zaterdag 17 januari 2015

Het uitkomen van BoeddhaMagazine nummer 79 Tijdschrift met een onzekere (of geen) toekomst; misschien in elektronische vorm?

Deze week verscheen het nieuwe nummer van het tijdschrift 'BoeddhaMagazine.
Nummer 79 in een telling waarin de voorgangers 'Kwartaalblad Boeddhisme' en
'Vorm en Leegte' meegeteld zijn.

Datum van verschijnen zou volgens de page 'BM adverteren' 5 december 2014 hebben moeten zijn. Volgens deze oorspronkelijke aankondiging zou het thema 'Natuur en milieu' zijn. Het is uiteindelijk 'Idealisme' geworden. De reden van de vertraagde verschijning van dit nummer wordt niet expliciet vermeld, het is duidelijk dat dit te maken heeft met de moeilijke financiële situatie, waarin Asoka (Milinda) verkeert, en BoeddhaMagazine in het bijzonder.


Het oudste nummer - # 28 uit zomer 2002 - dat ik heb, kende nog de Stichting Vrienden van het Boeddhisme (SVB, nu VvB) als uitgeefster, sinds 1995. Kort daarna werd Asoka de uitgever. Dit nummer heeft op de voorkant een foto van Bernie Glassman, met z'n bekende rode baret, hopelijk is die sindsdien een keer in de was geweest; en z'n verhaal over de Zen Peacemaker Orde. Verder een artikel - helaas nog steeds actueel - over de pijaflegging van monnik Dhammawiranatha door Paul Boersma.

Ik wil een recensie over # 79 schrijven alsof het de eerste keer dat ik dit tijdschrift lees; tenslotte zijn alle verschijnselen uniek: ze komen op en verdwijnen weer.
Maar voor mij is een recensie ook een uiting van verbazing. Als variant op de filosofische vraag 'waarom is er iets en niet veeleer niets' (Leibniz) vraag ik me af:
waarom is er zoiets als een papieren Nederlandstalig tijdschrift over het boeddhisme?

Hoewel 'Nederlandstalig'? Er zijn in de loop der jaren steeds meer illustraties en foto's in gekomen, sommige paginagroot. Hoeveel tekst had hier niet kunnen staan, denk ik dan; maar goed , ik ben ouderwets en nooit zo visueel ingesteld.

M'n recensie dan. De buitenkant is vrolijk met een vredesduif en is stevig en tegelijk aaibaar; glossy heet dat, geloof ik.
Eén van de artikelen gaat over de recent verschenen vertaling door Paul Boersma van de 'Dhammapada'. Daar heb ik  recent  al over geschreven. In plaats van de hier weergegeven verzen citeer ik hier het eerste vers van deze vertaling:
  De geest gaat alle dingen voor,
  Ze zijn door hem beheerst, gemaakt.
  Als met verdorven geest men spreekt,
  Als met verdorven geest men doet,
  Dan komt hem lijden achterna,
  Zoals het wiel de ossenhoef.

Ik citeer dit vers omdat het beschouwd wordt als positioneren van de Dhamma als idealisme.

Het thema van dit nummer is zoals gezegd 'idealisme', maar wat dat is, wordt niet omschreven. Het is niet het filosofische idealisme van de Dhammapada maar iets als: 'zichzelf wegcijferend strevend naar een betere wereld'. Hoewel ... in haar 'hoofdredactioneel ' zegt Marjolein Niestadt:
" 'Ik ben geen idealist', zegt boeddhistisch geestelijk verzorger Meindert van den Heuvel verderop in dit blad... Brigitte van Baren, die spiritualiteit in het bedrijfsleven brengt, benadrukt dat ze geen wereldverbeteraar is. En eco-ontwikkelingswerker Maarten Olthof maakte bij zijn interview bezwaar tegen de kop 'De idealenman'. "
Daarmee zijn gelijk al drie van de artikelen genoemd. Ik kan me de bezwaren van deze drie wel voorstellen: het is mooi werk wat ze doen maar het is wel werk, inkomen genererend, dus niet helemaal 'zichzelf wegcijferend'.

Ik ga niet alle artikelen noemen, laat staan bespreken. Wel het trio genaamd 'De Bron': 'BoeddhaBasics', 'de (Hart)Soetra uitgelegd' en 'de historische Boeddha': deze passen in een bewaarnummer. Ook de serie 'Vragen uit de dagelijkse meditatiepraktijk', dit keer over geleide meditaties, is steeds weer waardevol.
Artikelen van of over Tibetaans boeddhisten en Zen-boeddhisten noem ik wat minder maar spreken een ander weer aan: het is een blad van 'elck wat wils'. Een aantal van deze artikelen staan, met als datum '8 januari', op de website  boeddhamagazine.nl/ .

Van het themagedeelte waardeer ik het meeste het openingsartikel '8 lessen voor idealisten' door Annemarie Opmeer, die ik ken van de vrolijke serie 'de faalboeddhist' op de site van  Bodhitv. Ik noem de acht lessen: (1) woede werkt alleen met mededogen; (2) wees eerlijk tegen jezelf; (3) klamp niet vast aan identiteit; (4) geef de hoop op; (5) je vijanden zijn je vrienden; (6) rouw!; (7) opbranden kan ook als boeddhist; en (8) karma maakt je activist.

Terug naar het 'hoofdredactioneel' van Marjolein Niestadt. Zij sluit het als volgt af:
"En dan is er nog ons eigen bescheiden ideaal: een groter publiek laten kennismaken met het boeddhisme als inspiratiebron. Jammer genoeg draait BoeddhaMagazine al enige tijd verlies en is de toekomst uiterst onzeker.
Ook wij moeten ons ideaal kritisch onder de loep nemen. Is er nog wel een markt voor een breed toegankelijk boeddhistisch blad? Of bouwen we tegen beter weten in aan een luchtkasteel? Op dit moment weet ik het antwoord niet. Ik kan alleen zeggen dat ook wij gedreven worden door enthousiasme. Hopelijk is het genoeg om het blad te redden.

Ik hoop jullie snel weer te zien. "

Niet vrolijk, wel eerlijk, geen mooi weer spelen terwijl de schulden oplopen.
Wat betreft dat 'luchtkasteel' zou ik zeggen: nee, dat niet, Marjolein, maar we moeten ons realiseren dat er niet zoveel Nederlandse boeddhisten zijn, veel minder dan ze ons wijs hebben proberen te maken. Maar een procent of tien van de paar (twee?, vijf?) duizend lezende boeddhisten bereiken is toch ook heel mooi?

=====================================================================

Ook na het lezen van dit nummer meen ik dat een papieren tijdschrift voor de wat minder vluchtige mens - en dat is een boeddhist toch? - meerwaarde heeft boven alleen maar elektronische informatie zoals websites, tweets, blogs en 'journalistieke webmagazines'.
Er zijn gelukkig nog steeds mensen die een tekst van meer dan 5000 woorden aankunnen; 'longreads' heet dat tegenwoordig.
Maar het verschil is kleiner geworden; het lezen van papieren boeken vermindert ten koste van het lezen van ebooks. En er zijn al heel wat Engelstalige elektronische boeddhistische tijdschriften zoals het 'Journal of Buddhist Ethics ' en het 'Journal of Global Buddhism '; 'Lion's Roar ' is het elektronische samengaan van 'Shambhala Sun ' en 'Buddhadharma '. 'Tricycle ' heeft een digitale en een print versie. 'Inquiring Mind ' daarentegen gaat er komend voorjaar definitief mee stoppen: we (BoeddhaMagazine) zijn niet alleen.

Haalt tijdschrift 'BoeddhaMagazine' nummer honderd? Of eerst nummer tachtig? In papieren of in elektronische vorm? Ik zou het niet weten, heb er eerlijk gezegd een hard hoofd in, zeker in een papieren versie. Veel meer abonnee's werven lukt kennelijk niet. Ook het samenwerken met of overnemen door relatief rijke sangha's of BUN/BOS zou heilloos zijn.

Omzetten in een elektronische versie is nog het enige dat misschien haalbaar is; dat kan echter niet één op één met dezelfde redactieformule en dezelfde abonnees, en kan beter met een stichting in plaats van een BV als uitgever. En zwart-wit in plaats van kleurenplaten. Het enig denkbare alternatief van gewoon helemaal stoppen.

Wellicht kan genoemde website uitgebouwd worden, maar dan met enthousiaste vrijwilliger en met een mij onduidelijk of niet-bestaand verdienmodel (= quitte speel model).
Ik wil daar best met de redactie over meedenken. Een paar gedachten:
Om de twee maanden verschijnend. Dus geen 'blog' waarin onregelmatig als de auteur/eigenaar de geest heeft, iets verschijnt. Maar ook geen 'dagblad'; dus geen (quasi)nieuws en geen sentimentaliteiten. De lat moet eerder hoger gelegd worden ten opzichte van de huidige papieren BoeddhaMagazine dan lager. Wel minder rubrieken en minder artikelen dan de twintig die er nu in # 79 staan. Vertaalde en originele Nederlandse artikelen, maar ook onderzoeksjournalistiek werk.

Als de inhoud: de Dhamma/Dharma en informatie over wat er gebeurt in boeddhistisch Nederland en daarbuiten, maar verspreid blijft worden. Wellicht niet in een tijdloze vorm maar na een paar jaar nog steeds het nalezen waard.

Het is zeer gewenst dat de uitgever snel een beslissing neemt over het al dan niet voortbestaan dit jaar. (Update: hier heb ik een zin geschrapt die beschuldigend gelezen kon worden)
Ook is het zeer gewenst dat de redactie de discussie over de toekomst open maakt via het door mij geciteerde laatste deel van het 'hoofdredactioneel' op hun website te plaatsen en de lezers nadrukkelijk uit te nodigen tot reactie er op, ook via hun facebook- en twitter-account.




         Aankondiging in               →

http://boeddhamagazine.nl/    →
  van begin januari 2015

Het werd de 16e januari



Eindconclusie: kopen dus

  Wellicht wordt het een
   'collectors item'

woensdag 14 januari 2015

Wat is er toch met dat willen bewijzen dat God (niet) bestaat; zelfs boeddhisten houden zich daar nu mee bezig. En een plaatje over vergeving

Als ik in het verleden in een filosofie- of religie-boek een passage tegen kwam over het Godsbewijs, ging ik verder bladeren. Dat onderwerp interesseerde me niets. Voor mij was de vraag of we het concept 'God' nodig hebben belangrijker dan een eventueel bewijs van zijn/haar bestaan.

Ik dacht dat zich bezighouden met het 'Godsbewijs' een achterhaalde hobby was geworden, net zo iets als postzegels verzamelen. Maar men (bv op de VU, zie de blogs van Maarten Keulemans en Taede Smedes ) is er nog volop mee bezig.

Langzamerhand dringt het onderwerp zich ook aan de boeddhist op, of hij/zij dat nu leuk vindt of niet.
De Boeddhistische Omroep Stichting had er dinsdag 13 januari een discussie op de radio over (Zie en luister OBA Life 13 jan. ), waarbij de voorstander (van het bestaan van God) weliswaar geen boeddhist was maar het wel vaak over de oosterse wijsheid had.
Maar ook een meer serieus te nemen figuur als de monnik Sujato is met dit onderwerp bezig.
Zie z'n blog Why we can be certain that God doesn’t exist

Wat een non-onderwerp; dan maar liever een plaatje, over vergeving.

dinsdag 13 januari 2015

Bhikkhu Bodhi, Theravada monnik en geleerde, schetst drie stappen naar echte vrede; en de rol van onze spirituele beoefening in het bereiken ervan

In het blad Tricycle verscheen verleden week een artikel van de hier vooral als vertaler bekende Bhikkhu Bodhi onder de titel   ' Fostering Peace, Inside and Out
  A Theravada monk and scholar outlines three steps toward real peace,

  and the role of our spiritual practice in achieving it '.      Zie  Tricycle 7 jan.

De stijve en ogenschijnlijk wereldvreemde monnik heeft zich de laatste jaren ontpopt tot een geëngageerd boeddhist en activist, gericht op de grote vraagstukken vrede, armoe, honger en ecologie. Omdat het nodig is.
Ik ben het met z'n betoog eens, al heb ik als scepticus wel eens moeite met z'n 'grote woorden'. Wat ik met name bewonder is dat het tegelijk 'hard' (politiek, economie) en 'zacht' (meditatie, vredelievendheid) is; tegelijk idealistisch en (in filosofische zin) materialistisch.

Hieronder mijn vertaling van dit artikel, waarbij ik dicht bij het origineel blijven belangrijker vind dan fraai Nederlands.
Bhikkhu Bodhi is ook een wetenschapper, dat blijkt wel uit de strenge opbouw (3 paragrafen, ieder weer ingedeeld met 3 onderdelen). Ik houd daar wel van, warrigheid lijkt voor sommigen geëngageerder want meer uit 'het hart' komend, maar dat is een misverstand.
Hij is ook Amerikaan, sommige van zijn uitspraken zijn nadrukkelijk vanuit de Amerikaanse optiek gemaakt. Ik heb niet geprobeerd die naar Nederlandse verhoudingen om te zetten; een aantal van zulke passages heb ik weggelaten.

========================================================================

" Het bevorderen van de vrede, binnen en buiten

Aan het begin van een nieuw jaar is het gebruikelijk voor ons om onze hoop op vrede uit te drukken voor het komende jaar en elkaar vrede toe te wensen. Maar vrede daadwerkelijk te realiseren is geenszins een gemakkelijke taak. Echte vrede is niet alleen de afwezigheid van een gewelddadig conflict, maar een toestand van harmonie: harmonie tussen mensen; harmonie tussen mens en natuur; en harmonie in onszelf. Zonder harmonie liggen de zaden van conflict en geweld altijd klaar om te ontkiemen.

Als ik nadenk over de uitdaging van het bereiken van vrede in de wereld van vandaag, vind ik het nuttig om het onderwerp onder drie grote rubrieken te behandelen: (1) de belemmeringen voor het bereiken van vrede – de barrières die de spanningen handhaven en de conflicten voeden;
(2) de vereisten van de vrede – de doelen die we moeten nastreven om vrede te bereiken;
en (3) de middelen om dit te realiseren.
Elk van dit drietal kan op zijn beurt worden geanalyseerd in drie secundaire aspecten.

De belemmeringen voor het bereiken van vrede

(1) Het streven naar winst-optimalisering: Gedreven door de drang tot winst overspoelen multinationals en andere mammoet bedrijven de markt met schadelijke of frivole goederen. Ze besteden miljarden aan reclame, verzieken de natuurlijke omgeving met giftig afval, en ontduiken wetten die werknemers en consumenten beschermen. Ze nemen wilde risico's die, wanneer succesvol, profijt betekenen voor het management en de aandeelhouders; en bij mislukking afgewenteld worden op het publieke domein. De neoliberale economie heeft geleid tot grotere ongelijkheid van de inkomens en rijkdom. Uit recente cijfers blijkt dat de rijkste 70 mensen nu zelf meer bezit hebben dan de armste helft van de wereld. Hoge niveaus van inkomensongelijkheid worden geassocieerd met economische instabiliteit en crisis, terwijl meer gelijke samenlevingen de neiging hebben meer stabiel te zijn en langere periodes van aanhoudende groei te veroorzaken. Meer ongelijke samenlevingen vertonen hogere aantallen van gewelddadige criminaliteit en lagere niveaus van sociaal vertrouwen; meer gelijke samenlevingen hebben lagere misdaadcijfers en een hechter sociale vertrouwen. Grotere economische gelijkheid draagt zo bij aan de vrede.

(2) Plundering: Sinds het begin van het industriële tijdperk hebben we de schatten van de natuur met roekeloze overgave geplunderd. Vandaag drijft deze leeghalende gemoedstoestand ons steeds dichter bij de rand van een calamiteit; want deze roofzuchtige economische activiteit verstoort de natuurlijke klimaat cycli waarop het menselijk leven gebaseerd is. De grote fossiele brandstoffen corporaties plunderen de aarde van olie, kolen en gas, oude bossen vernietigend, bergen aan stukken opblazend, en diep in de zeebodem borend. Ze vervoeren de stoffen die ze halen over grote afstanden van de bron naar de raffinaderij op de markt. Fabrieken vullen de hemel met kooldioxide, fijn stof en schadelijke toxines. Ze lozen giftig afval in rivieren en meren, een vergiftiging van de watervoorraden waarvan hele gemeenschappen afhankelijk zijn.

Cumulatieve uitstoot van koolstof verwarmt de planeet en de zeeën. We hebben al een voorproefje van de toekomst in de vreemde weer-gebeurtenissen die zich voordoen met een grotere frequentie: droogte, overstromingen, hittegolven en misoogsten. Als grote gebieden van de aarde verdorren, zullen we geconfronteerd worden met massale migraties die spanningen kunnen verhogen en gewelddadige confrontaties ontsteken. Staten kunnen mislukken, ontketenen chaos en brengen tirannen aan de macht en de lanceren veroveringstochten. [Ik vermoed dat Bhikkhu Bodhi het hier over de IS heeft, Joop R]

(3) Machts-uitoefening: Gedreven door beperkte economische belangen, proberen de machtige landen hun macht te vergroten door het projecteren van de strategieën van de volledige dominantie over de hele wereld. Ze financieren steeds geavanceerdere wapensystemen, besteden miljarden aan bewapening, en bespioneren hun burgers. Ze manipuleren internationale protocollen in hun voordeel, verhogen spanningen tussen oude rivalen. Wapensfabrieken gedijen op de spanningen, die zij beschouwen als nieuwe kansen voor de winst. Globale vijandelijkheden koken over en in bepaalde hotspots ontploffen periodiek uitbarstingen van dodelijk geweld.


De vereisten voor het bereiken van vrede

(1) Bescherming: Om echte vrede te bereiken hebben we een wereldwijde inzet nodig voor het overal beschermen van mensen tegen schade en ellende. Dit engagement moet geworteld zijn in een universeel perspectief dat ons in staat stelt om alle mensen als broeders en zusters te zien, die zorg en respect waardig zijn, ongeacht hun etnische, nationale en religieuze identiteit. Als Amerikanen wij kunnen we niet door gaan met de manier van denken dat Amerikaanse levens belangrijker zjn dan de levens van mensen elders – in Irak en Afghanistan, in Zuid-Amerika, Afrika en Zuidoost-Azië. We kunnen niet denken dat alleen het leven van de middenklasse mensen telt, maar niet het leven van de zwarte jongeren in Chicago, herders in Ethiopië, rijstboeren in de Filippijnen, of fabrieksarbeiders in Bangladesh. In plaats daarvan moeten we juist alle mensen beschouwen als begiftigd met intrinsieke waarde, die we moeten bevestigen door het waar maken van een grotere economische, sociale en politieke rechtvaardigheid.

(2) Verduurzaming. De grootste uitdaging van onze tijd is om de klimaat-chaos te voorkomen. De aarde is ons onvervangbare thuis, en als we dit vernietigen, zullen we geen andere plek hebben om te gaan. Met de snelheid waarop we nu broeikasgassen uitstoten, zal binnen enkele decennia de temperatuur op aarde verhoogd zijn tot het punt waar de planeet onherbergzaam voor het menselijk leven wordt. Al het geld in de wereld zal waardeloos zijn op een planeet, waar de graanvelden verdord en de oceanen dodelijk verzuurd zijn.

We moeten beginnen met het maken van een snelle en volledige overgang naar een nieuwe economie aangedreven door schone en hernieuwbare energiebronnen. De zon, de wind en de aardwarmte zijn in staat om ons te voorzien van alle energie die we nodig hebben. Het belangrijkste obstakel tot op heden is het gebrek aan politieke wil, waarbij een band van machtige bedrijven, lobbyisten, en inschikkelijke politici de harde door de wetenschap geleverde waarheden ontkennen of verwerpen terwijl juist het inzien ervan rationeel eigenbelang betekent.

We moeten opstaan tegen geld-gedreven belangen en druk op onze regeringen en maatschappelijke groepen uitoefenen om de overgang naar een toekomst met schone energie te versnellen. Onze 'window of opportunity' is zich aan het sluiten, en we moeten snel handelen voordat die dichtklapt. We hebben behoefte aan een gevoel van urgentie, alsof onze kleren in brand staan, een drang om te handelen om deze kostbare planeet – een wonder in een zee van kosmisch stof – te behouden, een blauw-groene parel vol met levende vormen.

(3) Welvaart. Terwijl extreme rijkdom van enkelen het leed voor vele anderen betekent, is 'welvaart' een maatschappelijk goed waarin we allen zouden moeten kunnen delen. Er is zeker genoeg rijkdom in de wereld om ervoor te zorgen dat iedereen voldoende voedsel, kleding, huisvesting en medische zorg zou kunnen krijgen. Het probleem is niet het gebrek aan rijkdom, maar de ongelijke verdeling ervan.

Om de fundamenten voor echte vrede te leggen, moet zowel nationaal beleid als internationale instellingen voorrang geven aan de verbetering van de situatie van mensen met de ergste extreme armoede. In de huidige wereld leven 900 miljoen mensen in voortdurende voedselonzekerheid, terwijl ten minste twee miljard lijden aan ondervoeding. Zes miljoen mensen per jaar, meer dan de helft van hen kinderen, sterven aan chronische honger en ziekten. De VN schat dat het zo'n 30 miljard dollar per jaar zou kosten om de honger in de wereld op te lossen, een kleine fractie van de 737 miljard dollar die de VS in 2012 aan defensie besteedt. De aanpak van honger in de wereld is niet alleen een morele en ethische verplichting, maar een beleid dat positieve economische effecten moet hebben en wereldwijde solidariteit bevordert. Het zou een enorme stap in de richting van vrede in de wereld zijn.

De VS, als de rijkste land ter wereld, kan gemakkelijk voorzien in de basisbehoeften van al onze burgers. Maar dit zal nieuwe waarden vereisen. In plaats van individualisme en ambitie te bevorderen, moeten we samenwerking en mededogen aanprijzen. In plaats aan te zetten tot concurrentie moeten we harmonieuze gemeenschappen en sociale solidariteit voeden.


De middelen om dit te realiseren

(1) Gebed, meditatie en contemplatie. Mensen van het geloof moeten hun transformatieve actie wortelen in de geestelijke disciplines van gebed, meditatie en contemplatie. Terwijl traditioneel dergelijke praktijken dienden als stapstenen naar de realisatie van een transcendent doel, hebben we vandaag de dag behoefte aan een bredere spirituele visie die zowel het goddelijke als het alledaagse, zowel het transcendente als het immanente, aan elkaar voegt in een integraal geheel. Door ons in innig contact met de transcendente grond van gerechtigheid en liefde te brengen, kunnen beoefeningen zoals meditatie en contemplatief gebed ons de kracht geven om meer rechtvaardigheid en liefde in de wereld te brengen. Door de giftige stoffen van hebzucht, haat en egoïsme uit ons hart te spoelen, kunnen we ons door deze beoefeningen openen naar de universaliteit van het lijden, onze compassie laten ontwaken en ons inspireren om een bron van het goede voor anderen te worden.

(2) Vrede. Vrede is niet alleen het doel van onze inspanningen, maar ook een middel voor het bereiken van dat doel. Vrede behoort tot de middelen want om vrede te stichten, moeten we rustig in onszelf zijn. Als onze geest geagiteerd is door woede en wrok, lopen onze inspanningen om vrede te bevorderen kans om juist meer conflicten te creëren en misschien meer geweld te ontsteken. Een boze geest is niet een betrouwbaar instrument voor het bevorderen van vrede. Maar als onze geest rustig is, zullen onze lichamelijke handelingen rustig zijn, en zullen we een sfeer van liefde, zorg en barmhartigheid bevorderen, die zal helpen om vreedzame betrekkingen aan te knopen.

(3) Participatie. Terwijl het nastreven van meditatie en andere spirituele beoefening als privé zoektocht naar innerlijke bewustwording en bevrijding gepast kan hebben in het wereldbeeld van tijdperken in het verleden, moet in de wereld van vandaag onze nadruk verschuiven naar een meer participatieve vorm van spiritualiteit. Een vorm die de zoektocht voor innerlijke vrede verenigt met de inzet voor vrede in de wereld, menselijke eenheid en het voortbestaan van onze planeet. Onze toewijding aan contemplatieve beoefening kan ons inspireren tot een sterker streven om sociale en economische rechtvaardigheid te bevorderen, om vitale ecosystemen van de planeet te behouden, en om langdurige vijandschappen te genezen. Op hetzelfde moment kan onze actieve inzet voor het welzijn van anderen onze eigen spirituele groei voeden, onze compassie verdiepen en onze morele integriteit versterken.

Er zijn vele podia waarop we participatieve spiritualiteit in actie kunnen realiseren. We kunnen organisaties steunen die pleiten voor armoedebestrijding, klimaatverandering benoemen, en het bevorderen van de ethische behandeling van dieren, immigratie-rechten, en een betere beloning voor fast-food werknemers. We kunnen schrijven naar onze volksvertegenwoordigers, het uiten van onze visie op de problemen die ons het meest diep raken. Ons geluid laten horen als uiting van onze waarden en ons geweten. Hoewel het verkiezingsproces in dit land ernstig scheef is gegroeid, in het voordeel van het Grote Geld, tellen onze stemmen nog steeds en kunnen we het verschil maken.

Om aan het geweten in actie uiting te geven, kunnen we petities ondertekenen, aan marsen en aan demonstraties deelnemen [Bhikkhu Bodhi verwijst o.a. naar 'marsen tegen de honger' , najaar 2014 in de VS gehouden; Joop R].

Terwijl het streven om vrede te bereiken vaak frustrerend kan zijn, moeten wij ons er van bewust zijn dat niets van waarde kan worden bereikt zonder inspanning. De komst van vrede en van gerechtigheid gaat langzaam, we zullen ze nooit zonder slag of stoot verkrijgen.

Laat ons 2015 tot een jaar maken waarin we ons stevig inzetten voor het streven naar echte vrede. Dan, een jaar vanaf nu, kunnen we terugkijken op 2015 en en zien dat we onze tijd goed hebben besteed. "

vrijdag 2 januari 2015

Inzichts Meditatie de komende veertig jaar (in de VS)

Bijna de helft van de leraren Inzichts Meditatie is zestig jaar of ouder. Een groot deel - met name degenen met een gezin of met gezondheids/pensioenzorgen - heeft moeite met dana als (enige) vorm van inkomen.

Dit zijn enkele van de conclusies van een onderzoek dat is gedaan onder deze leraren waarvan er ruim honderd reageerden op een vragenlijst over de huidige en toekomstige situatie van de Inzichts Meditatie. ('Veertig jaar' vind ik daarbij rijkelijk overdreven, tien is al veel)
In het Westen welteverstaan: de enquete is gestuurd aan individuele leraren, deelnemers aan een grote vipassana-leraren-meting in 2013, aan leraren verbonden aan de grote instituten in de Verenigde Staten zoals  Spirit Rock  en  IMS  (in het artikel 'Councils' genoemd),
en aan leraren verbonden aan  Gaia House (Engeland) en  Beatenberg (Zwitserland).
Overwegend gaat het wel om de antwoorden van (blanke) Amerikanen, ongeveer evenveel vrouwen als mannen.

Over dit onderzoek is gerapporteerd in een voorjaar 2014 gepubliceerd rapport  'Insight Retreat Teacher Survey '. Een samenvattend artikel hierover is afgelopen najaar verschenen in het tijdschrift 'Inquiring Mind '; het is dit artikel dat ik hieronder samenvat en waarvan ik de resultaten probeer te vergelijken met de situatie in Nederland.

'Insight Meditation ' is de boeddhistische traditie met overwegend Theravada-wortels die zo'n veertig jaar geleden in de VS is gaan groeien met pioniers als Joseph Goldstein, Jack Kornfield, Sharon Salzberg, Christina Feldman, Christopher Titmuss, Ruth Denison en anderen.
Een soort jubileum dat aanleiding was voor de vraag: Hoe gaat het de volgende veertig jaar ?

In Nederland wordt vaak de term 'vipassana ' voor deze traditie gebruikt, in veel gevallen verbijzonderd tot 'vipassana volgens de methode Mahasi Sayadav' (en zijn ook andere methoden, bv de vipassana à la Goenka). Toch is dat te beperkt, in bovengenoemde centra worden ook retraites met andere methoden gegeven, bijvoorbeeld gericht op samatha of op metta en 'Insight Dialogue'. In de meeste gevallen dan wel in relatie tot of samen met inzichts meditatie. Maar niet altijd: de Zen-achtige retraites van Martine Batchelor worden ook gewoon 'insight meditation' genoemd.

Van de Nederlandse leraren hadden ook degenen die voorkomen op de lijsten van de SIM of Sanghametta het enquete-formulier gekregen kunnen hebben, of de groep van veertien Mettavihari-leerlingen, maar voorzover ik weet is dit niet het geval geweest (misschien zijn we wel te marginaal).
Van 'de veertien' is duidelijk wie er bij hoort en wie niet; de lijsten van SIM en Sanghametta hebben (in mijn opvatting) echter onduidelijke criteria. Zie bijvoorbeeld onderaan m'n blog van 8 sept onder het kopje 'Kunnen we hier van leren?'

Opvallend is verder dat de enquete uitsluitend gericht is op de leraar die een meerdaagse retraite (in een gebouw waar de mediterenden ook overnachten) begeleidt. Wekelijkse sessies van min of meer vaste groepen mediterenden met een leraar een dagdeel in een gehuurd of (soms eigen) gebouw is niet het onderwerp. Mogelijk komt dat in landen met grotere (reis)afstanden dan in Nederland relatief minder voor (maar het komt wel voor, diverse boeken van Amerikaanse leraren gaan deels daarover).
Nog een mogelijk verschil: retraites in Nederland, bv die georganiseerd door de SIM of Sanghametta, worden deels gegeven door naar ons land gehaalde Aziatische monniken (waarvan een deel wel weer van Westerse origine is); in het survey rapport heb ik daar niet over gelezen. Het is denkbaar dat de VS een paar jaar voor is en dat dit in Nederland een afnemend verschijnsel wordt.

Het onderzoek van begin 2014 is uitgevoerd door de BIN (Buddhist Insight Network); een in 2010 opgerichte vrijwilligersorganisatie van leraren, leiders en sangha's die zich rekenen tot de “Insight Meditation movement”. In feite gaat het om de VS, Engeland, Canada en Zwitserland. Ze noemen zichzelf ook wel meta-sangha. Hier hun website www.buddhistinsightnetwork.org .

=====================================================================

Samenvatting van de onderzoeksresultaten

Het artikel in Inquiring Mind - titel 'The Next Forty Years' begint met een citaat van de grand old man van de Inzichts Meditatie, Jack Kornfield:
"It looks like the next generations of teachers will need to figure out how to create systems that better support themselves and also keep the Dharma available... while the older ones have to figure out how to handle the growing needs of old age. With our non-village culture, and being non-monastic lay teachers in a Western materialistic society, it’s a new game. Good luck to us.” "

Wat 'non-village culture' is weet ik niet, maar hier komen wel de centrale thema's kort aan de orde: de pioniers zijn oud geworden en (sommigen van) van hen maken zich zorgen over hun oude dag, het stokje moet worden overgedragen de komende decennia; en het gaat en zal blijven gaan om leken-leraren in een niet-klooster-setting.
'Inzicht meditatie' is in dit citaat (en de rest van het rapport) expliciet 'Dharma', 'boeddhisme' dus, naast (niet tegenover) de seculiere 'mindfulness'. Dit is wel het opmerken waard want van in Nederland aangeboden vipassana wordt het boeddhistische aspect ervan wel eens onduidelijk gehouden.

Demografische karakteristieken
Vierenveertig procent van de leraren is zestig jaar of ouder; dertig procent is jonger dan vijftig jaar. Slechts 47% van de leraren in opleiding is jonger dan vijftig jaar. Van de volledig opgeleide leraren is 89% wit (ik volg het Amerikaanse politiek correcte taalgebruik); bij de leraren in opleiding is 81% wit.

Activiteiten en inkomen uit retraites
Gemiddeld is het aantal dagen per jaar dat men retraites geeft, achtendertig. Bij volledig opgeleide leraren, met name bij degenen die lid zijn van een 'Council' ligt dit gemiddeld hoger; zij halen ongeveer de helft van hun jaarinkomen uit meerdaagse retraites; bij leraren die geen lid zijn van een 'Council' is dit gemiddeld 10%.
Degenen die niet bij een 'Council' horen, maken zich zorgen over de kansen die ze krijgen om een retraite te kunnen geven in een residentiële setting.
Sommige leraren geven ook seculiere mindfulness (bv MBSR, meditatie op scholen etc), maar de meerderheid (76%) van de leraren verwerven minder dan 20% van hun inkomen uit seculiere mindfulness cursussen.

Tevredenheid met het op dana gebaseerde systeem
Van het totale aantal respondenten is 74% tevreden met het op dana gebaseerde systeem van vergoeding voor de leraar. Van de 'witte' leraren is slechts 8% ontevreden, van de 'gekleurde' is het 33%; er is geen duidelijke verklaring voor dit grote verschil gevonden.

Verzekeringen en pensioen
Vanwege de grote verschillen tussen de regelgeving in de VS en Nederland wat betreft ziektekostenverzekering en AOW beperk ik me tot de conclusie dat leraren Inzichts Meditatie deze thema's (die in samenhang met elkaar worden beleefd) in toenemende mate als zorgwekkend zien.
Suggesties worden gedaan als een gezamenlijk pensioenfonds en een fonds voor ziek geworden collega's, gevoed met een toeslag van een paar dollar op de inschrijvingskosten van retraites per deelnemer.

Factoren die het retraites geven beperken
Op de vraag 'hoe vaak heeft in de afgelopen drie jaar de capaciteit van het retraitecentrum de deelname aan uw retraites beperkt?' antwoordt 46% van de leraren met 'frequent' of soms'; bijna de helfst dus.
Maar liefst tweederde van de leraren zien de hoogte van de registratiekosten - inclusief betaling voor eten en onderdak neem ik aan - als een ernstige beperking voor deelname aan de retraite!

Kijken naar de toekomst, een aantal vragen ter reflectie
Ik maak hier niet alleen gebruik van het artikel in Inquiring Mind maar ook van de formuleringen in het volledige rapport. De m.i. belangrijkste vragen, ter wille van de precisie niet vertaald, zijn:
  • It would be easy to pit the pragmatic and aspirational views of teaching against one another, either treating teaching solely as a professional career or idealizing the monastic model and failing to adequately support teachers. What might an integration of the pragmatic and aspirational aspects look like? Have we achieved this with the current dana model? Are there alternatives or enhancements we might consider? Can we envision the emergence of an Insight Network that might provide additional support for teachers, thereby honoring the sanctity of Dharma teaching as an activity and relieving some of the financial pressures?
  • Enhancing the ethnic diversity of the teacher community would bring copious benefits both internally and to those seeking Dharma teaching. Numerous efforts, some initiated many years ago, are attempting to bring this about. Are further institutional efforts necessary to enhance the ethnic diversity of retreat teachers?
  • How will the Insight Movement situate itself in relation to the secular mindfulness movement? What is it that distinguishes the Insight tradition from secular approaches that are integrating Dharma in substantial and meaningful ways? What advantages might come from having a lineage of religious teachings? What leadership might Insight teachers and institutions take in the dissemination of secular mindfulness practice? In what ways might the emergence of secular mindfulness and scientific cross-fertilization actually change how we understand the Dharma?

Tenslotte een thema dat niet aan de orde komt: het betalen van (inkomsten)belasting over de ontvangen dana. Dit speelt kennelijk geen enkele rol bij vraagstelling of antwoorden. Of ik begrijp de belastingstelsels in de betreffende landen niet of men denkt dat dit hen niet betreft, omdat de dana bijna altijd in contant geld wordt gegeven. Hoor ik hier iemand het woord 'zwart' gebruiken?

=====================================================================

Een poging tot vergelijking met de situatie in Nederland

Vergeleken met de VS is Nederland met haar ziektekostenverzekering en AOW nog steeds een verzorgingsstaat, al zakt het niveau ervan voortdurend en al is alleen leven van een AOW-uitkering na het 66e jaar geen vetpot. Maar de problemen met verzekering en pensioen zoals de Amerikanen die hebben, kunnen hier buiten beschouwing blijven.

Bij de andere thema's van het onderzoek lijkt een vergelijking me wel zinvol.
Toch is er nog een ander verschil te noemen: de centra IMS, Spirit Rock en Gaia House zijn in hun methoden behoorlijk eclectisch, terwijl in Nederland er met de erfenis van de Eerwaarde Mettavihari een vrij sterke monocultuur is ontstaan, al zijn er ook hier retraites met een andere methode dan die van Mahasi Sayadaw.

Wat vooral vergelijkbaar is:
  • de steeds hoger wordende gemiddelde leeftijd van de leraren in Nederland; m.i. het probleem met stip;
  • het vrijwel ontbreken van andere dan 'witte' leraren; dit wordt echter hier zelfs (nog) niet als een probleem gezien;
  • het zoeken naar een verhouding tussen de (boeddhistische dus religieuze) vipassana met de (seculiere) mindfulness;
  • twijfel over de houdbaarheid van het dana-principe, met name voor leraren die niet of nauwelijks een andere bron van inkomsten hebben en/of een gezin te onderhouden hebben;
  • relevant met betrekking tot het verkrijgen van een eigen centrum (=gebouw) voor de vipassana in Nederland is de ervaring dat bijna de helft van de geënquêteerde leraren de capaciteit van centra en tweederde de inschrijfprijs als een beperkende factor zien.

Wellicht zouden SIM, Sanghametta en 'De veertien' zich ook kunnen aansluiten tot de BIN. Daardoor zouden wat denkramen opengezet kunnen worden. Wel vind ik het verwarrend dat het tegelijk een organisatie van leraren en een organisatie van sangha's is, en het verschil daartussen niet helder wordt benoemd.
Leraar-loze retraites voor gevorderde meditatoren, in Nederland een enkele keer (door Sanghametta) georganiseerd, passen niet in het model, of ze zijn alleen maar in dit onderzoek buiten de orde.

Hoe dan ook is lezen van het onderzoeksrapport door bovengenoemde Nederlandse organisaties (leraren en bestuursleden) de moeite waard; hopelijk met openbare conclusies zoals de BIN heeft gedaan.


donderdag 1 januari 2015

Gastschrijvers nu ook welkom in dit Boeddhisme Blog

Ik hoor wel eens van mensen dat ze ook wel een blog willen beginnen. Dat moedig ik aan want er zijn maar weinig bloggende boeddhisten, pluriformiteit is van belang en de boeddhistische journalistiek stelt steeds minder voor.

Men ziet soms op tegen de techniek van het opstarten of tegen de lege pagina van een nieuw blog. Toch is een blog starten eigenlijk heel makkelijk, met name www.blogger.com tenminste. 'Wordpress' is gecompliceerder, heb ik begrepen, maar heeft meer mogelijkheden.

Hoe dan ook: ik wil de drempel voor beginnende bloggers of meer incidentele schrijvers verlagen door mijn blog open te stellen voor gastschrijvers.

Wie interesse of een tekst heeft, kan me mailen: jwromeijn@hotmail.com
Ik verander niets aan ingebrachte artikelen; edit een gemailde tekst licht en plaats het;
voeg alleen 'labels' toe, en misschien soms een reactie-opmerking.

En ik stel maar twee voorwaarden en een beperking
* Een zachte voorwaarde dat een tekst wel met het boeddhisme te maken moet hebben;
* Een harde voorwaarde dat de schrijver niet via deze blog geld probeert te verdienen;
* De beperking dat meer dan 5.000 woorden of veel plaatjes of
   veel bijdragen achter elkaar wel wat overleg vraagt.

Verder niets: het mag subjectief zijn, het mag scherp zijn en het mag moeilijk zijn.
Ik ben benieuwd.


Update 12 januari
Toevoeging naar aanleiding van een mail die ik kreeg:
Daarbij ga ik er van uit dat de tekst al de vorm van een artikel heeft, en ik hecht ook aan bronvermelding.