Kort na de verspreiding van m'n blogtekst van afgelopen zaterdag kreeg ik een mail van een vriend die zich verbaasde over de relatief positieve strekking van de inhoud ervan.
Was ik vergeten hoe weinig transparant de benoeming van Varamitra tot hoofd BGV bij Justitie was geweest, hoe weinig transparant de benoeming van André van der Braak tot VU-hoogleraar was geweest, hoe weinig transparant de erkenningsbeslissing van de BUN door het ministerie van Justitie was geweest en hoe weinig transparant de totstandkoming de opleiding tot 'buddhist chaplain' aka BGVer bij de VU is geweest ?
Nee hoor, dat weet ik nog best en mijn (morele) oordeel erover is niet veranderd; maar ik zie deze zaken graag in een wat breder perspectief.
Twee perspectieven eigenlijk:
– Dat van de mens (en zeker ook de boeddhist) die geneigd is tot het kwaad, zelfs als zou hij/zij een boeddhanatuur hebben (een geloofsartikel dat tot nadeel heeft dat de morele remming op die neiging tot het slechte ontbreekt) ; waarbij in het Nederlandse boeddhisme naast de baantjesjagerij nog eens komt een wat ik noemen wil institutionele onhandigheid en onvermogen tot elkaar bekritiseren.
– Dat van de geestelijke verzorging in het algemeen
Geestelijke verzorging werd vroeger in het gewone leven in dorp en stad beoefend door dominees (en katholieke geestelijken maar daarvan weet ik minder)
Deze pastorale functie , vooral bij grote overgangen in het leven zoals geboorte, dood en huwelijk door een specialist daarin werd betaald door de gelovigen zelf. Begrijpelijk dat een jaar of vijftig geleden (ik maak ruwe schatting) bij de opkomst van de verzorgingsstaat werd geredeneerd dat deze pastorale functie ook ten goede moest komen aan degenen die (onvrijwillig) verbleven in totale instituties zoals leger, gevangenis en ziekenhuis. Een functie die al snel niet alleen door christenen werd uitgeoefend maak ook door humanistische geestelijk raadslieden.
Toen vervolgens een jaar of tien geleden de individualisering en secularisering de 'gewone' pastorale functie in stad en vervolgens dorp steeds marginaler maakte, kwamen de boeddhisten nog eens een keer kijken en riepen 'wij ook'; wij zijn ook een religie en willen ook een zuil.
En Justitie, uit één of andere systeemdwang, versterkte die oproep. Zo is het gekomen: niet de vraag maar het institutionele aanbod bepaalde.
Alleen nu staat ook de geestelijke verzorging in de gezondheidszorg (verreweg de grootste werkgever van geestelijk verzorgers) onder druk. Het aantal 'ligdagen' in ziekenhuizen neemt alsmaar af en ook in verpleeghuizen en psychiatrische inrichtingen verblijven minder mensen: ze moeten het thuis maar zien te rooien, een groot deel van de (financiering van de) zorg wordt verplaatst van AWBZ naar gemeenten.
Zover ik weet kent de WMO niet de functie 'geestelijke verzorging', en daar ligt toch (helaas) de toekomst.
Kortom: zelfs al lijkt de klungeligheid van de VU-opleiding tot BGV-er wel wat minder aan het worden, het blijft een opleiding richting werkloosheid; speciaal voor boeddhisten, omdat ook nog eens het aantal boeddhisten (of mensen met affiniteit tot) in Nederland en de groei ervan schromelijk is overschat. Waarom? Zie het begin van deze tekst.
Dit alles dus ondanks dat ik de functie 'geestelijke verzorging' op zich een goed hart toedraag, want de mens kan af en toe bij grote overgangen (zoals, ik noem maar wat, de dood) best wat klankbord gebruiken. Een geschoold klankbord.
Ook door mensen zonder 'zendende instantie', want m'n kritiek op het verschijnsel BZI is er ook nog, beste mailschrijver.
Twee opmerkingen nog daarbij:
– Het fenomeen 'geestelijke verzorging' is geen specifiek Nederlands verschijnsel; in bijvoorbeeld de Verenigde Staten bloeit het ook (al is de verzuilingsdraai erin wel een beetje Nederlands). En ook de boeddhistisch geestelijke verzorging. Vergelijk de inspirerende Amerikaanse boeken hierover die ik eerder in blogs heb besproken. En vergelijk de ook in Nederland bekende en gewaardeerde Joan Halifax.
– Ik waardeer André van der Braak als filosoof en hoop dat hij zich verder als boeddholoog ontwikkelt. Maar als hoofd van een beroepsopleiding (van BGVers) is hij m.i. minder geschikt, dat moet hij doen van de VU, denk ik. Maar goed, die opleiding is over een jaar of vijf wel voorbij.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten