woensdag 13 februari 2013

Waarom een boeddhistische ambtsopleiding als een master voldoet ?

Afgelopen zaterdag 9 februari ’13 hield de faculteit Godgeleerdheid van de VU een voorlichtingsdag ten behoeve van de master ’ spiritual care ‘ (en andere master-opleidingen).
Deze master start september 2013. Zie hier .

De afstudeerrichting Spiritual Care richt zich op het beroep van geestelijk verzorger in zorginstellingen, justitie, krijgsmacht e.d.. De specialisatie heeft enerzijds aandacht voor zorg vanuit de specifieke religieuze tradities, maar richt zich anderzijds ook op de pluralistische context van het werkveld en de noodzaak om als geestelijk verzorgers vanuit verschillende tradities met elkaar te werken.
In de traditie van de Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit worden studenten aangemoedigd geestelijke zorg vanuit hun eigen (geloofs)identiteit te beschouwen en te bestuderen. De opleiding bevat dan ook meerdere programma-onderdelen die ingevuld kunnen worden om je interreligieus en/of traditiespecifiek te scholen (islamitisch, hindoeïstisch, boeddhistisch of christelijk), wel of niet gebonden aan een zendende instantie.


Is dit dan de langverwachte opleiding voor boeddhistisch geestelijk verzorger, vereist door het ministerie van Veiligheid & Justitie waarvoor de erkenning van de BUN voor de poorten van de hel is weggesleept?
Een opleiding waarover ik herhaaldelijk heb geschreven het afgelopen jaar; zie mijn blogs uit 2012

Nou nee ! Want nogal sneaky is er op de pagina van de VU-website die ik net citeerde nog een link, naar wat heet Beroepsperspectief ’.

Beroepsperspectief
In de afstudeerrichting Spiritual Care, van de masteropleiding Theology and Religious Studies, verwerf je basiskennis van en vaardigheden in de geestelijke zorg. De eisen aan geestelijk verzorgers zijn per werkgever en zendende instantie erg verschillend. Het hangt dus van andere instanties af of je direct aan de slag kunt als geestelijk verzorger.
Zending
Om aan de slag te kunnen in het veld van geestelijke verzorging heb je naast een academische opleiding, in de meeste gevallen, ook een zending nodig van een erkend levensbeschouwelijk genootschap. Als je door een zendende instantie wilt worden geaccepteerd is het nodig dat je aan hun (aanvullende) eisen voldoet. Het is aan te raden de eisen van de betreffende zendende instantie vooraf goed uit te zoeken. Het kan bijvoorbeeld zijn, dat je na deze master een aanvullende ambtsopleiding in de geestelijke zorg nodig hebt.
Ambtsopleiding
Voor wie de opleiding tot boeddhistisch of hindoeïstisch geestelijk verzorger volgt, wordt deze eenjarige master gevolgd door een eenjarige postdoctorale ambtsopleiding (deze gaat waarschijnlijk van start in september 2014). Deze postdoctorale ambtsopleiding in boeddhistische of hindoeïstische geestelijke verzorging zal erkend worden door de zendende instanties. Naar verwachting komt er ook een postdoctorale ambtsopleiding voor islamitische geestelijke verzorging.


Deze informatie zal de mogelijke master-student voor grote onzekerheid plaatsen.
Is het afronden van de éénjarige master nu wel of niet voldoende voor een baan als boeddhistisch geestelijk verzorger? In gezondheidszorg-instellingen , voeg ik daar aan toe want dat is een veel grotere markt dan die van Justitie waar bovendien de banen al vergeven zijn.
Mijn inschatting heb ik onlangs in een mail voorgelegd aan André van der Braak, hoogleraar boeddhistische filosofie aan de VU, naar aanleiding van een aankondiging van hem dat er binnenkort een ‘document’ komt, dat de opleiding tot boeddhistisch geestelijk verzorger meer in detail beschrijft, ook met betrekking tot de verhouding tussen het eerste masterjaar en het tweede jaar ambtsopleiding

Mijn reactie (met een paar technische verbeteringen) was:
... Maar goed; ik ben benieuwd naar het 'document' dat je aan het opstellen bent. Misschien wordt dat dan het stuk waarover een publiek debat in de boeddhistische gemeenschap mogelijk is; want dat heeft tot nu toe ontbroken. Over de inhoud en over bevoegdheden.
Ik vrees echter dat we het er niet over eens zullen worden over die bevoegdheden aangezien ik BUN en BZI volstrekt incompetent acht.
Bovendien: het model is wellicht te sterk op de eisen van het ministerie van Justitie gebaseerd, ik heb begrepen dat gezondheidszorginstellingen (bij elkaar toch een veel grotere werkgever dan Justitie) een zendingsbrief en dus een 'diploma' van een ambtsopleiding of een handtekening van een leraar nauwelijks nog van belang achten.
Het zou ook bizar zijn - zoals het nu al bij Justitie is - dat boeddhistisch geestelijk verzorgers verplicht ‘gebonden’ boeddhisten moeten zijn terwijl hun cliënten dat bijna in het geheel niet zijn. Positiever geformuleerd: vind jij dat er ook 'ongebonden', of beter 'ongeorganiseerde' boeddhisten geestelijk verzorgers moeten kunnen zijn? En dat het wellicht beter is dat er een andere instantie dan de huidige Stichting BZI moet komen?
Er staat dan wel op jullie pagina 'beroepsperspectief' : "Het is aan te raden de eisen van de betreffende zendende instantie vooraf goed uit te zoeken ", maar je weet toch ook wel dat behalve een stukje uit november 2011 er niets meer is dat boeddhistische studenten houvast zou kunnen bieden? ...
Kortom: misschien wordt jullie master spiritual care wel een professionele opleiding maar is die boeddhistische ambtsopleiding overbodig en ga ik er voor pleiten dat studenten die niet moeten gaan volgen.



Ook zonder een ambtsopleiding nà de éénjarige master is sprake van een beroepsopleiding tot geestelijk verzorger, de tekst van de betreffende pagina kan alleen op deze wijze worden geïnterpreteerd.
Maar dan is sprake van een master die niet wezenlijk anders is dan die van de Universiteiten van Groningen, Nijmegen en Utrecht, waarvan ik verleden jaar de programma’s heb bestudeerd. Zie hier .

Het ‘ stukje uit november 2011 ’ waar ik op doel is te vinden via de website van de BUN, pagina Actuele context waarbinnen BUN handelt in relatie tot overheid, BOS, BZI en de EBU; Laatst bijgewerkt 4 mei 2012
En wel het document de Update BZI .
Op de BUN-pagina staat ook het document Overeenkomst BZI met VU (31-03-12) wat op een aantal punten volgens mij strijdig is met de Update BZI uit november 2011, met name wat betreft de rol van de leraar.
Minstens is onduidelijk wie bevoegd is studenten tot de ambtsopleiding toe te laten.


Als het aangekondigde ‘Document’ daadwerkelijk gepubliceerd is op de VU-website, komt ik daar ongetwijfeld op terug.
Misschien vergis ik me en wordt het programma van de ambtsopleiding wel nuttig en nodig en komen eindelijk specifiek boeddhistische-professionele vaardigheden aan bod, zoals aan de orde komend in het ‘Handboek Boeddhistisch Geestelijke Verzorging ‘.
Veel hoop heb ik er niet op, want wie in Nederland is eigenlijk deskundig op dit terrein? En de weinigen die dat zijn (zoals bv. Christa Anbeek), zullen zich niet met de VU-opleiding gaan bemoeien.

Ook ten behoeve van het door van der Braak op te stellen document heb ik nog een suggestie:
Naast of in plaats van de door Justitie-denken en de gevestigde sangha’s gedomineerde BZI komt er een andere zendende instantie waarbij afgestudeerde (op master-niveau) boeddhistisch geestelijk verzorgers zich kunnen aansluiten. Als werktitel stel ik voor: Boeddhistisch Geestelijk Verzorgers Genootschap (BGVG) .
Dit ‘Genootschap’ stelt kwaliteitseisen aan haar leden en zal daardoor voor werkgevers (bv in de gezondheidszorg) als betrouwbare zendende instantie dienen.


O ja, studenten kunnen ook nog een andere master bij ‘Godgeleerdheid’ volgen: Leadership .
... Religion and the traditions of theology and spirituality provide us with a valuable tradition of wisdom that can be used to guide and inform the processes of change that are underway in a range of social and religious organizations. The Leadership specialization focuses on leadership issues in societal organizations and on leaders of religious or religiously inspired organizations who wish to deepen their insight into the academic theory behind leadership."

Boeddhistisch leider ' is bij voorbaat een lacherje, het is een generaal zonder leger.
Leider waarvan? De sangha’s hebben hun leraren die op eigen wijze naar voren komen. En algemene boeddhistisch organisaties staan op het punt om te vallen of zijn overbodig.
Maar er is meer aan de hand: de VU ziet het als haar taak, religieuze leiders op te leiden, zoals ze in het verleden politieke leiders heeft opgeleid (Balkenende, Wouter Bos bv).
Ook boeddhistische leiders, er zijn er wel uitspraken van mensen bij de VU in die richting gedaan. Ze (de VU) vinden het boeddhisme in Nederland maar een rommetje en zetten zich in om die te institutionaliseren. Door de ambtsopleiding maar ook door deze master religious leadership.
Ook hiervan vind ik: dat is nergens voor nodig, ik geef aan anarchistisch boeddhisme de voorkeur.



Bijlage
Informatie over de master geestelijke verzorging bij andere universiteiten


De master in Utrecht

In Nijmegen

In Groningen

Humanistiek (Utrecht, driejarig)


Geen opmerkingen: