maandag 5 december 2011

Hoe gaat het met het boeddhisme in Nederland ?

Af en toe wil ik wel eens naar een lezing over boeddhisme of naar een bijeenkomst van een andere traditie dan de mijne. Dan raadpleeg ik een algemene ´agenda´ op internet van de BUN en Asoka of een specifieke van Simsara en soms ook Bodhitv, of kijk op de websites van een aantal aparte organisaties.
Mijn indruk van de laatste maanden is dat die agenda´s steeds minder activiteiten bevatten.

Nu heb ik een jaar geleden een onderzoekje gedaan, voor mezelf en een paar Dharma-vrienden.
Een verslagje daarvan van 17 januari 2011
Het blijkt dat de Agenda van Asoka en die van de BUN vrijwel steeds dezelfde aankondigingen bevatten, niet omdat men van elkaar overneemt, maar initiatiefnemers - zo is mijn indruk – geven hun activiteit aan beide instanties door.
De rubrieken van Asoka (toen nog website V & L): Bezoek, Lezingen, Retraites, Cursussen en Overig
De rubrieken van de BUN: zelfde rubrieken plus een pagina (met vervolg) met meditatiegroepen

Een vergelijking per rubriek
Bezoek
Zowel BUN als V&L melden maar één bezoek
Lezingen
Beide agenda´s kondigen er twintig aan, van januari tm december, nogal veel die van de St. Bodhisattva en Filosofie Oost en West
Retraites
Beide meer dan dertig (toen ben ik opgehouden te tellen) tm januari 2012
Veel retraites die ook in Simsara staan, in totaal ook meer dan dertig over 2011.
Cursussen
Beide ook weer meer dan dertig, relatief veel meditatie-cursussen (vipassana en Zen)
Overig
Van alles, waaronder veel 'volle maan vieringen' bij de VWBO (nu Triratna), agenda loop tot augustus


Conclusie: ieder meldt z'n activiteit gewoon dubbel aan, bij V&L en bij de BUN
En vipassana-organisaties melden tevens bij Simsara aan. (Zie hier)


De ´Agenda´ van Bodhitv heb ik verleden jaar niet in dit onderzoekje betrokken; maar de indruk is dat aan de formule ervan niet veel is veranderd: geen onderverdeling; veel diverse activiteiten; deels (maar niet allemaal) specifiek interessant voor jongeren; deels niet specifiek boeddhistisch maar breed spiritueel en/of cultureel.
 
Als ik nu (begin december 2011) opnieuw naar de Agenda´s van BUN en Asoka kijk,
dan is de opbrengst veel kleiner dan een jaar geleden.
Kijk zelf maar, hier en hier.
Mijn indruk is dat dit een weerspiegeling is van een feitelijke vermindering van het aanbod. Daar kan vertekening in optreden: organisaties kunnen andere kanalen kiezen zoals sociale media of gerichte mailings naar verzendlijsten of hebben hun eigen website actiever gemaakt.
Mogelijk is het aantal activiteiten voor de eigen groep niet afgenomen, sommige websites zijn tenminste behoorlijk levendig, maar de meeste zijn sterk intern gericht.
Simsara en waarschijnlijk ook Bodhitv lijken op hetzelfde peil te zijn gebleven.

Maar toch ... Tot een paar jaar geleden organiseerde de Stichting Vrienden van het Boeddhisme (SVB) twee studiedagen per jaar, daarna een paar jaar één (van de SVB overgenomen door Asoka, ik had begrepen permanent maar kennelijk eenmalig) en nu al een tijd helemaal niet meer. Vanuit m´n bemoeizucht gebaseerd op het feit dat ik (kort) bestuurslid van de SVB ben geweest, heb ik het huidige bestuur al eens geadviseerd, zichzelf op te heffen; dat is me niet in dank afgenomen.
Ook de studie-ochtenden georganiseerd door het BUN-bestuur (voorafgaand aan de besloten ledenvergaderingen) zijn verdwenen; al gingen ze wat vaak over boeddhisme en business, dat is toch ook weer een verarming.

Dat brengt me bij de vraag hoe het met boeddhistische organisaties (in Nederland vaak sangha´s genoemd) gaat? Een paar weken geleden kondigde een van de leukere (meer eigenwijze) ervan het stoppen aan: Zeshin van der Plas heeft wegens fysieke redenen moeten besluiten zich terug te trekken als leraar en inhoudelijk leider van de Tempel Suiren-Ji te Leiden. Zeshin gaat zogezegd met ‘pensioen’. Een opvolger van hem is niet gevonden, althans tot op heden.

Het probleem van de opvolging kan wel eens bij meer sangha´s een rol gaan spelen;
bij meerdere is de (hoofd)leraar op leeftijd en bij een aantal daarvan lijkt nooit gewerkt te zijn aan het – noodzakelijk lange – inwerken van een opvolger. Het lijkt een thema waarover niet wordt gesproken.
Ook hebben sommige sangha´s problemen met de huur van hun vaste pand.
Een enkele éénpitter is niet echt verdwenen maar lijkt langzaam fade away te zijn.
Daar staat tegenover dat er ook nieuwe zijn gestart, in ieder geval ken ik er één: Tegen de Stroom In.

Tenslotte wordt de vraag naar de continuïteit van de sangha´s in Nederland bemoeilijk door het feit dat een tamelijk groot deel ervan niet autonoom is maar onderdeel van een organisatie met hoofdkwartier´ (die, is mijn indruk, in sommige gevallen zeer directieve instructies geven aan de onderdelen in Nederland) in Amerika; of Azië. Of met gebruikmaking van een franchise-formule zoals ZenNl.
Dat betekent ook dat de spiritueel leider, de echte leraar, zich vaak niet in Nederland bevindt; de hulpleraren of facilitatoren van de Nederlandse onderdelen hebben dan een beperkte mentale bewegingsvrijheid. Alleen al daarom kan een soort nationale ‘Raad van leraren’, zoals sommigen hebben voorgesteld, nooit wat worden.

Het zou goed zijn als het BUN bestuur – in het kader van de nieuwe transparantie – de resultaten bekend maakt van de door de leden in oktober teruggestuurde lidmaatschapsformulieren, met name de antwoorden op vraag 2c : Aantal betalende leden per 1 januari van dit kalenderjaar; en: Aantal adresssen op dit moment opgenomen in het mail-bestand.
Ik ben ben benieuwd hoe groot het aantal georganiseerde boeddhisten (de som van deze aantallen) nu is; vermoedelijk ergens tussen de vijf- en de tienduizend. Vast niet de achttien duizend die vroeger werd genoemd.

En naast dit alles zijn er duizenden (misschien tienduizenden; nee geen honderduizenden, van die overdrijving zijn we nu toch wel af ?) boeddhisten die thuis, alleen of met een groepje, het boeddhisme beoefenen. Zonder (formele) sangha maar even serieus.

Hoe het dus gaat met het boeddhisme in Nederland, dat weten we niet. Misschien niet zo goed als men een paar jaar geleden nog dacht.
Maar, o paradox, als we aan een boeddhist vragen hoe het met hem of haar gaat, dan is het antwoord meestal: goed.
Eindig ik toch nog positief.

Geen opmerkingen: