Het is onderdeel van de bezuiniging van € 200 miljoen (sinds het akkoord van 11 oktober € 250 miljoen) op de publieke omroep, maar het gaat bij de wijziging van de Mediawet om meer. Ook om het beperken van de tientallen koninkrijkjes (omroepen) en om een andere visie op de aparte levensbeschouwelijke omroepen. Die laatsten worden, verwijzend naar het artikel in de Mediawet waarin ze beschreven worden, de 2.42-omroepen genoemd.
Het schrappen van de 2.42-omroepen werd bij de start van het kabinet Rutte II duidelijk; een aantal grote zoals de IKON, de RKK en ook HUMAN protesteerden daar eind 2012 heftig tegen; en verbonden zich met wel na 2015 blijvende ledenomroepen.
De BOS (en dus de BUN) ontkende het bestaan van enig probleem. Dat besef kwam pas in juni van dit jaar en toen was het al bijna voorbij: de Tweede Kamer stemde begin juli met de kabinetsvoorstellen in.
Zie over deze geschiedenis mijn blogs van
10 dec 2012 , van 12 dec , van 6 juli 2013 , van 15 augustus , en van 11 september .
Als laatste stap in de besluitvorming is er de eventuele instemming van de Eerste Kamer.
De Eerste Kamercommissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (OCW) heeft op 4 oktober 2013 de 'Memorie van antwoord' ontvangen en heeft op 8 oktober 2013 het 'Eindverslag' uitgebracht. De plenaire behandeling van het voorstel is voorzien voor 5 november 2013.
Zie het overzicht Mediawet in de Eerste Kamer
Hieronder een aantal citaten uit de Memorie van Antwoord.
Commentaar is bijna overbodig: we weten het 5 november; of een week later bij de stemmingen. Nog net op tijd voor de Ledenvergadering van de BUN op 16 november.
En dan is het boek dicht, vermoed ik. Dat wil zeggen: dan is het eind 2015 voorbij met de BOS waarop nu al bezuinigd is en die steeds kleiner gaat worden tot dat moment.
Plannen voor een ongesubsidieerde BOS of andere boeddhistische omroep na het eind van 2015, dan niet via de ether maar via internet, hebben ons nog niet bereikt.
De agenda voor de Ledenvergadering meldt alleen ' 7. a BOS & bezuinigingen ', zonder enige toelichting of voorstel. 'Bezuiniging' vind ik nogal een eufemisme waar het om verdwijning gaat.
Hier wil ik nog eens mijn suggestie herhalen: laat degenen die iets doen aan en iets willen met 'boeddhisme op het internet' elkaar eens opzoeken om op z'n minst een los verband van activiteiten te krijgen, en om elkaar te stimuleren. Dan heb ik het over twee aspecten:
- het verspreiden van de Dhamma/Dharma
- het informeren over het feitelijk bestaande boeddhisme in Nederland.
Ik krijg uit schaarse uitlatingen de laatste maanden een de indruk dat de BOS als monopolist (zonder andere op internet actieve boeddhisten) door wil gaan: ongewenst maar ook naïef.
Terug naar de publieke omroep en de plaats van de levensbeschouwing daarin. Natuurlijk zijn NCRV, KRO en EO ook levensbeschouwelijk (Christelijk namelijk) maar daar gaat het niet om.
De staatssecretaris heeft namelijk, bij de aangekondigde opheffing van 2.42, de politiek en de levensbeschouwelijke organisaties verzekerd dat er bij de publieke omroep aandacht blijft voor alle vormen van levensbeschouwing. Dus ook voor het boeddhisme.
Op 16 juli 2013 heeft staatssecretaris Sander Dekker een adviesaanvraag aan de Raad voor Cultuur (t.a.v. J. Daalmeijer) gestuurd. Zie 'Document'
Over de levensbeschouwelijke omroepen bevat deze brief de volgende vragen:
"3. Op welke manier kan de publieke omroep speciale aandacht besteden aan de culturele en levensbeschouwelijke programmering?
Het is efficiënter om niet langer aparte instellingen te hanteren voor de vervaardiging van specifiek media-aanbod, maar de Nederlandse publieke omroep in zijn geheel verantwoordelijk te maken voor alle categorieën aanbod. Het Mediafonds en de 2.42-omroepen worden daarom opgeheven. Daarmee vallen de natuurlijke verzorgers van dit aanbod weg. Hoe kan de publieke omroep naar het oordeel van de Raad ervoor zorgen dat deze twee aanbodscategorieën blijvend de speciale aandacht krijgen die zij verdienen? Hoe kan bij de levensbeschouwelijke programmering daarbij ook recht worden gedaan aan de specifieke wensen en overtuigingen van een doelgroep, ook als dit aanbod niet langer vanuit die doelgroep zelf wordt vervaardigd? ”
Ik heb geen idee hoe de Raad gaat reageren.
Ze kunnen heel liberaal zeggen: laat dat maar aan de acht nog overblijvende omroepen over.
Ze kunnen ook thema's benoemen, inhoudelijk en qua omvang.
Ze kunnen ook procedures voorstellen voor het betrekken van levensbeschouwelijke organisaties ('genootschappen' in het jargon), zoals de BUN dus.
Toch een advies aan de Raad voor Cultuur.
Laat de omroepen in de toekomst vooral aandacht besteden aan
* de inhoud van het boeddhisme (de Dhamma of Dharma genaamd) in zijn
veelvormigheid: de inhoudelijke functie; en aan
* de wijze waarop die in Nederland beoefend wordt: de journalistieke functie; en aan
* de wijze waarop die vanuit Azie, vanuit Amerika (en de commercie) beïnvloed
wordt: de maatschappelijke functie
En doe dat vooral via de radio. De ervaring leert dat televisie voor dit soort thema's minder geschikt is.
Ik weet niet of tijd/geld voor radio en tijd/geld voor televisie communicerende vaten vormen maar als het enigszins kan: vooral radio-zendtijd en relatief weinig televisie-zendtijd voor het boeddhisme. 'Mooie' documentaires van 'bekende boeddhisten' of Aziatische beelden hebben we nu wel genoeg gezien.
Wat betreft het 'probleem' dat het aanbod niet langer vanuit de boeddhisten zelf (door de Boeddhistische Omroep Stichting, de BOS, dus) wordt vervaardigd, het volgende:
Eigenlijk verandert er voor de overgrote meerderheid van de boeddhisten dan niet zo veel: het aanbod is ook nu, en de afgelopen tien jaar, niet vanuit de doelgroep zelf vervaardigd. Zelfs voor de minderheid, georganiseerd in de BUN (de koepel Boeddhistische Unie Nederland, organisatiegraad minder dan 10%) geldt dat eigenlijk: de BOS ging steeds meer haar eigen gang.
Ook gezien de ervaringen van een 'ParticipatieRaad' binnen de BOS zie ik weinig heil in een soort adviesgroep die de publieke omroepen suggesties (of meer) zou mogen doen over boeddhistische programma's. Het lijkt me onmogelijk daarvoor een representatieve groep te verkrijgen die ook nog creatief is en zelf regelmatig kijkt en luistert, nog afgezien van andere nadelen van zo'n procedure.
Eenvoudiger lijkt het me dat de publieke omroepen gezamenlijk een soort 'inspraakpunt' instellen; een website waarop ieder, per levensbeschouwing, suggesties kan doen over thema's en over programma's; en dat omroepen daarop kunnen inschrijven.
Meer niet, behalve dan een verantwoordingsplicht achteraf (over de programma's, niet over de inspraak).
Ik bedoel dan nadrukkelijk: suggesties van kijkers/luisteraars, niet van producenten van programma's !
Het leek me wel nuttig een brief met deze strekking aan de Raad te sturen ( Contact ).
============================================================
33 541 Wijziging van de Mediawet 2008
teneinde het stelsel van de landelijke publieke omroep te moderniseren
C MEMORIE VAN ANTWOORD
Ontvangen 4 oktober 2013 ( Bron )
3.4. De 2.42-omroepen
De leden van de PvdA-fractie wijzen er op dat het wetsvoorstel het budget en de zendtijd voor de 2.42 schrapt en dat de NPO moet zorgen voor een goede inbedding van de levensbeschouwelijk programmering in het totale aanbod en voor voorstellen daartoe. Deze leden vragen om informatie over de stand van zaken met betrekking tot deze voorstellen. De leden van de CDA-fractie vragen of scherpere keuzes in de programmering kunnen leiden tot aantasting van de afspraken met de 2.42-omroepen en verder of een goede positie van levensbeschouwelijke programmering in het totale aanbod van de publieke omroep wel gegarandeerd blijft. De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen de regering aan te geven welke waarde zij hecht aan zichtbaarheid van religie en kerkgenootschappen op de publieke omroep en op welke wijze die zichtbaarheid duurzaam wordt veilig gesteld. Deze leden vinden het schrappen van de 2.42-omroepen niet voldoende onderbouwd door te wijzen op het verdwijnen van het budget voor die omroepen en vragen de regering aan te geven op welke gronden zij het nodig acht de 2.42-omroepen te schrappen.
Het einde van de 2.42-omoepen is onderdeel van het plan om te komen tot een moderne en slagvaardige publieke omroep. Ik hecht aan de zichtbaarheid van de levensbeschouwelijke programmering. De weerspiegeling van levensbeschouwelijke diversiteit in het media-aanbod blijft deel uitmaken van de wettelijke taakopdracht van de publieke omroep. Om de zichtbaarheid van de levensbeschouwelijke programmering te verzekeren zijn er naar mijn oordeel echter geen afzonderlijke levensbeschouwelijke omroepen meer nodig. Niet alleen het schrappen van het specifieke budget voor deze omroepen noopt daartoe. Het laten voortbestaan van een groot aantal kleine omroepen past ook niet in de doelstellingen van dit wetsvoorstel om te komen tot een rankere en efficiëntere publieke omroep. Er zullen bindende afspraken worden gemaakt met de NPO over de inbedding van de levensbeschouwelijke programmering in het nieuwe concessiebeleidsplan 2016–2021 en de bijbehorende prestatie-overeenkomst.
De leden van de CDA-fractie vragen of de regering de motie-Segers/Heerma9 die € 9 miljoen afzondert van het programmabudget ten behoeve van de levensbeschouwelijke programmering, zal uitvoeren.
De regering zal de motie-Segers/Heerma uitvoeren waarmee een reservering wordt gemaakt voor levensbeschouwelijke programmering.
De leden van de fractie van de ChristenUnie vragen hoe de specifieke expertise van 2.42-omroepen over het maken van levensbeschouwelijke programma’s wordt behouden. Deze leden vragen ook of de regering een overzicht kan geven van de maatregelen die zij in dat kader neemt en verder hoe de reservering van € 9 miljoen voor levensbeschouwelijke programma’s bij de publieke omroep concreet vorm zal krijgen.
Een aantal 2.42-omroepen heeft aangekondigd zich in de komende jaren te zullen aansluiten bij aanverwante omroepen of de NTR. Die expertise blijft dus behouden bij die omroepen en zal na 2016 benut kunnen blijven worden, te meer omdat er een reservering is gemaakt voor levensbeschouwelijke programmering conform de motie-Segers/Heerma. Ik kan nu niet concreet aangeven hoe dat vorm zal krijgen. Wel zullen er, zoals ik hiervoor in antwoord op vragen van leden van diverse fracties heb aangegeven, bindende afspraken met de NPO worden gemaakt over de borging van de levensbeschouwelijke programma’s en het budget in het concessiebeleidsplan 2016–2021 en de prestatieovereenkomst.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten