van Bodhitv was onlangs een artikel te lezen van Sanne Wurzer (zie hier )
De inleiding ervan:
Ergernissen en frustraties, we willen er allemaal het liefst zo snel mogelijk vanaf. Accepteren dat de dingen gaan zoals ze gaan is natuurlijk één bekende manier om dat voor elkaar te krijgen. Maar er zijn ook andere oplossingen, denkt Sanne Wurzer. ‘Zodra je een energieke match wordt met je eigen wens, manifesteert deze zich razendsnel.’

Gelukkig denkt niet iedereen daar zo over, zoals kan blijken uit een helder persoonlijk verhaal in de blog ‘Tiny Buddha’ met als titel: ´Why positive thinking didn´t work for me´ :
For a long time, nothing stressed me out as much as positivity.
I was a perfectionist growing up, always trying to bang my flawed round-shaped self into a perfect square hole that couldn’t possibly contain me.
Around 22, I decided to focus on personal development – a positive thing, I assumed.
I figured if I worked on improving a little every day, I’d feel a lot more positive about myself than I did when I focused on my flaws. ...
I never considered that wanting to be positive isn’t the same as being positive. ...


Gelukkig ook is er sprake van enige tegenbeweging in de Anglosaksische (min of meer wetenschappelijke) psychologische literatuur.
Een deel ervan bevat trouwens wel een dubbele bodem omdat de strekking is:
Negatief denken (= niet bij voorbaat ervan uitgaan dat men wel positief resultaat zal bereiken omdat men het wil bereiken) blijkt in sommige gevallen juist positiever resultaat op te leveren dan positief denken.
Dus negatief denken wordt daarmee een vorm van positief denken: het vooruitgangsgeloof blijft intact.
Dat vind ik niet authentiek negatief genoeg.

De Engelse psychiater R. Lepcha plaatst een kanttekening bij het positief denken, onder de (door mij vertaalde) titel: De valkuilen van positief denken, een mindful perspectief
“Als we in de zelfhulp-afdeling van een boekwinkel rondkijken, blijkt een overweldigend aantal van de zelfhulp-boeken en tijdschriften positief denken te preken, het produkt van een miljoen-dollar industrie dat ons in wezen vertelt dat we onze negatieve zelfbeelden moeten omdraaien in positieve teneinde succes te bereiken.
Er is intrinsiek niets mis met dit concept, behalve dan dat positief denken in de meeste gevallen op zich niet een diepe verandering brengt op een manier waarmee we toch gewoonlijk leven en werk benaderen.
Toch hebben al generaties van psychotherapeuten steeds geprobeerd om dat te doen, in een proces dat bekend staat als ’cognitieve herstructurering’ (cognitive restructuring); zij streven ernaar negatieve zelf-verwerpende attitudes te vervangen door positieve winnwende attitudes.
Veel recent onderzoek over ‘cognitive behavioural therapy’ heeft echter feitelijk laten zien dat mensen met een chronisch laag zelfbeeld zich juist slechter gaan voelen als ze van hun therapeuten een uitgesproken positief beeld van zichzelf te horen krijgen ...
"
The Metta-Physics Magazine - Exploring the Science-Spirituality Interface Bron.

Een ander voorbeeld, deze keer niet zozeer psychologie in de zelfhulp maar over de ‘de tirannie van het optimisme’ in het bedrijfsleven. Over managers die alsmaar positief moeten denken.
Auteurs van ‘The Tyranny of Optimism zijn C. W. Von Bergen en Diane Bandow. Bron .

Niet wetenschappelijk- maar populair-psychologisch, uit de zelfhulp-hoek komt:
De positieve kracht van negatief denken ...
De vuurloop als metafoor van het leven

Tijdens een zogenaamde vuurloop in juni 2012 liepen 21 deelnemers aan een seminar Unleash The Power Within brandwonden op. Deze vuurloop behoort tot de vaste onderdelen van de seminars van Anthony Robbins. Deze schrijver en motivational speaker is in Nederland het best bekend door zijn boek ‘Je onbekende vermogens’ waarin hij onder meer zijn inzichten over neurolinguïstisch programmeren uit de doeken doet. In zijn boek en zijn seminars hamert Robbins voortdurend op zijn overtuiging dat je mogelijkheden grenzeloos zijn mits je met de juiste overtuigingen op een positieve manier werkt aan wat je wezenlijk in je leven wilt bereiken.
De bedoeling van de vuurloop is dat je het gevoel krijgt dat je mogelijkheden inderdaad grenzeloos zijn, mits je de juiste mindset hebt. Voordat je de hete kolen op gaat, zeg je tegen jezelf: ‘Ik wil het, ik kan het en ik ga ervoor’. En je visualiseert hoe je succesvol de vuurloop volbrengt: met opgeheven hoofd en een rechte stevige pas. Tijdens de vuurloop zelf word je geacht ‘koel mos’ te visualiseren en hardop: ‘Koel mos, koel mos, koel mos’ te zeggen.
De fysiologische waarheid rond de vuurloop is dat geen van de deelnemers aan het seminar blaren of brandwonden krijgt, mits de deelnemer vlot en lichtvoetig enkele meters over een horizontale laag van smeulende kolen of smeulend hout op een onbrandbare onderlaag loopt.
....
Tot nu toe is echter de negatieve uitwerking van positieve visualisatie onderbelicht gebleven. Oliver Burkeman wil daarmee afrekenen in zijn boek ‘The Antidote: Happiness for People Who Can’t Stand Positive Thinking’. Visualisatie kan er namelijk toe leiden dat iemand het gevoel krijgt dat hij zijn doel al bereikt heeft en dat hij zich daarvoor dus niet meer enorm hoeft in te spannen.
....
Tot de inzichten van Tony Robbins behoort het bewust stellen van doelen. Managersspeak zit vol blabla over doelstellingen en het bereiken van doelen.
Maar het bepalen van doelen kan als onbedoeld neveneffect hebben dat je het gestelde doel voorbijschiet. Dit geldt vooral als je je al te zeer focust op een strak geformuleerd doel. Volgens diverse onderzoeken zouden medewerkers die gedreven worden door concrete doelen eerder geneigd zijn het niet zo nauw te nemen met ethische normen. ...
Oliver Burkeman wijst erop dat de filosofen uit de antieke oudheid en de spirituele leiders reeds inzagen dat het nodig is de balans te vinden tussen het positieve en het negatieve, tussen optimisme en pessimisme, en tussen een streven naar succes en zekerheden, en een openstaan voor mislukking en onzekerheden. ...
Met een knipoog naar Anthony Robbins advies om aan koel mos te denken als je over hete kolen loopt, adviseert Oliver Burke: ‘ Visualiseer je hete kolen niet als koel mos, maar als hete kolen. '

Bron: hier .

Ook de Rotterdamse geluksonderzoeker en (als ik zijn website lees) positivo Ad Bergsma maakt deze kanttekening bij de positieve psychologie maar toch met een positieve draai:
" Positieve psychologie kan niet zonder negativiteit . "
BRON .
‘ Wij die veroordeeld zijn tot geluk moeten vooral ons recht op
ongeluk gaan verdedigen, als we tenminste vrij willen blijven.’ . . . Pascal Bruckner

Voor wie nog niet in de gaten heeft dat het liedje van de positieve psychologie met name in de Verenigde Staten een hit is geworden, zal ik nog één keer het refrein herhalen, zoals dat naar voren is gebracht door voorman Martin Seligman (2002) op de eerste pagina van zijn boek Gelukkig zijn kun je leren.
‘De afgelopen vijftig jaar hebben psychologen zich met grote inzet op slechts één onderwerp gestort – geestesziekten – en ze hebben daarbij heel wat successen geboekt. (…)Maar we hebben een hoge prijs betaald voor deze stap voorwaarts. Door ons te richten op de omstandigheden die het leven ellendig maken, zijn de omstandigheden die het leven de moeite
waard maken op de achtergrond geraakt. (…) De tijd is daarom rijp voor een wetenschap die probeert inzicht te krijgen in positieve emotie, competentie en deugd.’
Het punt in dit artikel is niet dat het succes van de positieve psychologie voor een deel gebaseerd is op slimme retoriek, die het moet hebben van het voorspiegelen van een karikaturaal beeld van de ‘gewone’ psychologie. Ik zal in plaats daarvan betogen dat niet de gewone psychologie, maar juist de positieve psychologie in het zwaard van de eenzijdigheid dreigt te vallen.
De in zwart-wit geschetste tegenstelling tussen negatieve en positieve aspecten van het functioneren dreigt de positieve psychologie een karikatuur van zichzelf te maken. De stroming lijkt over het hoofd te zien dat negatieve gevoelens en gedachten een constructieve rol kunnen spelen in iemand leven. Of zoals Barbara Held (2002, 2004) het heeft uitgedrukt: De positieve psychologie is nodeloos negatief over negativiteit.
....
De obsessie met het positieve maakt dat de functie van het negatieve wordt verwaarloosd. Dat het voorbeeld van Seligman toch aangehaald wordt om de voordelen van optimisme te bezingen, toont aan dat zowel leken als psychologen een blinde vlek hebben voor de schaduwkanten van positief denken.
….
Hoe de positieve drang in het dagelijks leven kan ontsporen, beschrijft de journaliste Barbara Ehrenreich … Toen bij haar borstkanker werd geconstateerd, was zij daar natuurlijk overstuur van. Maar toen ze uiting gaf aan haar verontwaardiging en woede over haar situatie, adviseerden lotgenoten haar een therapeut te zoeken om zulke negatieve gevoelens uit te bannen. De meest extreme positieve denkers hielden haar voor dat ze haar ziekte beter kon zien als een geschenk waar ze dankbaar voor moest zijn, iets waar Ehrenreich weinig voor voelde. Negativiteit zou haar overleven in gevaar brengen, hoewel daar geen enkele evidentie voor is (Coyne, Tennen & Ranchor, 2010).
….....
Vechten tegen negativiteit kan bovendien negatieve gevoelens en piekeren versterken. In opvattingen over mindfulness wordt ervan uitgegaan dat het verwelkomen van negativiteit en er welwillende aandacht aan besteden, leidt tot het sneller voorbij gaan van negatieve stemmingen. Streven naar perfect geluk dat geen ruimte biedt voor negatieve gebeurtenissen, is een ongezonde vorm van perfectionisme (Lundh, 2004).
…...
Deze korte, en incomplete opsomming moet volstaan om te laten zien hoe belangrijk negatief affect is in het leven van mensen.
'

Tot zover enkele passages uit het lezenswaardige artikel van Bergsma, wel is het positiviteit tijdelijk vermomd als voorzichtige negativiteit.


Bovenstaande bevat vooral argumenten waarom soms positief denken niet werkt, maar gaat overwegend wel van het positief-denken-paradigma uit
Ik tendeer echter naar een ander, een meer intrinsiek niet-positief model.
Namelijk van het alomtegenwoordig zijn van dukkha , meestal vertaald als ‘lijden’, meer precies als: onbevredigendheid (van het leven), ongemak, etc.

In ieder geval niet als:
While dukkha is usually defined as suffering, “mental dysfunction” is closer to the original meaning.
Bron: hier .
In feite worden hiermee alle boeddhisten (d.w.z. degenen die dukkha, anicca en anatta als centrale principes van het bestaan zien) tot psychiatrische patiënten gelabeled.

Eerder dit:
Een vrij technisch maar gezaghebbend (gezien het aantal keer dat het geciteerd wordt) psychologisch artikel: " The Negative Side of Positive Psychology " door Barbara Held .
Journal of Humanistic Psychology, 2004; (in totaal 39 pagina’s)

Summary
This article explores three ways in which the positive psychology, movement’s construction and presentation of itself are negative.
First, the negative side is construed as the negative side effects of positive psychology’s dominant, separatist message.
Second, the negative side is construed as the negativity that can be found within the positive psychology movement. Here the author elaborates on the negative or dismissive reactions of some spokespersons for the movement to ideas or views that run counter to the movement’s dominant message: (a) negativity about negativity itself, which is explored by way of research in health psychology and coping styles; and (b) negativity about the wrong kind of positivity, namely, allegedly unscientific positivity, especially that which Seligman purports to find within humanistic psychology. This constitutes an epistemological
position that contributes to “reality problems” for positive psychologists. The author concludes with the implications of positive psychology’s “Declaration of Independence” for psychology’s much discussed fragmentation woes. She appeals to the wisdom of William James for guidance in finding a third, more positive meaning of positive psychology’s negative side. This third meaning can be gleaned from a not-yet-dominant but more integrative message emerging within the movement, one compatible with the reactions of some humanistic psychologists to positive psychology.

Het hele artikel is hier te vinden.

Minstens zo uitgesproken is de ook veel geciteerde Robert Woolfolk , waarmee ik dit essay begon.
“ The Power of Negative Thinking:
Truth, Melancholia, and the Tragic Sense of Life "
,
Een aantal passages hieruit, in mijn vertaling:
In dit korte essay beargumenteer ik dat de huidige ‘positieve psychologie’ –beweging ten onrechte belangrijke aspecten die essentieel zijn voor het menselijk bestaan, niet benadrukt. Door een uiteenzetting van enkele historische, interculturele en literaire voorbeelden bepleit ik het belang van een soort ‘negatieve psychologie’ die fundamenteel is voor adekwaat begrip van de menselijke situatie.
...
De bepleiters van de positieve psychologie van Maslow tot Seligman hebben gesuggereerd dat de psychologie teveel gericht is op allerlei negativiteiten: ziekte, wanorde en defecten. Maar ik durf te stellen dat de Amerikaanse psychologie, in tegenstelling tot deze claim, heeft gefaald om op adekwate wijze het belang van bepaalde vormen van ‘negativiteit’ te waarderen. Ik durf te stellen dat negatief denken niet alleen waardevol is maar zelfs onmisbaar en noodzakelijk en stel dat we te weinig aandacht geven aan het onderkennen, confronteren, accepteren en misschien zelfs verwelkomen van lijden en verlies. Ik stel dat er ergere dingen in het leven kunnen zijn dan het ervaren van negatieve gevoelens. Ergere dingen zoals onwetendheid, banaliteit, lichtgelovigheid, zelfs misleiding, narcisme, ongevoeligheid, bekrompenheid en isolatie; allemaal zaken die het programma van de positieve psychologie potentieel lijken te bevorderen. ”


Vervolgens beschrijft de auteur het voorbeeld van koning Xerxes van Perzië, een veldheer die op het toppunt van z’n succes de sterfelijkheid van de mens en de vergeefsheid van alle inspanningen benadrukt. Dit is oude therapie, zegt Woolfolk: Griekse therapie van Herodotus, Sophocles en Socrates. Dat is zelfkennis waarin de menselijke tekortkomingen en beperkingen zoals overmoed hun plaats hebben. Hij noemt de sombere, soms ronduit depressieve kanten van een aantal Amerikaanse staatslieden uit het verleden zoals Abraham Lincoln.

Woolfolk noemt het Boeddhisme dat op een bepaalde manier een negatieve denkwijze is maar ook de Islam. “ Moslims zien, in het algemeen, droefheid, ontstemming en andere sombere grondstemmingen emoties als begeleidende verschijnselen van religieuze piëteit en kermerken van de pijnlijke consequenties van het juist leven in een onrechtvaardige wereld. Het vermogen om smart te ervaren wordt gezien als kenmerk van de diepte van de persoonlijkheid ... Droef kunnen zijn wordt geassocieerd met volwassenheid, rijpheid. Iemand die te makkelijk aan z’n gelukkig zijn uiting geeft, wordt beschouwd als sociaal incompetent.
...
De ‘negatieve psychologie’ die ik heb beschreven en aanbevolen, is niet zozeer een antipode van de hedendaagse trend, het is eerder een beschrijving van een andere dimensie of misschien de uiteenzetting van de existentiële bestaansbasis. Argumenteren over de vraag of we niet beter af zijn met gezondheid of juist ziekte, kracht of juist zwakte oversimplificeert psychologie en maakt het ééndimensionaal. Als de psychologie vermijdt een banale en prozaische afbakening te zijn, doet het er goed aan, aandacht te schenken aan een aantal oude bronnen die ruimte geven aan tragische, aan eindige en aan negatieve aspecten van het menselijk bestaan.

Bron: hier


Bovenstaande gaat overwegend over positieve en/of negatieve psychologie.
Nuttig voor ons begrip maar uiteindelijk het boeddhisme en het beoefenen daarvan geen psychologische maar een ‘spirituele’ beoefening. Of noem het ‘religieus’ of ‘filosofisch plus’ of 'soteriologisch'.

Uiteindelijk kom ik hiermee weer terug op de Vier Edele Waarheden , waarvan de eerste is:

" Dit monniken, is de edele waarheid van lijden : Geboorte is lijden, ouderdom is lijden, ziekte is lijden, dood is lijden, verdriet en weeklagen , pijn, smart en wanhoop zijn lijden; gevoegd worden bij het onaangename is lijden, gescheiden worden van het geliefde is lijden, niet krijgen wat men wil, is lijden -- kortom, de vijf groepen (die het object zijn) van hechten, zijn lijden. "

Bron: Sleuteltotinzicht Daar staan ook de Pali-termen in; en de overige Edele Waarheden, over het beeindigen van dukkha.

woensdag 12 december 2012

Is er nog hoop (voor de BOS) ?

Afgelopen maandag kondigde ik het Kamer(commissie)debat over het mediabeleid van de staatssecretaris Dekker aan, eigenlijk: van de invulling van een deel van de bezuinigingen van het kabinet Rutte II. Zie blog .

Veel goed heeft het niet opgeleverd voor de 2.42-omroepen, waaronder de BOS.
Het Nederlands Dagblad meldde vandaag:
" Dekker houdt vast aan plannen kleine omroepen
DEN HAAG - Sander Dekker (staatssecretaris Media, VVD) houdt vast aan het stopzetten van de financiering van de kleine levensbeschouwelijke omroepen als IKON/Zendtijd voor Kerken en RKK.

Hij gaat ervan uit dat deze omroepen daarmee ook zullen verdwijnen, zei hij maandag in een debat over de mediabegroting met de Tweede Kamer. Wel wil hij in gesprek met de publieke omroep over de aandacht voor levensbeschouwing, want dat blijft volgens Dekker een van hun wettelijke taken.
"
Bron: Nederlands Dagblad

De katholieke collega’s van de BOS, de RKK hebben de hoop nog niet laten varen, ze ontlenen hun optimisme aan de mogelijkheid dat naast CDA en CU ook de EersteKamer-fracties van D66 en PVV tegen de media-bezuinigings-plannen van dit kabinet zijn, terwijl in het recente verleden de PVV extreem negatief t.o.v. de .2.42-omroepen en vooral de IKON van Paul Rosenmöller was.

Twee moties zijn relevant: 33 400 VIII Nr. 32 en Nr. 47
Deze gaan over het toch geld beschikking blijven stellen, weliswaar minder dan nu maar wel een soort ‘zachte landing’ zoals dat in de Kamer werd genoemd. Dinsdag 18 december zal hier waarschijnlijk over gestemd worden; ik denk dat ze het niet halen.

Een derde moties gaat niet primair over geld (hoewel ...), Nr. 46
... overwegende dat het wenselijk is dat er een eigentijdse regeling komt voor de kleine levensbeschouwelijke omroepen (2.42-omroepen);
van mening dat de lopende fusieprocessen van de 2.42-omroepen niet onnodig moeten worden geremd;
verzoekt de regering, in overleg met de NPO voor de zomer van 2013 de contouren van een eigentijdse regeling voor levensbeschouwelijke programmering bekend te maken en de NPO te vragen om bij de uitwerking in overleg te treden met de bestaande 2.42-omroepen, vertegenwoordigers van levensbeschouwelijke stromingen in Nederland, de beoogde fusiepartners en andere omroepen die mede kunnen voorzien in media-aanbod op levensbeschouwelijk gebied voor de gehele Nederlandse bevolking,
en gaat over tot de orde van de dag.


Dit betekent dat zowel de BOS als de BUN hieraan mee moeten doen.
Wellicht komt dan ook weer aan de orde wat de mogelijke rol wordt van een door het vorige kabinet vereist gestelde onafhankelijke programmaraad bij fusies met 2.42-omroepen, bij het boeddhisme bv de opvolger van de huidige Participatieraad (PAR) van de BOS. Zie m’n oude voorstel .
Ik heb daar de laatste tijd niets mee over gehoord.

De staatssecretaris heeft al als z’n mening gegeven dat het de taak van de publieke omroep blijft, ook levensbeschouwelijke programma’s aan te bieden, al zouden er geen levensbeschouwelijke omroepen meer zijn.

Dus ook boeddhistische programma’s; door bv de VPRO te maken en uit te zenden
Er is (naast het probleem dat dit niet past in de VPRO-identiteit) een groot probleem: er is helemaal geen traditie van boeddhistische televisie-programma’s , afgezien van sommige licht boeddhistische documentaires is de afgelopen jaren de Dharma nauwelijks bij de BOS aan de orde gekomen.
Wel bij de BOS-Radio, ik zeg het er nog maar eens bij.

dinsdag 11 december 2012

Justitie overruled advies KASKI en erkent BUN toch definitief

Justitie heeft de BUN definitief erkend als zendende instantie en maandagavond (10 december) hebben staatssecretaris Teeven en de BUN-voorzitter de erkenningsovereenkomst getekend.
Dit meldt het BoeddhistischDagblad.

De BUN moet daarmee gefeliciteerd worden, en de DGV van het Departement van Veiligheid en Justitie, die hebben hun zin gekregen.

Het BoeddhistischDagblad citeert ook een persbericht van het Departement van Veiligheid en Justitie waarin gemeld werd “... Door de succesvolle evaluatie is de BUN nu permanent erkend ...

Een onbegrijpelijke constatering omdat de evaluatie maar deels succesvol was. En omdat het KASKI iets anders heeft geadviseerd dan nu is gebeurd.
Het Kaski adviseerde verlenging van de tijdelijke erkenningsovereenkomst .
Nu is ook duidelijk waarom er (kennelijk) geen mensen van het Kaski bij de ondertekening aanwezig waren: ze zijn overruled. Mijn vermoeden is dat het Kaski nadat ze hun rapport eind deze zomer bij Justitie hadden ingediend, onder druk zijn gezet om alsnog met een positief advies te komen en dat het daardoor allemaal zo lang heeft geduurd. Want de evaluatie was in feite helemaal niet gecompliceerder dan die van de HindoeRaad, en die was al aan het begin van de zomer gereed.

In het heden verschenen rapport ( zie hier ) van het Kaski staat, met door mij vet gemaakte passages:

De BUN heeft in haar achterban slechts een minderheid van de boeddhisten in Nederland verenigd, al is het aantal leden in de afgelopen periode iets gestegen. Westerse boeddhisten die participeren in sangha’s zijn voor ongeveer de helft vertegenwoordigd; individuele boeddhisten ontbreken echter, en dit geldt ook nagenoeg geheel en al voor de etnische boeddhisten. Ondanks de diversiteit en lage organisatiegraad van het boeddhisme in Nederland achten wij een bredere vertegenwoordiging zeker haalbaar.
Wat betreft de stromingen binnen het boeddhisme is de achterban van de BUN redelijk conform de verdeling in het veld. Onze conclusie is dat de BUN op dit moment nog onvoldoende de diverse groeperingen binnen het boeddhisme in Nederland vertegenwoordigt.
” (pagina 6)
...
Op basis van ons onderzoek doen wij additioneel nog de aanbeveling om de ledenwerving onder locale sangha’s en etnische boeddhisten te intensiveren.
Onze conclusie is dat het functioneren van de BUN als zendende instantie bij DGV over de periode 2009 tot medio 2012 op drie van de vier genoemde criteria voldoende is geweest, maar niet wat betreft het criterium representativiteit. Wel zijn er binnen de BUN duidelijk aanzetten tot verbeteringen in dit opzicht. Daarbij komt het gegeven dat er zich geen andere vertegenwoordiging van het boeddhisme in Nederland aandient. In dit licht adviseren wij de in artikel 2.2 van de voorlopige erkenningsovereenkomst geboden mogelijkheid tot verlenging van de overeenkomst voor een bepaalde periode waarin de breedheid van overkoepeling en de bestuurlijke continuïteit en stabiliteit kunnen worden verbeterd.
” (pagina 8)


Bronnen:

http://boeddhistischdagblad.nl/bun-bestuur-tekent-overeenkomst-met-staatssecretaris-teeven/

http://boeddhistischdagblad.nl/justitie-erkent-bun-als-zendende-instantie/

en

http://openboeddhisme.nl/?p=6212openboeddhisme.nl/?p=6212


maandag 10 december 2012

Wat kommentaren en reacties van mij in het BoeddhistischDagblad de laatste tijd

De laatste maand ben ik weer actief geweest in de reactie-modus op artikelen in het BoeddhistischDagblad.
Sommige reacties zijn al weer door de tijd achterhaald of waren al te impulsief; maar een paar wil ik toch wel bewaren.

Vaak gaan ze over boeddhisme en commercie/popularisering. Een citaat uit één ervan kan ik eigenlijk wel als m´n credo beschouwen:
Als reactie op de mening: ´ ... vraag ik me af of een bedrijf als Asoka uit de buurt moet blijven van Happinez-achtige uitingen. Een uitgave die ‘iets minder boeddhistisch’ is, kan toch bij iemand een zaadje water geven dat hem of haar dichter bij mildheid en geluk brengt. ´ schreef ik:

Je gaat er echter van uit dat de kern van het boeddhisme is, ‘mildheid en geluk‘ te brengen. ‘Geluk’ wordt daarbij zoveel betekenissen toegekend dat het woord beter vermeden kan worden. Misschien kan je beter van ‘wijsheid’ spreken.
En ‘mildheid’ kan zeker een resultaat zijn van het beoefenen van het boeddhisme maar is niet het enige kenmerk ervan.
Ook de onderkenning dat het leven – in zekere mate onvermijdelijk – lijden en ongeluk met zich meebrengt, hoort erbij.
Het boeddhisme heeft ook iets VERONTRUSTENDS in zich. En dat is niet verenigbaar met een FEEL GOOD Happinez-boodschap.
Het gaat dus niet om gradaties van ietsje meer of ietsje minder boeddhistisch, het gaat om een richting.”


Ik eindig deze blog met de verzuchting of het Nederlandse boeddhisme wel bestaat.

Op 5 november verscheen in het BoeddhistischDagblad het artikel Rob Lindeman: ‘Asoka mede failliet door gebrek aan zakelijkheid’

Een aantal van de 57 reacties er op was van mij.
Die neem ik hier deels over, met soms een korte beschrijving van de aanleiding ervan.

Op 5 november schrijf ik: ” Op basis van wat ik hierboven lees, zeg ik: Dorine heeft groot gelijk dat ze niet mee wilde doen met wat Lindeman noemt ‘een andere koers varen’. Het boeddhistische karakter van ‘BoeddhaMagazine’ was al verdund; aan een tweede Happinez heeft niemand behoefte.
En als het New Age gehalte van komende Asoka-boeken gaat toenemen dan worden er alleen nog maar spirituele illusies verkocht. Mijn steun voor het idee van ‘Boeddhistische crowdfunding in Nederland’ ten behoeve van Asoka (zoals verleden week geopperd) trek ik dan in.
Hylkema had wel lange tijd de touwtjes bij BUN, BOS en BZI in handen maar BUN-voorzitter is hij nooit geweest.
Ook het aspirant-BUN-bestuurslid zijn van Lindeman herinner ik me nog goed; harmonie bracht die functie toen niet. Als hij zich èn met het beleid van BoeddhaMagazine èn met het beleid van Asoka als boekenuitgever èn met het beleid van de BUN gaat bemoeien, dan worden het drukke tijden voor (boeddhistische) journalisten om belangenverstrengelingen te ontwarren.
Moet de BUN ook ‘wat commerciëler’ worden soms? Wat hebben ze dan te verkopen?
Ik ben geen pessimist maar de implosie van het georganiseerde boeddhisme is zich nu in versneld tempo aan het voltrekken.


En bijdrage van Kees Klomp op 1 december:
ik wil een hypothese/stelling deponeren naar aanleiding van de asoka-discussie: als boeddhisten geen realistische relatie met commercie weten te ontwikkelen, wordt dit het failliet van het boeddhisme in Nederland….
op de één of andere wijze geven veel boeddhisten blijk van een volstrekt apathische relatie met commercie. het is wat mij betreft een aperte illusie is om te denken dat boeddhisme geïsoleerd beoefend kan worden van de markteconomie waarin we leven. productie, consumptie en transactie zijn onlosmakelijke onderdelen van de maatschappij waarin we leven. ook voor boeddhisten. ook bij boeddhistische producten. daarom is het de grootst mogelijke onzin om asoka te betichten van zakken-vullerij en/of het populariseren van het boeddhisme. asoka is een bedrijf, en soms is het voor het voortbestaan van een bedrijf noodzakelijk om pijnlijke ingrepen te doen – zoals een faillissement of een ontslag – net zoals het noodzakelijk is om voldoende afzet voor je producten te vinden. bijvoorbeeld door een groter, breder publiek te vinden en binden. dat is normaal! maar omdat asoka boeddhistisch is, is dat voor sommige mensen opeens een onoverkomelijkheid en een rede voor allerlei verwensingen en veroordelingen. met zoveel onwetendheid wordt boeddhisme nog eens om zeep geholpen door zijn eigen beoefenaars…


Op 1 december reageer ik richting Kees:
Kees
Die uitdaging neem ik graag aan. Zowel over de Asoka-case als over het thema boeddhisme-commercie in bredere zin.
Om te beginnen graag eerst een vuiltje uit de lucht halen: ik ben me er niet van bewust dat iemand Asoka heeft beticht van zakken-vullerij; sterker nog: ik krijg het toenemende vermoeden dat Lindeman en ’t Hooft uit eigen zak veel hebben bijgelegd.
Inderdaad, boeddhisme en commercie hebben veel met elkaar te maken, vroeger (in Azië) en nu; de bekende boeddholoog Gregory Schopen heeft daar dingen over gezegd die veel boeddhisten liever niet wilden horen.. Vroeger hadden ook boeddhisme en politiek veel met elkaar te maken, ook niet leuk maar wel waar.
Zeker geven “ veel boeddhisten blijk van een volstrekt apathische relatie met commercie”, maar helaas ook tot politiek en tot het lezen van boeken die ze al gauw te duur vinden.
Het is goed dat het tot iedereen doordringt dat Asoka een bedrijf is; lange tijd zijn – ook door betrokkenen zelf – Asoka, BUN en BOS als nonprofit drieeenheid beschouwd.
Het zou mooi zijn als een deel van Asoka min of meer non-profit is zoals kennelijk Wisdom Books is, zoals Gerolf ’t Hooft en ik hopen, maar of dat financieel-technisch kan weet ik niet (betwijfel ik eigenlijk).
Zover dat niet kan zie ik Asoka als lezer, als consument dus in commercie-termen. De vraag is: wie wil zich laten ‘binden’ of een van je termen te gebruiken?
Tenslotte, dat het “ boeddhisme nog eens om zeep [wordt] geholpen door zijn eigen beoefenaars ”?
Volgens mij is ‘het’ boeddhisme en het aantal Nederlandse beoefenaars ervan opgeblazen. Het boeddhisme is, ook als markt, een niche, meer niet. Dat er daarnaast een spirituele licht-boeddhistische markt is, heb ik geen probleem mee, maar geef het wel het juiste etiket.
Tenzij je bedoelt dat ook boeddhistische sangha’s zich meer als bedrijf moeten gaan opstellen en hun Dharma-aanbod vermarkten; het is de bezorgdheid daarvoor waardoor je minstens een deel van de reacties over de Asoka-case zou kunnen begrijpen.


Nina (Nannini) zegt op 1 december:
Historici spreken over ‘lieux de mémoires’ of ‘invented traditions’ als de beleving van het gebeurde een belangrijker rol krijgt dan de daadwerkelijke feiten. @Joop er lag een voorstel van Rob, maar dat is mijn inziens privé tussen beiden en zullen we niet uit de doeken doen.
En waar de conclusie vandaan komt dat BoeddhaMagazine commerciëler zou worden is mij een mysterie. Lees het december nummer en kom dan alstublieft terug met een inhoudelijke analyse. Het is geen verdunning, verbreding en versmalling, het gaat om kwaliteit in tekst en beeld. Onze verantwoordelijkheid daarin om zorgvuldig met de financiën om te springen. Zelfs nu zo goed en zo kwaad als het gaat. We hebben een aantal keuzes gemaakt om de kosten en baten in balans te brengen omdat we dit blad met veel bevlogenheid maken. En we draaien overuren om de boel weer op de rit te krijgen, maar altijd met een glimlach als we denken aan het kunnen voort laten bestaan van onze activiteiten
.”

Ik reageerde een paar uur later:
@Nina
a. “Een voorstel van Rob” klinkt wat informeel, het moet toch gaan om een duidelijke ontslagregeling? En is dit “voorstel” nog van kracht? Natuurlijk hoef ik de inhoud ervan niet te kennen
b. De term ‘commercieel’ wordt nu op twee manieren gebruikt.
De eerste is die van Kees en gaat over de onvermijdelijke economische krachten waar iedereen rekening moet houden.
De tweede is bv. vermarkten van de Dharma, advertorials en B.N.ers gebruiken
Boeddhisme, ook in verdunde of populaire vorm is nooit een feelgood-zaak, is nooit voor bange mensen.
Verder wacht ik het decembernummer graag af


Ene Marianne schreef op 3 december:
... Daarnaast vraag ik me af of een bedrijf als Asoka uit de buurt moet blijven van Happinez-achtige uitingen. Een uitgave die ‘iets minder boeddhistisch’ is, kan toch bij iemand een zaadje water geven dat hem of haar dichter bij mildheid en geluk brengt. De vraag hiernaar is wellicht groter, en naar mijn gevoel ook legitiem.

Mijn antwoord een dag later:
Ongetwijfeld is de vraag daarnaar groter, Marianne; en het aanbod daarvan is daarom ook allang groter.
Je gaat er echter van uit dat de kern van het boeddhisme is, ‘mildheid en geluk‘ te brengen. ‘Geluk’ wordt daarbij zoveel betekenissen toegekend dat het woord beter vermeden kan worden. Misschien kan je beter van ‘wijsheid’ spreken.
En ‘mildheid’ kan zeker een resultaat zijn van het beoefenen van het boeddhisme maar is niet het enige kenmerk ervan.
Ook de onderkenning dat het leven – in zekere mate onvermijdelijk – lijden en ongeluk met zich meebrengt, hoort erbij.
Het boeddhisme heeft ook iets verontrustends in zich. En dat is niet verenigbaar met een feelgood Happinez-boodschap.
Het gaat dus niet om gradaties van ietsje meer of ietsje minder boeddhistisch, het gaat om een richting.



Kees Klomp stelt dit thema opnieuw (op 7 december) aan de orde in een reactie op de Rients Ritskes-thread waarin hij meent de kunnen constateren dat er een groep boeddhisten is met een apathische relatie met commercie

Ik reageer daar 10 december alsnog op:
@kees
Er is ook een groep boeddhisten met een apathische relatie met het boeddhisme, zoals m.b.t. de onmogelijkheid met boeddhistische boeken minstens quit te spelen of de dreigende verdwijning van de BOS
Hoewel ik een nitwit ben op marketing-gebied (op welk gebied niet?): wat denk je van het statement ‘geld genereren of generen’ om de relatie met commercie te verhelderen?
Verder kan je je terminologie om afkeuring uit te drukken, wat verbreden want steeds weer ‘dogmatisch en fundamentalistisch’ te schrijven, wordt wat armoedig.



Op 28 november verscheen er in het Boeddhistisch Dagblad een interview met Gerolf ’t Hooft (en Nina Nannini)

In een reactie daarop schrijf ik:
Aardig interview waarin het nodige duidelijker wordt maar een paar punten ook niet. Laat ik die maar eerst noemen:
- De preciese (juridische) ontslaggrond van Dorine blijft onduidelijk; en waarom was en is er geen ‘Redactiestatuut’voor het blad BoeddhaMagazine? Dat had de problemen minstens beter kunnen reguleren en misschien voorkomen.
- Synthese en Het Vlakke Land gingen tegelijk met Asoka failliet, dat kan geen toeval zijn, kennelijk was er financiële verwevenheid tussen die drie: hoe zit dat in elkaar?
Twijfelgeval is de formulering ‘Rob Lindeman, financieel nauw betrokken bij Asoka’, hij is toch gewoon de (meederheids)eigenaar ervan ? Of in ieder geval van het nieuwe ‘Virtu’ ?
Ik heb veel Asoka-boeken gekocht en gelezen de afgelopen tien jaar; en ik heb Gerolf bewonderd voor z’n initiatief. Maar hij is, net als meer mensen, slachtoffer van de fictie dat er in Nederland heel veel (honderdduizenden werd gezegd) boeddhisten zijn en dat dat aantal groeit. Deze fictie, in stand gehouden door mensen die daar belang bij hadden (nu ook de V.U.), wordt steeds meer doorgeprikt.
Er wordt nu van ‘hardcore’ boeddhisten gesproken. Ik zou liever van ‘serieuze boeddhisten’ spreken maar hoe heten die andere duizenden dan, ‘softcore’? (Nietsisten noem ik ze graag, dat is misschien te moeilijk)
Goed dat de ‘Klassieke Tekstbibliotheek’ blijft (al vind ik de metafoor ‘kroonjuwelen’ ongelukkig) maar ik zou zeggen: verbreed dat fonds tot: Boeddhistische Tekstbibliotheek. Dat is in feite wat ook Alluman voorstelt. Wel financieel helder afgescheiden van de rest van ‘Virtu, zodat crowdfunding of giften mogelijk zijn. En ‘klassiek’ in de zin van chique gebonden/ingenaaid hoeft ook niet meer.
Mijn conclusie: m’n oproep geen Asoka-boeken te kopen, trek ik in.
Dat geldt echter niet BoeddhaMagazine, er zal eerst meer duidelijkheid moeten komen over het ontslag en over het nieuwe beleid.



Nog een ander thema dan Asoka, de Dharma namelijk
Op 11 november schreef Edel Merx een lyrische tekst het BD over de Lotus Sutra

Mijn reactie:
Ik heb de Lotus Sutra altijd een leuke tekst gevonden.
Alleen dat Shariputra afzeiken, dat heb ik nooit begrepen; waar was dat voor nodig?


Edel zegt daarvan:
Inderdaad, fair is iets anders. Shariputra is in de Mahayana sutra’s vaker de pieneut van dienst. In de Vimalakirti is het nog veel erger. Daar wordt hij pas echt ‘afgezeikt’.
Blijkbaar zetten deze teksten zich af tegen een verstarring in de Sangha en in de interpretatie van de Pali teksten. Shariputra is als epitoom van wijsheid in deze teksten dan ook het eerste mikpunt.
In het Chinese boeddhisme heeft dit als gevolg gehad dat men de Pali-canon als inferieur, als ‘hinayana’ is gaan zien. Wat mij betreft een complete misinterpretatie die helaas zelfs in de hedendaagse boeddhologie nog doorspeelt.
In Azië merk ik dat vele monniken theravada en mahayana als twee verschillende uitdrukkingsvormen zien van een en dezelfde Dharma. Zo voel ik het zelf ook aan.
Laat ons hopen dat Shariputra wijs genoeg is om de hem toebedeelde rol op te nemen zonder zich persoonlijk beledigd te voelen. Een beetje historisch inzicht kan helpen. Overigens wordt hij in de mahayana kloosters vaak afgebeeld en met alle respect behandeld.


Ik vind daarvan:
Inderdaad is het Sariputra bashen nog sterker in de nog grappigere Vimalakirti Soetra. Deze teksten speelden een rol in de mahayanisering in China ruim vijftienhonder jaar geleden.
Alan Cole heeft er een boeiend boek over geschreven: ‘Text as Father: Paternal Seductions in Early Mahayana Buddhist Literature‘; (California Univ Press, 2005)
Uit de samenvatting: “This study attempts to shed new light on the origins and nature of Mahayana Buddhism with close readings of four well-known texts – the Lotus Sutra, Diamond Sutra, Tathagatagarbha Sutra, and Vimalakirtinirdesa. Treating these sutras as literary works rather than as straightforward philosophical or doctrinal treatises, Cole argues that these writings were carefully sculpted to undermine traditional monastic Buddhism and to gain legitimacy and authority for Mahayana Buddhism as it was veering away from Buddhism’s older oral and institutional forms….”
En mij zou het vooral als wijs voorkomen, te accepteren dat HET boeddhisme niet bestaat, dat er nogal grote verschillen zijn tussen de tradities.
En het zou me verstandig voorkomen dat men ook kennis neemt van andere boeddhistische tradities dan de eigen: gewoon onbevangen lezen of luisteren; dat wordt nog nauwelijks gedaan. En dat men daarmee het bestaan van verschillen (naast, inderdaad Edel, overeenkomsten) accepteert.
Het belangrijkste van je essay blijft natuurlijk dat het lezen ervan (van de Lotus Soetra eigenlijk) spirituele ervaringen op kan roepen. En die zijn per definitie subjectief.



Op 24 oktober verscheen in een artikel in het BD over de ‘ongebonden boeddhist’

Dat riep veel reacties op waaronder die van mij:
Inderdaad heb ik begin 2009 mede een voorstel ingediend om het betrekken van niet-georganiseerde boeddhisten bij de BUN te regelen. Dit hoewel ik toen noch nu zelf ongeorganiseerd was; ik vond dat zowel voor de ongeorganiseerde als voor de BUN (die representatief kon gaan worden) wenselijk.
Inmiddels zijn mijn opvattingen -[geëvolueerd] en is de bestaansreden van de BUN onduidelijker geworden.
Nu zou ik zeggen tegen de ongeorganiseerde: het hoeft niet; en tegen de BUN: hef je maar op.



Op 31 oktober stond er een interview in het BD met BUN-bestuurslid Humphry Versloot dat door z’n openharighweid verbazing opriep.

Ik reageerde een dag later:
Humphry Versloot lijkt mij de juiste man op de juiste plaats en juiste moment in het BUN-bestuur, alleen weet ik nog niet wat – historisch achteraf gezien – zijn functie zal zijn geweest. Misschien wel: degene de de opheffing van de BUN vakkundig heeft begeleid.
Als ‘ongebonden boeddhist’, (ik zeg nog eens: de term ‘omgeorganiseerde boeddhist’ verdient de voorkeur) kan hij onbevangen beleid gaan vormen over de twee vragen: wat heeft de BUN aan de ongeorganiseerden? En: wat hebben ongeorganiseerden aan de BUN? En trouwens is hij ook al bezig met de derde en vierde vraag: wat hebben georganiseerde boeddhisten en wat hebben boeddhistische organisaties aan de BUN (en omgekeerd uiteraard) ? Bepaald geen nieuwe vragen, misschien moet hij nog eens de jammerklacht van Jan Willem Houthof lezen toen die als BUN-voorzitter vertrok.
De laatste tijd heb ik me intensief beziggehouden met het mogelijke werk van een ‘boeddhistisch geestelijk verzorger’ en de opleiding master-plus daarvoor, door de VU samen met de BZI (BUN dus) opgezet. Werken er bij Zorgpartners waarVersloot topbestuurder is, geen (boeddhistisch) geestelijk verzorgers? Anders had hij dat vast wel vermeld. Is er eigenlijk wel emplooi voor de masters-plus, naast de paar bij Justitie dan? Of beschouwt hij geestelijk verzorgers in de gezondheidzorg niet als professionals (ik wel, zie mijn blog van vandaag over het handboek daarvoor) ?
Een klein raadseltje vormt het antwoord op de vraag van de interviewer van het BD of er spanning is over de uitkomst van het Kaski-onderzoek. Versloot zegt daarop: ‘Ik heb het concept zelf nog niet gelezen, …’. Is er een concept dan en hebben sommigen (in het BUN-bestuur bijvoorbeeld) dat dan wel gelezen? Het moet dan een geheim concept zijn. ...


Een paar dagen later, na andere reacties, schrijf ik:
Het is al weer meer dan 20 artikelen geleden (volgens mij plaatsen jullie teveel artikelen, BD-redactie) maar ik wil nog eens op dit interview met dhr. Versloot terugkomen.
En wel om er m’n verbazing over uit te spreken dat niet één vertegenwoordiger van de BUN-leden meedoet aan de publieke discussie over het georganiseerde boeddhisme op deze site van het BoeddhistischDagblad.
Niet over dit interview, niet over het artikel over voorgenomen bezuinigingen waardoor de BOS vrijwel verdwijnt, niet over het Kaski-onderzoek, niet over de levendige discussie hier m.b.t. ‘de ongebonden boeddhist’, niet over het faillisement van Asoka en het mogelijk verdwijnen van BoeddhaMagazine als boeddhistisch kwartaalblad.
Terwijl dat toch allemaal onderwerpen die de BUN raken of zouden moeten raken als ‘officiële vertegenwoordiger van het boeddhisme in Nederland’.
Ik denk niet dat het arrogantie is van de BUN-leden; het is m.i. desinteresse : hun eigen sangha houdt hen bezig; en verder moet het landelijk gezellig zijn.
Volgende week zaterdag, 17 november, is er een ledenvergadering van de BUN. Andere boeddhisten dan de leden zijn daar nog steeds niet welkom, maar zal het er weer weer net zo gezapig aan toe gaan als de laatste keren, blijkens ‘nieuwsbrieven’ van de BUN-voorzitter?
Op de site van *OpenBoeddhisme* (adres bekend) las ik als nieuwtje dat het Kaski hun evaluatie bij Justitie heeft ingediend en dat de uitlatingen van Versloot officieel geen invloed op de beslissing over erkenning van de BUN van de staatssecretaris hebben.
Het zal mij benieuwen.


Ujukarin (vertegenwoordiger van Triratna Amsterdam) neemt de handschoen op:
Je vraagt naar de bekende weg, Joop. Het is geen arrogantie en geen desinteresse maar een gezamenlijke konstatering dat publieke discussie in forums als dit niet goed functioneert. Voor mijn perceptie daarvan citeer ik uit Henk M’s commentaar op de Asoka-discussie:
“Het is ook bijzonder gemakkelijk om boeddhisten of boeddhistische organisaties aan te vallen, om vervolgens nog heel gemakkelijk een extra aanval te lanceren (verwijt van niet boeddhistisch gedrag) wanneer ze zich proberen te verweren.
Dat het boeddhisme in Nederland nog niet volwassen is blijkt wel uit het feit dat de criticasters niet opbouwend zijn. Zo zitten we dan tenminste met zijn allen nog in dezelfde fase :-)”
Maar jouw perceptie, zijnde een van die criticasters, zal wel afwijken.
Overigens kan ik je uit eigen ervaring melden dat de discussies tijdens de laatste BUN vergaderingen zeer levendig waren, als de notulen een indruk van gezapigheid geven is dat onterecht.
Het moge duidelijk zijn dat ik ook verder niet op dit topic zal reageren, geen publieke discussie is geen publieke discussie…
Wijsheid gewenst van een der BUN vertegenwoordigers,


Mijn antwoord:
Dank je, Ujukarin, voor deze reactie die geen reactie heet te zijn.
Eén correctie: ik ken de notulen van BUN-ledenvergaderingen niet, die zijn niet openbaar (vroeger trouwens wel); ik ken de herinnering van de BUN-voorzitter aan de vergaderingen in zijn ‘Nieuwsbrieven’.
Er is een vraag waarop je wel zou kunnen reageren; namelijk jullie (?) ‘gezamenlijke konstatering dat publieke discussie in forums als dit niet goed functioneert‘. Niet leuk voor de BD-redactie; maar vooral: niet leuk voor de lezers.
Mijn vraag: is het dan niet een gezamenlijke uitdaging van BUN èn boeddhistische forums en blogs èn lezers daarvan om wèl een goed functionerende publieke discussie over het boeddhisme in Nederland tot stand te brengen? Doe eens voorstellen.


Dat ‘voorstel’ kwam:
Okay, 1 volgreaktie dan: mijn geheel onbevooroordeelde mening ;-) is dat die uitdaging ligt bij degenen die m.i. nu die discussie grondig verziekt hebben. Het opheffen van openboeddhisme.nl, een m.i. totaal van boeddhistische ethiek verschoonde site vol azijnp&((&*(erij erger nog dan geenstijl.nl waar de opstellers zich ernstig voor zouden moeten schamen, zou een stap in de goede richting zijn. Pas als we op basis van gedeelde boeddhistische waarden zoals erkennen-van-noodzaak-tot-sangha en elkaar-aanspreken-op-ethisch-gedrag-en-altruïsme en respect-voor-wie-zijn-nek-uitsteekt inplaats van stuurman-aan-wal-alles-beter-weten-maar-zelf-geen-poot-uitsteken-voor-Dharmaduta zouden kunnen communiceren dan zou die discussie ook op publiek niveau weer nuttig kunnen worden. Ik herken die waarden totaal niet bij de opponenten/dissidenten en dat sterkt me in het vasthouden van de onder de BUN aanhang afgesproken lijn om die discussie niet meer aan te gaan..
Wijsheid gewenst…


Nog een keer een reactie van mij daarop:
Ik had een discussie op hoger niveau gewild, in technische zin dan: welke structuur is het best? Moet er een afzonderlijke website of forum komen? Met welke software, want ik technisch slechte en technisch goeie fora meegemaakt?
Wie benoemd de moderator? Daarbij kan ik me het probleem van de BD-redactie wel voorstellen want journalist zijn en moderator zijn is lastig te verenigen.
Dus een moderator, die moet er komen, daar zullen we het over eens zijn. En voorwaarden moeten er ook zijn, maar hoe kan je nou erkennen-van-noodzaak-tot-sangha eisen als het gaat om bijvoorbeeld de plaats van de ongeorganiseerde boeddhist?
Het lijkt mij dat het initiatief samen genomen moet worden, ik wacht 17 november wel af.


Opmerking achteraf: het enige dat ik over de ledenvergadering van 17 november heb gelezen (de BUN-website is al bijna 2 maanden onveranderd) stond hier:
... in een beleidsdocument dat aan de volgende ALV in mei volgend jaar gepresenteerd zal worden. Daarin zal ook de relatie tussen BUN en aangesloten sangha’s aan de orde komen en de eventuele toelating van loslopende, zogenoemde ongebonden en/of ongeorganiseerde boeddhisten, worden aangegeven.
Laat ik het maar ronduit zeggen: hier heb ik geen enkel vertrouwen in of nog behoefte aan.


Nadat kranten, televisie en een aantal levensbeschouwelijke omroep-websites er al eerder over berichten, stond in het BD van 6 december indirect ook het bericht dat de staatssecretaris van Onderwijs en Cultuur in een brief aan de Tweede Kamer meedeelde de financiering van 2.42-omroepen zoals de BOS na 2015 te beeindigen.
‘Indirect’ want het bericht was een kommentaar van de BOS-directeur er op: ‘ Gertjan Mulder: niet gehecht aan BOS, wel aan boeddhistische programmering.
Boeddhisten zijn altijd vòòr niet-hechten maar dit was toch wel wat merkwaardig. Een paar reacties van mij, en een van een ander die Gertjan verdedigde:

Op 7 december schreef ik:
´ Er staat een pijnlijke fout in dit bericht. Dat betreft de zin ‘De staatssecretaris gaat op korte termijn met de BOS en andere 2.42 omroepen praten over de wijze waarop zij invulling willen en kunnen geven aan levensbeschouwelijke programmering. ’ Waarschijnlijk heeft de redactie van BD dit van de BOS-directeur Gertjan Mulder zo gehoord.
In de brief van de staatssecretaris staat echter, en ik citeer: ‘Ik ga op korte termijn met de genootschappen praten over de wijze waarop zij invulling willen en kunnen geven aan levensbeschouwelijke programmering.
En ‘de genootschappen’ zijn in termen van de Mediawet ‘Kerkgenootschappen en genootschappen op geestelijke grondslag’.
De BUN dus in het geval van de boeddhisten.
´
Waar is de stem van de BUN trouwens in de discussie van de laatste dagen? Worden we als boeddhisten eigenlijk nog wel vertegenwoordigd? Moet de BUN-voorzitter niet de regie van het overleg met de staatssecretaris en met andere ‘genootschappen’ overnemen?
Want het optimisme van Gertjan Mulder is onbegrijpelijk.
Een BOS zonder budget is, zogenaamd geïntegreerd in een andere omroep zoals de VPRO feitelijk non-existent. Waarom zou de VPRO in de toekomst programma’s gaan maken waarin de boeddhistische levensbeschouwing centraal staat? De VPRO heeft eerder dit jaar feitelijk al aangegeven dat niet te gaan doen.
Misschien is het niet zo erg dat de BOS verdwijnt. Maar als we het wel erg vinden dat er nog minder of geen boeddhistische programma’s meer komen moeten we ons niet door een al bijna vertrokken BOS-directeur in een passieve jubelstemming laten brengen.
´

Een reactie van een andere lezer hierop was:
´ Mooie illustratie van half vol of half leeg glas; het standpunt van Gertjan Mulder versus dat van de heer Romeijn. De positieve grondhouding van de heer Mulder lijkt mij erg constructief. Ik vraag mij af welke nietgenoemde belangen de heer Romeijn heeft. Zijn weinig subtiele toevoeging “bijna vertrokken” komt erg suggestief op mij over. ´

Reden voor mij hier twee achtereenvolgende reacties op te geven:
´ Als de staatssecretaris zegt ‘… dat de kerkgenootschappen en de genootschappen op geestelijke grondslag hun zendtijd zelf moeten financieren ’ dan is de uitspraak van Gertjan Mulder gedaan in de Volkskrant van vandaag, ‘ alleen ben ik wel nieuwsgierig naar de preciese financiering ’ toch op z’n minst lichtzinnig te noemen.
Overigens ging mijn reactie primair over de apathie van het georganiseerde boeddhisme na de brief van de staatssecretaris, vergeleken met de activiteiten van bv humanisten, de joodse gemeenschap en de katholieke kerk de laatste dagen.
En vertrekken per 31 december, met de kerstdagen er nog af, is toch ‘bijna’ ?
Mijn belang? Zie mijn blog van de afgelopen jaren, zou ik zeggen.
´

En een dag later:
`En dan nu iets positiefs:
Een twitterbericht van ‘BOSRTV’ van gisteren naar aanleiding van de mededeling over het stoppen van de financiering van de BOS:
BoeddhistischeOmroep ‏@bosrtv
…, …, … dank dat jullie je portemonnaie willen trekken. Fijn om te horen!

(namen heb ik verwijderd)
Dat wil ik ook wel, dat zijn er al vier.
Doen net zo als de humanisten gestart zijn, zie www.humanistischverbond.nl/nieuws/archief/2011/help-ons-de-humanistische-omroep-te-behouden
Misschien kan het ook via de Stichting ‘Vrienden van de BOS’ ?
Moet ie wel eerst een echt bestuur krijgen. Kom, Gertjan, doe nog een goede daad.
´


Daarna wordt het stil, alsof een witte sneeuwdeken over alle boeddhisten is gedaald en niemand zich meer waar dan ook nog zorgen over maakt.
Ook het ontbreken van aandacht voor het kamercommissiedebat op 10 december (over het voortbestaan van o.a. de BOS) is symptomatisch.

Die grote onzichtbaarheid kan ook wel eens betekenen dat het Nederlandse boeddhisme niet bestaat, dat er niet honderdduizenden boeddhisten zijn zoals degenen die belang bij een groot aantal hebben, dachten; dat er niet tienduizenden zijn zoals ik jaren dacht, maar hoogstens enkele duizenden die stil voornamelijk achter de voordeur hun ding doen.

Is er ruimte in de mediabegroting om 2.42 omroepen te behouden ?

Omdat de website van de BOS (en van de BUN uiteraard) er stil over blijft, neem ik in deze blog een bericht over van de site van de RKK (de katholieke 2.42 omroep).
Mijn commentaar:
Nog los van de vraag of het (behoud) technisch kan, de vraag is of de politieke wil er is.
Jammer dat de meeste boeddhisten hun boeddhisme geen religie noemen (voor mij is het wel een religie maar dat vergt een langere beschouwing).
En mijn vraag: verdient het boeddhisme wel dit BOS-behoud, gezien de apathie van onze boeddhisten?

===============================================================================
Update een halfuur na plaatsing:
Ik heb geprobeerd aandacht voor het kamercommissie-debat en deze blog te schenken in een reactie in het BoeddhistischDagblad. Maar dat werkte niet.
===============================================================================

Een citaat dus:

Hilversum (Van onze redactie) 9 december 2012 -
Het Tweede-Kamerlid Gert-Jan Segers (ChristenUnie) heeft geld gevonden in de Mediabegroting om het voortbestaan van de 2.42-omroepen te garanderen. Segers zei dit zaterdagmiddag in het RKK-programma Kruispunt Radio “Er is binnen de begroting ruimte om 14 miljoen elders te besparen en de levensbeschouwelijke omroepen overeind te houden.”

Kwaad
De gehele uitzending van Kruispunt Radio stond in het teken van de kabinetsplannen om de 2.42-omroepen op te heffen per 2016. Mediawoordvoerder van de ChristenUnie Gert-Jan Segers is het niet eens met dit plan: “Je peilt de mate van beschaving door hoe je met kleine minderheden omgaat. De staatssecretaris begrijpt niet wat religie is. Dit plan levert weinig op en doet heel veel kwaad.”

Democratie
“Het is zeer belangrijk om deze omroepen te behouden, het gaat om het wezen van de democratie: minderheden zichtbaar maken.” Maandag zal Segers zijn plannen tijdens het mediadebat met staatssecretaris Dekker toelichten. Segers liet weten dat hij inmiddels met andere partijen over zijn initiatief gesprekken heeft gevoerd.

Prestatieovereenkomst
Segers zal maandag ook voorstellen dat bij een volgende prestatieovereenkomst tussen de publieke omroep en de staatssecretaris religie een zelfde aandachtspunt is als cultuur of sport.

Religie waarborgen
Hoofd RKK Leo Fijen drong aan op de opneming van het thema religie in de volgende prestatie-overeenkomst. “Religie moet gewaarborgd worden als genre, en er moet geoormerkt geld op dat genre worden gezet. Hiermee zorgen we ervoor dat levensbeschouwing lonend is om te programmeren.”



Tot zover dit bericht; bron: hier

donderdag 6 december 2012

Levensbeschouwelijke omroepen zoals de BOS na 2015 zonder budget

Vandaag heeft staatssecretaris van OC&W aan de Tweede kamer meegedeeld dat als uitwerking van het regeeraccoord de 2.42 omroepen na 2015 geen budget meer krijgen
Dat blijkt uit zijn brief .
Voor de tekst van de betreffende passage: zie onder

Diverse dagbladen en andere media berichten daar over, zie bv de RKK
en OpenBoeddhisme .

Als dit voornemen doorgaat (en ik vermoed dat alleen CDA en CU er bezwaar tegen maken), is dat dan het einde van de BOS?
De RKK heeft in zijn berichtgeving optimistische nog een (kleine) kans: de Mediawet lijkt niet zo gewijzigd te worden dat de 2.42-omroepen helemaal verdwijnen, dat hun licensie zou worden ingetrokken. Ze krijgen ‘alleen’ geen budget meer.
Ook HUMAN ziet deze kleine opening nog.
Van het BOS-front vandaag (nog) geen nieuws, noch op hun website noch via twitter.

Wel is zojuist een gezamenlijk bericht uitgebracht van alle 2.42 omroepen met als titel 'Minderheden monddood gemaakt' .

Voorzover ik het begrijp blijft de eis van het kabinet Rutte 1 bestaan dat de 2.42-omroepen uiterlijk volgend jaar gefuseerd moeten zijn met een andere (niet 2.42-) omroep, zoals bv in het geval van de BOS de VPRO of de NTR.
De vraag is dan of die overnemende (fusie is een te mooi woord) omroepen nog iets van het BOS type programma’s gaat doen vanaf 1 januari 2016 of zelfs al in de jaren daar voor.
Die kans lijkt me klein, zelfs als de NPO daar haar best voor gaat doen.
Bijna nog kleiner lijkt me de kans dat de BOS en haar ‘genootschap op geestelijke grondslag’ de BUN zelfs maar een zinnig deel van het voor continuering nodige budget bij elkaar kunnen krijgen, bv via donaties .

Is dat jammer?
Mijn antwoord is subjectief en persoonlijk:
Het wegvallen van de wekelijke zaterdagmiddag radio-uitzendingen genaamd ‘Hemelsbreed ’ zou ik betreuren.
Maar de televiseprogramma’s heb ik dit jaar – na het lezen van de aankondigingen van de inhoud ervan – nauwelijks meer bekeken: die gingen heel weinig over het boeddhisme in Nederland en ze gingen weinig over de Dharma/Dhamma.


Uit de brief: Betreft uitwerking regeerakkoord Rutte II onderdeel Media

2. Kerkgenootschappen en genootschappen op geestelijke grondslag
(2.42 omroepen)
Door de bezuinigingen wordt het budget van de 2.42 omroepen per 1
januari 2016 op nul gesteld. Consequentie daarvan zou zijn dat de
kerkgenootschappen en de genootschappen op geestelijke grondslag hun
zendtijd zelf moeten financieren. Ik ga op korte termijn met de
genootschappen praten over de wijze waarop zij invulling willen en
kunnen geven aan levensbeschouwelijke programmering. Ongeacht de
uitkomsten van dat gesprek wil ik benadrukken dat levensbeschouwing
onderdeel is van de algemene mediaopdracht en dus geldt als taak voor
alle omroepen en de NTR. Het is van belang dat de NPO zorgt voor een
goede en afgewogen inbedding van de levensbeschouwelijke
programmering in de totale programmering.


==============================================================================

Update 6 december 16.30 uur:
"Algemeen Directeur Mulder van de BOS: “Het verheugt ons zeer dat opnieuw het belang van levensbeschouwelijke programmering wordt onderstreept. Van vitaal belang is nu vanzelfsprekend wel, dat met het wegvallen van de 2.42 omroepen die levensbeschouwelijke zendtijd en de pluriformiteit daarvan op een andere manier mediawettelijk en financieel wordt verankerd. We kijken uit naar een constructief overleg met de staatssecretaris en de NPO over de uitwerking hiervan.

zaterdag 1 december 2012

Boete BUN van Commissariaat voor de Media

Het Commissariaat voor de Media (CvdM) heeft een hoorzitting georganiseerd, te houden in Hilversum op 13 december, over gemaakte bezwaren tegen hun aan de BUN opgelegde straf.
Aan te nemen is dat de BUN, eventueel samen met de BOS, bezwaar heeft gemaakt. Ik heb dat bezwaar nog niet gezien, heb er wel om gevraagd. Het moet wat mij betreft worden gepubliceerd, want de BOS (en daarmee de BUN) is van ons allemaal. Ik denk dat ik naar deze openbare hoorzitting ga.

Al maanden staat op de website van de BUN de mededeling (het fout schrijven van de naam van het CvdM is van het bestuur):

Boete BUN van Commissariaat van de media .
Zoals op de ALV van 9 juni jl. bekend is gemaakt en het Boeddhistisch Dagblad op 11 juni heeft gepubliceerd, heeft het Commisariaat van de Media de BUN een boete van 2.500 Euro opgelegd. Ook stelt het CvM dat de BUN € 50.000 moet terugbetalen van de € 81.749 die de Boeddhistische Omroep Stichting (BOS) in 2009 heeft uitgegeven aan een onderzoek naar de omvang van de achterban.
BUN en BOS hebben het Boeddhistisch Dagblad in een gezamenlijke reactie op vragen op 11 juni een verklaring gezonden:

De BUN en BOS hebben inderdaad een sanctiebeschikking ontvangen van het Commissariaat voor de Media. In deze sanctiebeschikking stelt het CvdM zich op het standpunt dat een door de BOS in 2009 uitgevoerd marktonderzoek deels onrechtmatig gefinancierd is. Dit besluit heeft de BUN en BOS zeer verrast: zij kunnen zich niet vinden in de onderbouwing van de beschikking, zullen deze verder juridisch toetsen en onderzoeken en formeel bezwaar aantekenen tegen de beschikking. Gedurende dit proces doen BUN en BOS hieromtrent geen verdere uitspraken anders dan dat conform de delegatieovereenkomst tussen BUN en BOS de eerste gevrijwaard is van iedere aansprakelijkheid.


De 'verrassing ' is eigenlijk niet te plaatsen voor wie de geschiedenis van deze sanctie op de website van het CvdM leest (zie hier )
In twaalf punten worden ‘Het verloop van de procedure’ en de ‘Feiten’ op een rijtje gezet.
In totaal telt de ‘Sanctiebeschikking’ 36 punten. De conclusie ervan:

E. Besluit

Het Commissariaat:
I. legt de BUN een bestuurlijke boete van € 2.500,- op wegens overtreding van het
bepaalde in artikel 2.153, tweede lid, van de Mediawet 2008;
II. vordert, op grond van artikel 2.177, eerste lid, van de Mediawet 2008, het bedrag
van € 50.000,-, verantwoord als indirecte kosten, terug van de BUN.

Hilversum, 5 juni 2012
COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA


Ik denk dat BUN en BOS niet zozeer verrast zijn maar zich in een houdgreep voelen zitten.
Toegeven dat niet de BUN maar de BOS de licensie-aanvraag heeft gedaan kan deze alsnog ongeldig maken.
En meespelen dat de BUN de aanvraag (formeel) heeft gedaan zal het onbegrip waarom de BOS dan het bijbehorende onderzoek uit omroepmiddelen heeft betaald, vergroten: de BUN had het onderzoek, net zo als een aantal andere levensbeschouwelijke organisaties zelf moeten laten doen en betalen.
Voor de rapportage van het onderzoek, uitgevoerd door NIPO/TNS, zie hier .
(De bron is de BOS zelf, men is daar kennelijk vergeten het woord ‘vertrouwelijk’ te verwijderen.)

Interessant is het punt van de ‘vrijwaring’ uit de Delegatieovereenkomst tussen BUN en BOS.
Dat lijkt me alleen te gelden tussen deze twee, en zal niet derden, zoals het Commissariaat, binden.
De BUN zal de boete van € 2.500 nog wel kunnen betalen, maar de teruggevorderde € 50.000 niet.
Dat geld uit de omroepmiddelen is besteed aan onderzoek om te bepalen hoewel boeddhisten er in Nederland zijn; zo’n 900.000 (inclusief degenen met met duidelijke affiniteit tot het boeddhisme) kwam er uit, een door de BOS gewenst aantal.
Het accepteren van dit getal zal in de geschiedenis van de BUN achteraf de grootste fout blijken te zijn geweest. Denk ik, want voor mij is hiermee de ontwikkeling van het boeddhisme in Nederland veel schade toegebracht, daarom ben ik er – nog steeds – zo mee bezig.

Tragisch is de overbodigheid van het onderzoek; het Commissariaat heeft het aantal van 900 duizend vrij makkelijk terzijde geschoven en aangenomen dat het aantal boeddhisten zich ergens tussen de 100 duizend en de 400 duizend bevindt. Volgens mij nog een te hoge schatting.

Mag de BOS die € 50.000 betalen omdat ze de BUN moeten ‘vrijwaren’? Als ik een boete krijg wegens te hard rijden, mag iemand anders dat best betalen (in plaats van mij in de cel gaan zitten mag trouwens niet).
Maar uit welk potje moet de BOS dat dan eigenlijk betalen? Niet uit de omroepmiddelen die ze krijgt, want dan begin het circus weer opnieuw.

Ik ben benieuwd, naar het verloop van de hoorzitting, naar de uitspraak (ergens begin 2013 denk ik) en naar de manier waarop betaald gaat worden.